Proloog

77 2 2
                                    

"Emma, REN!" 

Het was zo warm..

"Sta daar niet zo, maak dat je wegkomt!

Ik was zo bang..

Het gekrijs van mijn kleine zusje, nog een baby, vulde de kamer waar ik me in bevond. Ik keek naar haar en mijn ouders die naast haar bedje stonden. Ze konden niet bij mij komen, dankzij een gigantisch gat in de grond. De sprong was te groot, en als ze het niet haalden zouden ze sowieso doodgaan, dankzij het vuur wat zich eronder bevond.  

"M.. mam.." ik wilde niet weg, niet zonder hun. Ergens in een hoekje begon het plafond naar beneden te komen, wat gelijk een gedeelte van de vloer met zich mee naar beneden nam.

"Emma, luister naar je moeder, ga naar buiten, waar het veilig is!" schreeuwde mijn vader naar me. 

Ik keek naar de grond, huilde maar besloot uiteindelijk maar te luisteren. Snel rende ik langs het vuur in de gang naar de trap, weg van de babykamer waar mijn gezin was. 

Meer stukken plafond vielen naar beneden, op de trap. Ik gilde. Waarom? Waarom moest dit gebeuren?

Ik hoestte een paar keer. Het vuur begon de zuurstof helemaal weg te vreten. Ik moest hier weg, zo snel mogelijk. Snel rende ik de trap af, net licht genoeg om er niet doorheen te zakken. Meer stukken huis viel naar beneden. Met mijn armen beschermde ik mijn gezicht. Ik was zo boos. Zo verdrietig, en zo boos. 

Met mijn ogen op de voordeur gericht rende ik ernaartoe en zwaaide hem open, waarna ik de veilige koude buitenlucht in rende. Overal stonden mensen. Twee ambulance mensen zagen me en renden naar me toe om me te helpen. Ik volgde hun naar de ambulance, mijn gezicht helemaal nat van de tranen.

"Mijn.. ouders.." ondanks dat mijn stem bijna helemaal weg was van de rook en het huilen, leken de mensen die me hielpen me wel te begrijpen.

"Wat is je naam?" vroeg één van de ambulance hulpen. 

"Emma.." antwoorde ik terug. "Mijn ouders.. alsjeblieft.." 

"Emma.. het spijt me, maar.." voordat hij zijn zin af kon maken, stortte het huis compleet in. Alles wat over was was een brandende ruïne.

Op dat moment verloor ik het. De woede nam het over. Waarom moest dit gebeuren?! Mijn oog deed zeer, maar dat boeide me niet. Ik staarde naar het huis, toen naar de persoon die aan het praten was. Waarom hadden ze niets gedaan?! Waarom hadden ze niet geholpen?! Waarom mochten deze stomme mensen wel leven maar mijn ouders niet?!!

Ineens was er nog een vel licht voor me, samen met een hoop geschreeuw. Mijn oog brandde zo erg. En zo ook de persoon die tegen me had gesproken.

The Dragon Girl - The Beginning (Nederlands)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu