Hoofdstuk 2

101 7 0
                                    

Zij was het. Ze had blijkbaar niet in de gaten dat er naast haar nog een andere aanwezigheid was. Ze zong zo mooi en puur, dat het me even versteld liet staan. Zingend zocht ze de planken af naar een boek van haar keus. Deze eenmaal gevonden, nam ze plaats met het boek in haar handen en terwijl ze de omslag omsloeg, deed ze een hand door haar haar, die haar donkerblonde krullende lokken op haar rechterschouder deed vallen. Ik smolt van binnen. Ik wou dat ik een fotocamera had om haar houding te vereeuwigen. Ik kon wel de hele dag zo naar haar kijken.

Plotseling zag ik Mo op haar afstormen. Ik zag dat ze schrok. Hij nam plaatst naast haar en fluisterde iets in haar oor. In haar blik las ik dat hij haar irriteerde. Dat hij überhaupt zo dichtbij haar zat, deed me gloeien van woede. Ze griste haar spullen van de tafel en nam twee tafels verder plaats. Proestend van het lachen verraadde ik mijn aanwezigheid, welke beiden verschrikt deden omkijken. Ik zat gevangen in haar blik totdat Mo lachend op me afkwam.
"Wat zit jij te lachen, a zemmel? Alsof jij haar kan krijgen. Ze is te mooi voor je a sahbo. Ga jij maar naar Fatima, dat sletje wil jou maar al te graag hebben. Laat mij maar mijn vrouwtje zoeken zoals die daar." "A masgot, hoor wie dat zegt, heb je poep in je ogen ofzo? Zag je niet hoe ze zich niet één maar twee tafels van je verwijderde om je enge kop niet te hoeven zien."
Stoeiend moesten Mo en ik de schoolbibliotheek verlaten van de opziener. Ik draaide me nogmaals om, om hopelijk haar blik te kunnen vangen, maar zij zat inmiddels geboeid de pagina's uit haar boek te bestuderen. Teleurgesteld draaide ik me om.

Op het schoolplein werd ik overdreven vriendelijk begroet door Jamal en Hatim. ''Hoe gaat het met onze clown van vanochtend," gniffelde Jamal. "Je hebt lef a sahbo, je weet dat die man lichtgeraakt is," voegde Hatim toe. Ik fronste mijn voorhoofd en sloeg mijn armen boos over elkaar. "Hebben jullie niks beters te doen dan hier te zitten preken? Voor een goede preek ga ik wel naar de imam." "Relax Chahid," zei Mo, die me ondertussen een geruststellende klopje op mijn schouder gaf. "Niet aanraken zemmel."

Lachend grapten we nog een tijdje verder totdat de bel ging die het einde van de pauze betekende. Alsof we die niet hoorden praatten we druk verder totdat mijn nachtegaaltje langs liep. Allemaal vielen we stil tot ze het hoofdgebouw in verdween.
Hatim verbrak de stilte. "Mijn god man, zij is de natte droom van elke Marokkaanse man." "Waarom beperken tot de Marokkaanse man; ze is de natte droom van élke man," verbeterde Mo hem. Nog even en Mo zou letterlijk gaan kwijlen. Ik keek het gebeuren sceptisch aan.
"Zal allemaal wel, maar we hebben geschiedenis," onderbrak ik hen. "Zehma, meneer wil halal doen," zei Jamal op een kuize toon. "Je doet alsof ze niks met je doet Chahid, maar ik weet wel beter." "Yallah zied," mompelde ik, zijn bewering ontwijkend, terwijl ik Jamal een schop onder zijn kont gaf.

Ik wist dat Jamal gelijk had, maar ik wilde gewoon niet dat ze zo over mijn toekomstige vrouwtje praatten, glimlachte ik in mezelf. Alleen is het nu de kunst om haar van mij te laten houden. En volgens Mo is dat, na vele pogingen van bijna alle Marokkanen hier op school, niemand nog steeds niet gelukt om in de drie maanden tijd dat ze hier op school is gekomen, haar te verleiden. Aan de ene kant is dat een zegen als aan de andere kant zowel een vloek. Ik ben radeloos. Hoe kan ik dichterbij komen zonder dat ze me keihard afwijst? Ik weet niet eens hoe ze heet. Het enige wat ik van haar weet is dat ze kan zingen en dat ze van boeken houdt. Niet echt bruikbare informatie dus.


Just hold meWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu