My life 2 twilight (nl)

21.

Sammy pov

Als ik wakker wordt gaap ik een keer. Ik ga op het bed zitten en kijk om me heen. Ik ben nog steeds bij de roedel. Ik verander mijn pyama in een blauwe broek en een wit topje. Ik loop naar beneden waar Lisa op de bank zit 'jij hebt lang geslapen' 'hoe lang?' '38 uur' 'wat?!' '38 u...' 'Ik hoorde je wel hoor maar ik heb nog nooit zo lang geslapen' 'het is best logisch. Gisteren was vast vermoeiend' 'denk het ook.' Mijn maag rammelt 'we eten altijd met z'n allen. Kom maar mee.' Ze brengt me naar een lange tafel waar de rest al aan zit. 'Is onze schone slaapster weer wakker?' Vraagt Rafaël 'ja. En dat zelfs zonder prins.' Ik pak een bolletje en eet het op terwijl ik aan mijn prins denk. Bram, waar is hij? Er klinkt een soort alarmpje. Iedereen verandert dus doe ik dat ook maar. Er is een vampier op ons terrein. Waar? Aan de oostkant. Uit automatisme ren ik daarheen. Ik ga naast Jani staan. en kijk dan pas op. Bram. Hoe werkt hij zichzelf toch telkens weer in de problemen? Ik jank zachtjes waardoor hij naar mij kijkt. Ik zie dat hij ontspant omdat hij weet dat ik hem ga beschermen. De rest komt ook aangerend. Wat gaan we doen? Hij is op ons terrein. We kunnen hem niet zomaar laten gaan want dan zal hij terugkomen, waarschijnlijk met wat vriendjes. Vermoorden? Dat lijkt me het beste. Wacht even, niemand gaat hij zomaar even mijn mate lopen vermoorden. Waarom vermoorden? Hij heeft niks verkeerds gedaan! Hij vermoord mensen! Helemaal niet, geen mensen. Hij drinkt dierenbloed. En hoe kom je aan die informatie? Mijn roedel had een deal gesloten met vampieren. Als zij geen mensenbloed zouden drinken zouden ze in de buurt mogen wonen. Is het jullie niet opgevallen dat hij geen rode ogen heeft? Hij is een vampier en vampiers moeten dood. Ik ga voor Bram staan. Als je hem wil moet je eerst langs mij. Jani kijkt me verbaast aan. En zelfs al heeft hij niks gedaan. Dan heb je nog steeds geen rede om je leven te geven voor hem. Ik kijk naar de grond. Die heb ik wel en het is een hele goede. Vertel dringt hij aan. Ik kijk recht in zijn ogen. Hij is mijn mate.