Hoofdstuk 4

9.9K 304 41
                                        

Ik keek voorzichtig uit het raampje van de wc en zuchtte opgelucht. Hij is weg, als hij er al was. Sinds drie dagen geleden wil ik hem nooit meer tegenkomen. Zo onopvallend mogelijk beweeg ik me door de gangen en ik ga zo snel mogelijk de klas weer in. De pauzes breng ik door in de bibliotheek, omdat ik weet dat hij in de aula is. Mijn vriendinnen zien aan mij dat er iets is, maar ik wil er niets over kwijt. Ze zullen me raar vinden en dan heb ik helemaal niemand meer over. Ik maakte de deur open en keek nog een keer rond, hij is hier echt niet. Misschien was hij het daarnet ook al niet, maar de jongen had dezelfde tas en ik mag geen risico lopen. Als hij mij tegenkomt wil hij waarschijnlijk antwoord op zijn vraag en dat heb ik niet. Vond ik het niet erg? Nee, natuurlijk niet! Maar dat kan ik hem echt niet vertellen, hij zal zich kapot lachen. Noah weet dus nog wel wat er gebeurd is. Soms vraag ik me af waarom hij mij kuste. Zou hij toch nog ergens bewust hebben gehandeld? Toch weet ik dat ik mezelf dat niet moet gaan aanpraten. Het kan niet en het mag niet. Iedereen zal me een verraadster vinden, wat ik eigenlijk ook wel een beetje ben. Mijn voeten bewogen zich zo snel als ze konden door de gangen, op weg naar het goede lokaal. We hadden wiskunde en als ik niet op tijd was moest ik waarschijnlijk alleen zitten. Dat is het nadeel van een vriendengroep met 5 goede vriendinnen. Er zit altijd iemand alleen, meestal degene die het laatste is. Ik duwde de klapdeuren met een vaart open en stopte met lopen. Aan het einde van de gang liep hij, Noah. Ik wilde terug lopen, maar dat kon ik niet. Wat doet die jongen toch met mij? Waarom kan ik nou niet gewoon weglopen, mezelf uit de problemen houden? Ik denk al veel te veel aan hem, hij maakt me helemaal gek. Noah liep verder alsof hij niet gehoord had dat ik er was. Misschien kwam ik hier goed vanaf, misschien zou hij mij gewoon voorbij lopen. Zo normaal mogelijk liep ik achter hem aan, hopend dat hij zou denken dat het een willekeurig persoon was. Toch huiverde elk stukje van mijn huid. Ik wilde zijn stem horen, zijn lippen weer op die van mij voelen. Noah raakte de klapdeuren aan en ik haalde opgelucht adem. Hij heeft niet doorgehad dat ik achter hem liep, gelukkig! Helaas juichte ik te vroeg. 'Ga je nog antwoord geven?' Mijn ogen werden groot en ik bleef abrupt stil staan. Ik kon niets meer zeggen. Wat zou ik eigenlijk moeten zeggen, wat wil hij eigenlijk van mij weten!? Mijn hoofd wilde weglopen, terwijl mijn gevoel wilde blijven. De brede gangen van de school werden ineens veel kleiner. Overal om ons heen waren lokalen met mensen, maar toch leek het alsof wij de enige twee waren. Alles was stil en ik hoorde zijn ademhaling snel op en neer gaan. Ik moest weg, ik moest nu weg! Zo snel als ik kon draaide ik me om en wilde ik weglopen. 'Ga je me weer ontlopen?' Er ontstond kippenvel op mijn arm en ik draaide me weer terug om. 'Ik moet naar de les,' zei ik zonder enige emotie. Hij lachte gemeen, 'dus je gaat me weer ontlopen?' Ik beet op mijn lip en probeerde zijn lach niet te horen. Hij doet mij pijn, waarom vind ik hem dan nog steeds leuk? 'Waarom ontloop je me, als je tegen mij gezegd hebt dat er niets aan de hand is?' Ik keek hem aan zonder antwoord te geven. De seconde tikte voorbij, maar niemand zei iets. De les was al lang begonnen, maar het enige wat we deden was staren. Toen kwam er ineens iemand de hoek omlopen en dat zorgde ervoor dat ik in beweging kwam. 'Wacht!' Riep hij nog, maar ik was al omgedraaid. Ik lachte de vrouw toe die ons te gemoed kwam lopen en liep op volle snelheid naar beneden. Misschien kon ik me ziek melden? Dan hoefde ik in ieder geval niet meer hier te blijven. Misschien moet ik niet van hem weglopen, maar wat moet ik anders? Als ik antwoord ga geven op mijn vragen lacht hij me uit, nog meer als dat hij nu al doet. Het kan gewoon niet. Ik liep naar de receptie en haalde een ziek meld briefje. 