10

26 3 1
                                    


De sfeer in de gang van het ziekenhuis is gespannen. Iedereen wacht in stilte, af en toe onderbroken door het piepen van medische apparatuur of het zachte geschuifel van verpleegkundigen. De minuten kruipen voorbij en elk moment lijkt zwaarder dan het vorige. Opeens klinkt het snelle geluid van voetstappen in de gang. Het is Raoul. Hij komt aanrennen, zijn gezicht vol zorgen en zijn jas nog half open van de haast.

"Russo, wat is er aan de hand? Wat is er gebeurd?" Raoul's stem trilt terwijl hij probeert te begrijpen wat er allemaal mis is gegaan.

Russo loopt naar hem toe en legt een hand op zijn schouder. "Het is Koen... hij viel net buiten het café bewusteloos neer. Ze zeggen dat het door uitputting en te weinig eten komt. Hij ligt nu in coma," zegt Russo zachtjes. De blik in Raoul's ogen verandert van bezorgd naar geschokt. Hij voelt een pijnlijke steek in zijn borst. Hij wist als enige van Koens gevecht met een eetstoornis, maar had het hem beloofd om dit niet te vertellen. Maar nu... nu kon hij niet langer zwijgen.

De andere vrienden, Roxy, Milo en Robbie, staan een paar stappen verder en kijken met grote ogen naar Raoul. Roxy's gezicht is nat van de tranen, en Matthy probeert tevergeefs zijn eigen angst te verbergen.

"Raoul, wist jij hier iets van?" vraagt Robbie, zijn stem zacht maar doordringend.

Raoul slikt en voelt de ogen van de groep op zich branden. "Ja," zegt hij na een korte pauze. "Ik wist dat Koen worstelde met een eetstoornis. Hij vertelde het me vorig jaar, maar hij wilde het geheimhouden. Hij schaamde zich en dacht dat hij het zelf kon oplossen. Ik dacht dat ik hem steunde door het stil te houden, maar... ik heb het fout gehad." Zijn stem breekt aan het einde van de zin, en hij voelt de schuld op zijn schouders drukken.

Een stilte valt over de groep. Het besef dat ze allemaal te weinig hebben opgelet, dat ze allemaal signalen hebben gemist, dringt tot hen door. Roxy slaat een hand voor haar mond en stapt naar Raoul toe. "Hoe kon ik het niet zien?" fluistert ze. "Ik dacht dat... ik dacht dat het mijn schuld was, dat het kwam door de ruzie met Matthy."

"Het is niet jouw schuld, Roxy," zegt Raoul zacht. "Niemand van jullie had dit kunnen weten als Koen het niet wilde delen. Maar nu moeten we er voor hem zijn."

De deur van Koen's kamer gaat plotseling open, en een dokter komt naar buiten. Iedereen houdt zijn adem in. "De operatie is goed gelukt," zegt de dokter met een lichte glimlach. "Hij is stabiel, maar het zal nog even duren voordat hij wakker wordt. Eén van jullie mag naar binnen om bij hem te zitten, maar niet meer dan dat. Het zou anders te veel voor hem zijn."

Roxy kijkt rond naar de anderen en iedereen knikt. Ze weten dat zij degene is die nu bij Koen moet zijn. Met knikkende knieën loopt ze de kamer binnen, terwijl de rest nerveus achterblijft in de gang. De kamer is klein en het zachte gezoem van de apparaten vult de ruimte. Koen ligt stil in het bed, zijn gezicht nog steeds bleek en zijn ademhaling rustig maar zwak. Tranen rollen over Roxy's wangen als ze naar hem kijkt.

"Koen," fluistert ze, terwijl ze naast hem gaat zitten. "Het spijt me zo. Ik had met je moeten praten, moeten zien dat het niet goed met je ging. Alles tussen ons... de ruzie... het is allemaal zo stom." Haar stem hapert, en ze pakt voorzichtig zijn hand vast. "Ik weet niet of je me kunt horen, maar ik wil dat je weet dat ik om je geef, dat we allemaal om je geven. Het spijt me zo dat ik er niet eerder voor je was."

Een traan valt op zijn hand, en even lijkt het alsof zijn vingers een beetje bewegen. Roxy kijkt hoopvol op, maar zijn ogen blijven gesloten. Toch is er iets in de stilte van de kamer dat haar hart iets lichter maakt. Het besef dat hij dit kan overleven, dat er nog een kans is.

"Je moet wakker worden, Koen," zegt ze, nu met een iets sterkere stem. "We hebben je nodig. Ik heb je nodig."

Een zachte zucht ontsnapt uit zijn lippen, en heel even lijkt het alsof zijn ogen lichtjes trillen. Roxy's adem stokt, en ze kijkt hem aan, vol hoop. "Koen?" fluistert ze, bijna bang om geluid te maken.

Langzaam openen zijn ogen zich, klein en moeizaam, maar het is genoeg om Roxy's hart sneller te laten kloppen. Een zwak glimlachje trekt over zijn lippen. "Roxy?" zijn stem is bijna onhoorbaar.

"Ja, Koen, ik ben hier," zegt ze, terwijl de tranen nu ongecontroleerd over haar gezicht stromen. Ze voelt een overweldigende opluchting en grijpt zijn hand steviger vast. "Je bent niet alleen. We zijn hier allemaal voor je."

Zijn ogen glijden weer dicht van vermoeidheid, maar hij ademt iets dieper in en uit. Het is een teken dat hij vecht, dat hij nog niet opgeeft. Roxy buigt zich voorover en fluistert zacht in zijn oor: "Het komt goed, ik beloof het je."

Roxy zat aan het bed van Koen, zijn hand stevig in de hare. Ze voelde zich schuldig en verdrietig, maar ook opgelucht dat hij eindelijk zijn ogen had geopend en haar had aangekeken. Koens gezicht was nog steeds bleek, en hij leek moe, maar hij was wakker. Dat was wat nu het belangrijkste was.

"Koen," begon Roxy zachtjes. "Het spijt me zo. Alles wat er is gebeurd... de ruzie, hoe je wegliep... het is niet zoals het lijkt."

Koen keek haar aan, zijn ogen dof en zwaar. "Het deed echt pijn, Roxy," fluisterde hij. "Ik dacht dat je en Matthy... dat jullie samen waren."

Roxy schudde haar hoofd snel. "Nee, Koen, dat is niet waar. Matthy en ik hadden alleen een gesprek, meer niet. Hij wilde iets met me bespreken, en ik weet dat het er verkeerd uitzag, maar het was niets. Ik had je meteen moeten vertellen wat er speelde, maar ik was bang dat je boos zou worden."

Koen zuchtte en sloot even zijn ogen. "Het voelde alsof alles me ontglipte. Alsof ik niets meer had," zei hij zacht. "En toen werd het te veel."

Roxy slikte en voelde de tranen opkomen. "Ik had moeten merken dat het niet goed met je ging. We hadden allemaal beter op je moeten letten. Het spijt me dat ik dat niet heb gedaan."

Ze zaten even stil, terwijl de machines in de kamer zacht piepten. Na een tijdje opende Koen weer zijn ogen. "Ik voelde me alleen, Roxy. Het was makkelijker om dingen weg te stoppen dan om erover te praten."

Roxy kneep in zijn hand en keek hem aan. "Je bent niet alleen. We zijn er voor je. Ik ben er voor je, en we gaan dit samen oplossen. Het is oké om hulp te vragen, en we gaan je helpen om beter te worden."

Op dat moment klopte er iemand op de deur. Het was Raoul, die voorzichtig naar binnen keek. Toen hij zag dat Koen wakker was en met Roxy praatte, glimlachte hij licht. "Koen," zei hij zachtjes, "we zijn allemaal hier voor je. Je hoeft dit niet meer alleen te doen." Koen keek naar zijn vrienden en voelde voor het eerst in lange tijd een sprankje hoop.

Roxy bleef bij Koen zitten, haar hoofd vol met gedachten en emoties. Ze voelde de vermoeidheid in haar lijf, maar ze wilde hem niet alleen laten. Koen hield nog steeds haar hand vast, en zijn blik was rustiger dan eerder. Het voelde voor het eerst in dagen alsof er hoop was.

Koen glimlachte zwak naar haar. "Dank je, Roxy," fluisterde hij. Zijn stem klonk nog zacht, maar de warmte in zijn ogen maakte dat ze zich iets lichter voelde. Ze wist dat er nog een lange weg te gaan was, maar dit was een begin.

"Je hoeft me niet te bedanken," antwoordde Roxy zacht. Ze leunde wat dichter naar hem toe. "We zijn er allemaal voor je. En ik ben zo blij dat je hier nog bent."

Het geluid van de piepende apparaten en het zachte geroezemoes in de gang leek op de achtergrond te verdwijnen. De spanning in haar schouders liet langzaam los, en voor het eerst in lange tijd voelde Roxy zich kalm. Ze boog voorover en legde haar hoofd op het bed naast Koen's arm. Haar ogen vielen langzaam dicht, terwijl ze zijn ademhaling voelde, rustig en gelijkmatig.

Koen keek nog even naar haar. De zware last die hij al die tijd had gedragen voelde ineens iets minder zwaar. Met een lichte glimlach sloot hij zijn ogen en liet zich meevoeren door de vermoeidheid. Hun handen bleven in elkaar verstrengeld terwijl de nacht stil voortschreed.

De volgende ochtend werd Roxy wakker van het zachte zonlicht dat door het raam viel. Ze voelde hoe haar nek stijf was van het slapen op het harde ziekenhuisbed, maar toen ze haar ogen opendeed, zag ze dat Koen haar al aankijkt. Zijn blik was helderder en rustiger dan de avond ervoor.

"Goedemorgen," zei hij met een schorre stem.

Roxy glimlachte, haar hart vulde zich met een warmte die ze lang niet had gevoeld. "Goedemorgen," antwoordde ze. Het voelde alsof er iets veranderd was, alsof dit het begin was van iets beters. Ze zouden hier samen doorheen komen, dat wist ze nu zeker.

Nieuw deeltje!!!

❤️❤️❤️❤️❤️

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Nov 19 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

Voor altijdWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu