Het is nog vroeg, de zo'n schijnt en de vogeltjes kwetteren vrolijk in de bomen. Zachtjes sluip ik mijn huis uit en ren door de schaduwen in de richting van het bos. Ik kom langs de textielfabriek die er verlaten bij ligt, iedereen heeft vrij vandaag. De boete, een grote knoop ligt in mijn maag en het voelt alsof er een ontzettend grote last op mijn schouders ligt. Gisteravond zag ik hoe Greta Klit haar speech aan het oefenen was op haar "geweldige" podium. Het was bijna donker en er stonden een paar grote lampen op haar gericht, ik kreeg er helemaal de kriebels van. Toen ik thuiskwam wist ik dat ik er niet bij ging zijn, het was gewoon te eng. 3 personen die uit een gedeelde bol getrokken mochten worden, de kans was nu meteen veel hoger dat ik wel getrokken zou worden. Soms vervloek ik mezelf ervoor dat ik precies één dag na de boete jarig ben, anders was dit mijn laatste keer. Ik wandel langs het weiland waarin schapen staan, vroeger mocht ik samen met een paar andere kinderen, als er een schaap ziek was, stenen gooien. Aangezien ik altijd overal de beste in wil zijn heb ik uren met mijn zelfgemaakte slinger staan oefenen tegen een boom. Uiteindelijk kon ik alles raken wat ik maar raken wilde zolang het maar binnen een straal van 10 meter om me heen was. Toen ik veertien was heb ik mijn eerste schaap gedood met mijn slinger, kort daarna ben ik ermee gestopt ik wilde leren voor school. Ik laat het weiland achter me en loop door het bos, naar mijn voeten kijkend om ervoor te zorgen dat ik geen geluid maak. Ik faal verschrikkelijk hard, alles kraakt en piept onder mijn leren schoenen. Na een hele wandeling kom ik aan bij mijn favoriete meertje, het ligt goed verscholen in het bos en bijna niemand kan het vinden. Gekalmeerd door de wandeling en het rustige ruisen van de bomen ga ik aan de waterkant zitten. Ik trek mijn schoenen uit en dip iedere keer mijn grote tenen in het water, kijkend naar de rimpelingen die over het spiegelgladde oppervlak gaan. Ik merk nu dat ik niet heb ontbeten en mijn maag knort luid. Zuchtend sta ik op en begin wat door het bos te dwalen, in mijn broekzak verdwijnen verschillende paardenbloemen en ik vind ook een paar bramen. Ik besluit dat ik wel genoeg heb voor een schamel ontbijtje en begin terug te lopen. Op het gras naast het meertje ga ik weer zitten en begin met de paardenbloemen, ze zijn oud en smaken niet echt lekker meer. Gelukkig heb ik ook bramen, ze zijn lekker zoet en sappig. Ik staar wat naar de andere kant van het meertje en zie een paar lisdodde's staan. Ik besluit dat ik best nog wel wat lust en loop naar de andere kant van het meertje. Als ik bij de lisdodde's ben aangekomen zak ik op mijn knieën en begin de wortels uit te graven, als ik ze losgetrokken heb maak ik ze even in het water schoon en begin er dan wat op te kauwen. Als toetje stop ik nog wat klaviertjes in mijn mond en besluit dan dat dit ontbijt wel genoeg was. Opeens hoor ik wat kraken en gealarmeerd kijk ik op. Een konijntje springt vrolijk snuffelend uit de bosjes en ik zucht opgelucht. Langzaam komt het konijntje dichterbij en na een poosje naast me gezeten te hebben gaat het op mijn buik liggen. Gerustgesteld ga ik achterover liggen terwijl ik kijk naar de blauwe lucht boven mijn hoofd en doezel langzaam weg.
"Vertel wie je bent en hoe oud je bent!" Een zware stem schreeuwt in mijn oor en maakt me meteen klaarwakker. Ik kijk recht in de ogen van een vredesbewaker en zie hoe kil ze staan.
"A-a-alis-sha P-p-p-pa-patris." Van binnen ben ik bevroren, hoe hebben ze me hier ooit kunnen vinden?
"Hoe oud ben je?" Een andere vredesbewaker trekt me aan mijn arm omhoog en vaag ben ik me ervan bewust dat het konijntje weg is.
"Z-zestien."
"We hebben haar!" De vredesbewakers schreeuwen naar de bomen en opeens komt er een busje mijn verstopplek oprijden. Een stel handboeien word om mijn polsen gedaan en ik word in de wagen gezet. Een jonge vredesbewaker komt tegenover me zitten met een gemene grijns op zijn gezicht.
"Wat jammer nou dat we je gevonden hebben, niet? Ik zou degene die ons tipte straks na de boete gaan bedanken voor de tip, want die heeft het mogelijk gemaakt dat jij nu alsnog kan meedoen aan de boete." Ergens ben ik me ervan bewust dat ik nu woedend zou moeten zijn maar dat gebeurt niet. Trillend zit ik in de wagen die me verder in de richting van mijn angsten brengt. Ik kijk om me heen en zie allemaal andere vredes bewakers zonder helm zitten, ik kan het snappen het moet verschrikkelijk warm zijn onder zo'n helm en al helemaal op een dag als... Waarom heb ik opeens medelijden met de vredesbewakers? Ik schud verbaasd mijn hoofd en voel hoe ik nog steeds suf ben van de slaap.Met een schok stopt de wagen en ik val van mijn stoel, niet in staat mezelf op te vangen met mijn handen op mijn rug. Twee vredesbewakers doen de deuren van de wagen open en tillen me op alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Een prik in mijn vinger en ik weet dat ik zo dadelijk ook in die verschrikkelijke bol zit. De bol des doods, zo noemde een vriendin van mij het vroeger. Ik word de hoek om gesleept en zie iedereen naar me kijken.
"Regnold Asmen." Greta Klit leest de naam van een persoon die mee moet doen aan de boete voor en ik voel me opgelucht, ik ben het niet. Een van de vredesbewakers die achter me liep loopt nu naar voren naar Greta toe en begint zacht op haar in te praten.
"Maar regels zijn regels!" Verschrikt kijkt Greta op en zet een stapje opzij, weg van de microfoon. Iedereen is inmiddels aan het praten en fluisteren over wat er aan de hand is, meerdere mensen staren me aan of wijzen naar me. Een verschrikkelijke piep klink over het plein als Greta op de microfoon slaat.
"Oke dames en heren, jongens en meisjes er zijn wat aanpassingen. Niet Regnold Asmen zal kandidaat van de hungergames zijn maar Alisha Patris voor het opzettelijk overtreden van de regels, het leek de baas van onze groep vredesbewakers beter om dit te doen dan een andere straf te verzinnen aangezien ze zo hard geprobeerd heeft hieronder uit te komen. Alle lucht is opeens weg en ik heb het gevoel alsof ik zonder helm in de ruimte zweef. Ik moet wel meedoen, meedoen aan de hungergames. Ik ben de derde kandidaat.Als in een waas word ik naar binnen gebracht en in een kamertje gestopt waar als eerste mijn ouders afscheid komen nemen.
"Wees niet boos op me." Mijn stem is een schor gepiep en ik vraag me af om mijn ouders me wel kunnen verstaan.
"Geen zorgen je overleeft dit wel, je bent sterk." Om de beurt geven mijn ouders me een knuffel en vertrekken dan. Mijn broer komt binnen.
"Waarom in hemelsnaam?! Was gewoon gegaan dan was er niets gebeurt!" Hij is helemaal rood en er loopt een traan over zijn wang.
"Er was niets gebeurt als ik niet verraden was. Beloof me dat je diegene zal vinden en me wreken." Het feit dat ik verraden ben slaat als een bom binnen bij mijn broer en meerdere tranen wellen op in zijn ogen.
"Ik zal doen wat ik kan." Het is tijd hij moet gaan. Ik wil hem niet loslaten maar wazige mensen trekken mij van hem af en leiden hem de kamer uit.
"Ik zal doen wat ik kan om diegene te wreken Alisha, vergeet dat niet!" De deur slaat dicht en ik ben alleen.
JE LEEST
The writersgames
FantasyDit is voor de wedstrijd van @fantasylove00 Het gaat over Alisha Patris, zij is een meisje uit het rijkste gedeelte van district 8. Honger kent ze niet, net als kou, altijd heeft ze in een warm en veilig huis geleefd. Ze heeft daardoor niet zoveel s...