Jayden Aktar vloog zijn schip handmatig de hangar in van het ruimtestation dat zich in een baan om de vierde maan van de zevende planeet van het Auracor stelsel bevond. De meeste piloten lieten dit delicate stukje vliegwerk aan de loods over, maar enkele jaren geleden had hij zware schade aan zijn schip opgelopen omdat een loods-robot op hol was geslagen. Natuurlijk had het verantwoordelijke station de schade vergoed, maar het voorval had Jayden's al aanwezige wantrouwen tegenover dit soort geautomatiseerde systemen verder vergroot. De meeste stations waar hij een vaste bezoeker was deden hier niet moeilijk over; het was daar bekend dat Jayden zo mogelijk nog beter dan de gemiddelde loods-robot vloog, zijn zaken leverden voldoende omzet op, hij veroorzaakte nooit onrust en hij betaalde altijd zijn rekeningen netjes op tijd.
Rustig vloog hij de Concordon, een oud klasse 2 fregat dat al lang voor zijn geboorte omgebouwd was tot vrachtschip, langs de massieve buitendeuren de holle binnenkant van het station in. In de buik van het rond de maan cirkelende gevaarte zag hij de vele verschillende landingsplaatsen langs de binnenwand geplaatst en nog veel meer ramen. Overal waren reclame-uitingen duidelijk leesbaar op schreeuwerige scrollende billboards. Hij negeerde dit alles en vloog rustig naar de plaats die hij gehuurd had. Hij kon best zonder ongelukken wat eerder bij zijn aanlegplaats komen als hij wat sneller vloog, maar hij zag geen reden om de verkeersleiding de stuipen op het lijf te jagen. In een gestage horizontale vlucht liet hij zijn schip naar de aangewezen luchtsluis glijden. Zonder moeite stopte hij het schip vlak voor de grijpsystemen van de luchtsluis en koppelde netjes aan. Het gebrek aan zwaartekracht aan de binnenzijde van het station en de stevige grijpers zouden zijn schip op zijn plek houden tot hij weer zou vertrekken. Als alles voorspoedig zou gaan was dit waarschijnlijk morgen al.
Zoals op wel meer stations in dit gedeelte van de Melkweg, was de luchtsluis verbonden met een kamer waar de piloot (of kapitein) van het desbetreffende toestel kon vertoeven tijdens het verblijf op het station. Het was een redelijk bekend gegeven dat veel piloten beter sliepen op een station als ze vanuit hun raam hun echte huis - hun schip - konden zien. Het zorgde er tevens voor dat ze de privé-bezittingen die ze vanuit hun schip naar hun kamer meenamen nog geen tien meter hoefden te verplaatsen in plaats van deze over het halve station te moeten slepen.
Toen Jayden de systemen van zijn schip uitgeschakeld had liep hij de cockpit uit. Deze kwam uit op het schamele woongedeelte van zijn schip, waar hij op zijn tafel al een tas klaar had staan. Hij floot een vrolijk deuntje en liep met opgewekte tred de luchtsluis in. Vlak voor zijn neus schoof eerst de deur van zijn eigen schip open, en nadat de gebruikelijke veiligheidssystemen diverse vitale zaken als luchtdruk- en samenstelling hadden gecontroleerd schoof een halve meter verderop de deur van zijn gehuurde kamer open.
Jayden stapte naar binnen en keek tevreden knikkend rond. Het was zeker niet een van de meest luxueuze suites van het station, maar zeker ook niet de goedkoopste. De woonkamer had een oncomfortabele bank en een tweetal zetels, een kleine koffietafel en een groot beeldscherm dat de gast toegang gaf tot informatie, nieuws, berichten, entertainment en alle andere zaken die via dit medium bereikbaar waren. Alles was gestileerd en geverfd in rustige en zo neutraal mogelijke kleuren in een poging de inrichting voor het gros van de bezoekers zo prettig mogelijk te maken.
Direct aan de woonkamer gekoppeld was een kamer met een tweepersoonsbed, nachtkastjes, een kleine kast en een raam met uitzicht op de binnenzijde van het station. De slaapkamer was voorzien van een aangrenzende kleine badkamer met wasbak en douche. Hij legde zijn tas op het bed en testte de vering uit. Met een tevreden grijns drukte hij op het matras. Zijn schip was zijn thuis, maar zijn bed was niet van dezelfde kwaliteit als die de gemiddelde huurkamer had. Hij weerhield zich ervan op het bed te ploffen in zijn vieze kleding want er was nog werk te doen, dus hij draaide zich om en liep zijn hotelkamer uit, het holle ruimtestation in.

JE LEEST
De Ogen van de Ziener (betaversie)
Science FictionVrachtpiloot en handelaar Jayden Aktar botst tijdens een bezoek aan een van zijn favoriete ruimtestations tegen de exotische en uitbundige Emma op. Al snel blijkt ze op de vlucht te zijn voor de machtigste religieuze organisatie van het Melkwegstels...