'Loop je nou weer weg?' Ik schrok van zijn stem, maar ik bleef strak naar voren kijken. Was hij mij achtervolgt? Gaat hij het serieus zo spelen? De receptioniste pakte het papiertje en had oma al gebeld. 'Je oma zei al dat je al langer tijd niet vee kleur had. Rust maar lekker thuis uit, beterschap!' De receptioniste glimlachte naar mij, ze zou is moeten weten! Ik slaap al dagen niet meer, denkend aan wat hij nu eigenlijk van mij wil. Waarom laat hij mij niet gewoon met rust? Waarom zoekt hij steeds weer contact met mij op? Zo snel als ik kon liep ik langs hem heen de fietsenstalling in, hopend dat hij weg zou gaan. Helaas deed hij dat niet. Hij volgde mij naar de fietsenstalling, niet van plan om mij met rust te laten. 'Waarom antwoord je niet gewoon?' Ik stak mijn fietssleutel in het slot en trok met een ruk mijn fiets uit het rek. Ik ben hem niets verschuldigd, hield ik mezelf voor. Als ik hem negeer gaat hij vanzelf wel weg. Maar als hij dadelijk weg is, weet ik al wat er gaat gebeuren. Ik wil dan dat ik gewoon met hem gepraat had, gevraagd had waarom hij zo doet. Toch durf ik dat niet, als hij voor me staat klap ik ineens dicht. Hij doet iets met me, alleen weet ik nog niet of dat wel zo positief is. 'Je kunt me niet voor altijd blijven ontlopen!' In mijn oog hoeken zag ik ook hoe hij zijn fiets pakte. Shit, dadelijk komt hij mij achterna! 'Moet jij niet naar de les,' zei ik zachter dan bedoeld. 'Moet jij niet naar huis?' Het werd heel erg irritant het terug reageren met een vraag, kan hij niet gewoon antwoordden! Ik negeerde hem gewoon, dat is dan altijd nog beter. 'Maar als je het echt wilt weten, ik heb tussenuur.' Dus hij kon niet helemaal mee naar mijn huis fietsen, ik zou zo van hem af zijn. 'Wat heb je, waarom ben je ineens zo ziek? Moet ik je misschien naar huis brengen?' Ergens in zijn stem hoorde ik iets vriendelijks, maar dat zette ik snel van mij af. Plotseling had ik door wat hij aan het doen was. Hij was me aan het pestte, mij helemaal aan het kleineren. Sinds ik hem gekust heb weet hij dat ik makkelijk te bespelen ben, hij maakt er misbruik van. Ik moet hier niet intrappen. Ik moet met beide benen op de grond blijven staan en niet over me heen laten lopen! Altijd zeg ik veel te snel dat ik het wel doe, of dat het mijn schuld is. Dit keer gaat dat niet werken, hij gaat niet met mijn hart spelen. Boos zette ik mijn voet op de trapper en fietste aan. 'Ga niet weg, wacht!' Ik schudde mijn hoofd, wat wilde hij eigenlijk van mij? Waarom gaat hij niemand anders lastig vallen, iemand van zijn eigen leeftijd! 'Ik meen het!' Ik hoorde hoe hij mij achterna kwam en ik werd bang. Wat heeft hij van mij nodig? Ik deed moeite om niet te huilen en begon nog harder te fietsen. Ik voelde hoe hij vlak achter mij zat, maar ik gaf niet toe. 'Ga weg!' Schreeuwde ik hard, hopend dat iemand het zou horen. Helaas wat er niemand op het fietspad, niemand die me zou kunnen helpen. 'Rustig, ik doe je niets!' Waarom klinkt hij ineens zo hopeloos? Kan hij mij niet gewoon met rust laten en door gaan met zijn leven? Mijn hoofd bonkte van alle vragen en mijn hart ging tekeer. Ik was zo ontzettend bang voor hem. 'Wacht!' Ik voelde hij iemand de achterkant van mijn fiets aanraakte. 'Nee!' Tranen stroomde over mijn wangen. Dadelijk gaat hij mij slaan of erger... Ik wil dat hij weg gaat, nu! 'Ik bel de politie!' Riep ik ineens. Ik hoorde niets meer achter me, maar ik voelde dat hij er nog steeds fietsten. Geen idee waarom ik ineens dreigde met de politie, maar hopelijk gaat hij zo wel weg. 'Dat doe je toch niet.' Antwoordde hij. 'Wel, als je niet weg gaat dan doe ik dat wel!' De paniek was duidelijk te horen in mijn stem. 'Ik doe toch niets fout?' Hysterisch begon ik te lachen. Hij deed alles fout, hij deed alles wat hij niet moest doen! De adrenaline schoot door mijn lijf heen en ik begon nog harder te fietsen. 'Wacht!' Ook hij versnelde zodat hij dicht achter me bleef fietsen. Ik keek achterom en zag dat hij tegen mijn achterwiel aan zat, hij was heel erg dichtbij. 