'Ian? Waar heb je het in vredesnaam over?' Paul keek me niet-begrijpend aan, alsof ik zojuist een ingewikkelde wiskunde formule uit probeerde te leggen.
'Hij was het! Hij h-heeft me aangevallen!'
'Je aangevallen? Liv... waarom zou Ian jou aanvallen?' Pauls handen lagen zwaar op mijn schouders en keek af en toe over mijn schouder alsof hij daar elk moment Ian tevoorschijn kon komen. Wat ook elk moment kan gebeuren als hij mijn redder van zich af had kunnen schudden.
'Hij wilde me...' begon ik, maar kon het afschuwelijke woord niet over mijn lippen krijgen. Ik haalde zwaar en raspend adem alsof ik de marathon had gelopen en probeerde na te denken.
'Doe even rustig. Wat wilde Ian doen? Heeft hij je iets aangedaan? Je geslagen?'
De plek op mijn wang brandde nog hevig wat het bewijs was dat hij me inderdaad had geslagen. Met trillende hand wees ik naar het steegje waar ik zojuist vandaan was gerend en besefte plotseling dat ik het mes niet meer vast had. Ik had het vast uit pure schrik en angst op de grond laten vallen.
'Het mes!' schreeuwde ik verschrikt uit en wilde het steegje weer in lopen, maar Paul hield me tegen.
'Ho eens even. Jij gaat me eerst eens vertellen wat er is gebeurd,' zei Paul kwaad. Zijn ogen flitsten over mijn gezicht, alsof hij daar wilde ontdekken wat er was gebeurd. Hij moest de rode plek op mijn wang wel hebben gezien, maar hij zei er niets over. 'Wat is er aan de hand met Ian?' drong hij aan.
'Wat is hier aan de hand?' vroeg een zware mannenstem en toen we alle drie opkeken, zagen we twee mannen in een politie-uniform naar ons toe lopen.. Eén van hen was al bijna kaal en had een sikje, terwijl de andere eruit zag alsof hij zo uit een modeblad was gelopen. Twee agenten. Ik moest ze vertellen wat er was gebeurd.
'Ik... Ian!' Weer wees ik naar het steegje, maar ik zag aan hun gezichten dat ze me met een geïrriteerde blik aankeken, alsof ze me bij voorbaat niet geloofden. Alsof ik de zoveelste dronkenlap was dat de rust verstoorde.
'Wat is er met Ian?' vroeg Paul weer, de agenten negerend, terwijl zijn vingers hard in mijn arm knepen. Het deed zeer en ik wenste dat hij er mee op hield.
'Volgens mij gaat het niet goed, Paul...' zei Laura met een bezorgde stem. Ze legde een hand op mijn schouder.
'Zorg dat ze een beetje bedaard en breng haar daarna maar naar huis,' was het advies van de kale agent. Tientallen woorden spookten door mijn hoofd, wilde hen vertellen wat er was gebeurd, maar ik kreeg het simpelweg gewoon niet over mijn lippen. Zwarte vlekken ontstonden voor mijn ogen, voelde me licht in mijn hoofd worden.
'Ik denk dat ze flauw gaat vallen!' riep Laura geschrokken uit waarna ze mijn arm om haar nek heen legde om me omhoog te houden.
'Ian...' stootte ik moeizaam uit.
'Heeft ze iets verkeerds gedronken?' vroeg de knappe agent terwijl de kale de omstanders op een afstandje viel. 'Drugs misschien?'
'Dat weet ik wel zeker!' hoorde we de portier roepen die me eruit had gegooid. 'Ze zat op de herentoiletten waar ze over me heen had gekotst en van andere gasten hoorde ik dat ze wat gesnoven had.'
'Dat is niet waar!' gromde ik kwaad, met als gevolg dat er voor de zoveelste keer het zuur vanuit mijn maag omhoog kwam en alles onder kotste.
'Hé, gadverdamme, Liv...' Paul keek met een grimas naar zijn nieuwe schoenen die nu onder de vieze derrie zat.
'Breng haar naar huis, voordat ik haar een nacht in de cel laat ontnuchteren.' De kale agent keek ons met een strenge blik aan, terwijl de knappe agent het maar wat leuk vond dat er eindelijk eens wat spannends gebeurde op deze zaterdagnacht.
'Ian... Eerst Ian...'
Ik zag het ongeduld in Pauls ogen opflitsen, waarna hij zijn mobieltje uit zijn zak opviste. 'Ik ga hem bellen, want van jouw word ik ook geen minuut wijzer.' Driftig drukte hij op een paar toetsen en zette zijn telefoon toen aan zijn oor. Na een paar keer overgaan gaf hij het op en probeerde het toen opnieuw. Ian lag hopelijk ergens in elkaar geslagen in een steegje.
'Gaan jullie nou nog niet weg?' bromde de kale agent kwaad.
'We zijn onze vriend kwijt, we waren hier met zijn vieren. Mijn zus Liv hier weet wat er is gebeurd maar op de een of andere manier krijgt ze het niet uit haar strot,' legde Paul kalm uit, totaal niet onder de indruk van de agent.
'Is dat zo?' De agent wendde zich tot mij. 'Vertel me eens wat er is gebeurd meisje. Zonder te kotsen graag.' Een paar jongeren om ons heen lachte luid.
'Ian... Hij... was ook in het... steegje...'
'Dat hadden we al begrepen, dame. Wat is er verder gebeurd?'
'Hij... h-had een m-mes.' Ik slikte moeizaam, probeerde me te herinneren wat er was gebeurd.
'Ian had een mes?' stootte Paul ongelovig uit.
'Een mes? Nu word het interessant.' De knappe agent voegde zich bij ons. De menigte luisterde aandachtig.
'Ja... H-hij...'
'Ja?'
'Hij w-wilde me... v-verkrachten.'
'Wat?' Pauls mond hing open van verbazing. Laura liet me bijna vallen van schrik en de twee agenten keken me onderzoekend aan, alsof ze probeerde erachter te komen of ik de waarheid vertelde of niet.
'Oké dame. Als dat zo is, moet je aangifte doen. Die gast is waarschijnlijk al lang en breed gevlogen.'
'Dus u doet er niets aan?' vroeg een lange jongen die ons hele gesprek had gehoord. Hij had stevig een arm om de schouders van een meisje geklemd.
'Luister jongen. Wij zijn hier om de orde te handhaven, rust in de tent te krijgen snap je? Wij gaan niet achter vermeende verkrachters aan. En aangezien ze zijn naam weet, kan ze maandagochtend meteen aangifte doen,' vertelde de kale agent zonder maar een greintje medeleven.
'Wat is er verder gebeurd? Je bent blijkbaar aan hem ontsnapt?' vroeg de knappe agent.
Hoopvol dat iemand me geloofde, vertelde ik hem over de man die Ian bij me vandaan had getrokken, dat ik zijn gezicht niet had gezien, dat hij volledig in het donker was gekleed, dat hij me had opgedragen weg te rennen en ik ondertussen ook het mes had gepakt, maar onderweg ergens was verloren. Paul en de kale agent leken me niet te geloven, terwijl de knappe agent wel oor had om even in het steegje te gaan kijken. 'Wat als hij helemaal verrot geslagen is?'
De kale agent zond hem een kwade blik toe, maar liet zich toch overhalen om een kijkje te nemen.
Laura zuchtte diep naast me. 'Kun je zelf staan?'
Knikkend liet ik haar schouders los, en leunde tegen een muur aan. Ik kreeg moeite om mijn ogen open te houden en zou zo in bed willen liggen.
Paul was nog steeds druk bezig om Ian te bereiken, maar hij kreeg steeds de voicemail. 'Liv, ik hoop echt van harte dat je hem niet zelf hebt neergestoken,' gromde hij en ijsbeerde heen en weer.
'Dus je gelooft me?' vraag ik hoopvol.
Paul antwoordde niet maar wisselde wel een verstandsblik met Laura.
Ze geloofden me niet.
De agenten bleven een eeuwigheid weg en even flitste het door me heen dat ze gewoon vertrokken waren zonder nog acht op ons te slaan. Of dat Ian van mijn redder ontsnapt was en zich met het mes in het donker schuilhoud om elk moment de twee agenten neer kon steken. Mijn brein liep over van de horrorscenario's toen ze eindelijk terug kwamen lopen.
'Het spijt me meisje, maar die Ian en je redder zijn gevlogen. Ik denk zelfs dat je het allemaal hebt verbeeld. Er zijn geen sporen van een worsteling te vinden en er was ook geen mes te vinden. Ik denk dat jij maar beter door je vrienden naar huis kunt laten brengen en flink moet ontnuchteren. Geen drank en drugs meer gebruiken en maak wat van je leven. Die jeugd van tegenwoordig,' mopperde de kale agent eb liep met zijn partner naar het volgende opstandje.
'Ik gebruik geen drugs,' mompelde ik, maar de woorden gingen verloren terwijl ik als een zoutzak in elkaar stortte toen de wereld om me heen in een zwarte duisternis werd gehuld.
YOU ARE READING
Een Moordenaarskus (New Adult)
RomanceHet verhaal gaat over een stad in Brabant die geteisterd wordt door een seriemoordenaar. Olivia gaat met haar beste vriendin Laura een avondje uit in een nieuwe discotheek in Den Bosch. Die avond eindigt voor Olivia in een nachtmerrie wanneer ze aan...