'Wat wil je?' Hij duwde met zijn voorwiel tegen mijn achterwiel aan, waardoor mijn achterwiel zwenkte. Met een klap viel ik op de grond en voelde het bloed uit mijn knie stromen. 'Sukkel!' Schreeuwde ik huilend. 'Wat moet je, wat wil je van mij!?' Voorzichtig tilde hij mijn fiets van me af. 'Sorry, het was niet de bedoeling om-' Boos onderbrak ik hem. De angst was helemaal weg, ik was niet meer bang voor hem. Ik weet hoe hij heet en waar hij woont, hij kan me helemaal niets maken! 'Je achtervolgt me en duwt me van mijn fiets af. Hoe kan dat nou niet de bedoeling zijn!' De rollen waren omgedraaid, nu was ik degene die het voor het zeggen had. Het voelde goed om te weten dat hij niet meer met me kon spelen, dat hij me niet meer in zijn macht had. Nu was het klaar, het moest maar is afgelopen zijn! 'Sorry, echt waar! Gaat het? Ben je hard gevallen?' Ik lachte sarcastisch naar hem en probeerde op te staan. 'Het gaat prima, maar als je mij niet had geduwd,' ik keek naar mijn knie. Er zat een gat in mijn spijkerbroek, waardoor je de wond goed zag. 'Dan was dit niet gebeurd!' Hij wreef even mijn zijn hand over zijn achterhoofd heen, duidelijk niet wetend wat hij moest zeggen. 'Nee echt, ik bedoelde het zo niet. Dit alles, dit bedoelde ik allemaal niet zo!' Hij hief zijn handen hopeloos op, maar ik wist wel beter. Als ik nu ga toegeven dan houd hij helemaal niet meer op. 'Het is beter als je me voortaan met rust laat.' Zei ik terwijl ik mezelf nog moest overtuigen van mijn eigen woorden. 'Dat wil je niet,' zei hij heel terecht. Nee, maar wat moest ik anders? Toegeven dat ik hem leuk vond? Waarom zegt hij dat eigenlijk, wat maakt het hem uit! 'Wat maakt het jou uit?' Ik keek hem boos aan. 'Ik... uh... Ja...' Hij liep verder naar voor toe. 'Ik weet niet.... Maar... uh...' Hij kwam duidelijk niet uit zijn woorden. 'Wat?' Vroeg ik misschien iets te bot. 'Nou,' hij stopte alweer. Waarom kon hij ineens niet meer praatte, waarom was hij zo moeilijk om te begrijpen? Ik lag al dagen wakker, denkend aan wat hij nu eigenlijk wil. Elke keer als ik hem tegen kom, maakt hij het erger. Ik snap het helemaal niets meer van. 'Ik...' Hij stond ineens heel erg dichtbij. Ik keek om me heen, maar er was helemaal niemand. Wat moest hij! 'Noah, stop.' Probeerde ik zo duidelijk mogelijk te zeggen, maar hij stopte niet. Zijn hand ging naar mijn gezicht en raakte mijn wang aan. Ik hield mijn adem in en huiverde. Het liefste zou ik zijn hand weg slaan, maar dat kon ik niet. Ik genoot van zijn aanraking, van zijn hand op mijn wang, ook al mocht ik dat eigenlijk niet. 'Stop,' fluisterde ik zacht. Het kwam er veel te zacht uit en ik geloofde mezelf niet eens. 'Dat wil je niet,' fluisterde hij nu ook. Zijn ogen schoten naar mijn mond en het volgende moment voelde ik zijn lippen weer tegen die van mij. Ik wist niet wat hij met mij deed, maar ik kon niets anders dan hem terug zoenen. 'Dit bedoelde ik,' fluisterde hij tegen mijn lippen. Opeens besefte ik wat ik aan het doen was. Ik duwde hem hard van me af en pakte mijn fiets zo snel mogelijk op. 'Wat wil je van me!' Riep ik hard huilend. 'Ik ben geen speeltje, ik ben geen eigendom! Stop, ik wil dit niet!' Hij keek me verbaasd aan. 'Ik snap het niet, eerst doe je heel vervelend en dan ga je me zoenen. Wat wil je!' Hij stond met open mond te kijken en wist niets terug te zeggen. 'Blijf uit mijn buurt!' Hij wilde iets zeggen, maar ik was hem voor. 'Nee, ik meen het. Stop!' Alles deed pijn, maar mijn hart nog wel het meeste. Wat had ik mezelf nou aangedaan, ik had hem nooit moeten helpen! Huilend stapte ik op mijn fiets en fietste zo hard als ik kon weg. Ik hoorde hem niet achter me aankomen en dat deed nog meer pijn. Wat had ik verwacht, dat hij wél iets om me gaf? Dat hij mij achterna zou fietsten en zijn excuses zou aanbieden? Ik ben veel te naïef, ik moet nog zo veel leren over deze wrede wereld. Hij vindt me niet leuk en als ik niet uitkijk doet hij dingen met me waar ik spijt van ga krijgen. Ik moet Noah uit mijn hoofd zetten, zo snel mogelijk. Hij geeft helemaal niets om mij en waarom zou hij? Niemand vindt mij leuk.

'Ben thuis!' Ik maakte de deur open en liep naar de woonkamer. Oma lag op de bank en deed haar ogen open. 'Sorry,' zei ik snel. 'Sliep je?' Ze knikte, 'maakt niets uit.' Zachtjes ging ik op de andere bank langs haar zitten. Op de achtergrond stond de tv aan. Het was geen modern huis, maar dat hoefde ook niet van mij. Dit was mijn thuis, hoe het er ook uit zag. Langs de tv stond een tafeltje met mama's foto erop en ik slikte even. Ik zou graag tegen mama gezegd hebben wat er aan de hand is. Zij had mij goede raad kunnen geven, zoals alle moeders doen. 'Wat is er gebeurd? Ben je erg ziek?' Ik keek haar vragend aan, zou ze iets aan me kunnen zien? 'Je knie,' verduidelijkte ze. 'Ow,' zei ik opgelucht. Even was ik bang dat ze door had dat er iets anders aan de hand is, maar hoe kan ze dat weten? Daarbij had school gebeld dat ik ziek was, dus zal ze dat wel geloven. 'Ik ben gevallen.' Ik probeerde te glimlachen, maar dat lukte niet. Oma keek me bezorgd aan, 'is dat het?' Vroeg ze argwanend. Ik knikte, 'ja, het doet alleen wel veel pijn.' Ze stond op en liep richting de keuken. 'Ik ga even een doekje en een pleister pakken. Lust je misschien ook wat thee?' Ik glimlachte dankbaar naar haar. 'Ja lekker!' 'Dan drinken we gezellig samen thee!' Dit vind ik dan weer een voordeel. De meeste mensen van mijn leeftijd gaan meteen naar boven uit school, praten helemaal niet meer met hun ouders. Oma heeft elke dag uit school de thee klaar staan en vraagt altijd hoe mijn dag is geweest. Ze ziet precies wanneer ik niet de waarheid spreek, behalve nu dan. Oma zal het toch niet snappen. Ze ziet net als ik overal het goede in, maar er is niets goeds aan deze situatie. De bel ging en ik hoorde hoe oma de deur open deed. Even later kwam ze de kamer binnengelopen. 'Amelie?' Ik keek haar verbaasd aan. 'Ja?' Antwoordde ik. 'Er staat een jonge man voor de deur, Noah.' Mijn ogen werden groot en mijn hart bonsde in mijn keel. Wat doet Noah hier en hoe weet hij waar ik woon? Wat moet hij van mij hebben, waarom laat hij mij niet met rust!

Hallo,

Wat vinden jullie tot nu toe van mijn nieuwe hoofdstukken?
En ik wil jullie laten weten dat ik een nieuw boek ben gestard, op weg naar het verleden. Het gaat over een jongen die een meisje vindt, alleen dat meisje weet helemaal niets meer. Zal hij haar helpen, of achterlaten?

Hopelijk gaan jullie dat ook allemaal lezen!

Bedankt! x

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Feb 16, 2019 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

Behind the ScenesWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu