DE DROOM

11 3 1
                                    

Ik word voor de weet ik veel hoeveelste keer wakker. Maar nu in een heel raar wit gebouw. Ik herken het wel, want volgens mij heb ik er al een keer gelegen. Er lopen allemaal mensen rond met witte kleren. Wit wit en nog eens wit. Ik zie alleen maar wit. Naast me ligt nog iemand. Diegene heeft een verband om zijn hoofd. Ik voel of ik dat ook heb en ja hoor. Wat het gekke is.... ik kan me niets meer herinneren. Ik probeer te achterhalen hoe ik heet, maar het lukt niet. Ik probeer te achterhalen wat er gebeurt is, maar het lukt niet. Ik probeer te bedenken waar ik ben, maar het lukt niet. Het lukt gewoon niet. Ik word er gek van. En ik schreeuw het uit. Er komt een vrouw op me af gerend. Ik probeer te achterhalen wie dat is, maar het lukt niet. Ze rent naar me toe. En vraagt wat er is. "Ik weet het" niet zeg. Maakt niet uit zegt de vrouw.
"Je bent verward.
"Je hebt een hele harde klap gekregen".
"We hadden je gevonden bij een weg". "Er lag een tak bij dus ik denk dat je over de tak bent gestruikeld".

"Ik heb barstende koppijn" zeg ik.
"Probeer maar wat te slapen" zegt de vrouw.

Ik luister naar de vrouw en een minuut later val ik in slaap.

DE DROOM VAN JOHANNA:

Ik ben in een huis. Een vreemd huis. Ik zie een vrouw. Ik denk ongeveer dezelfde leeftijd als ik. 25 dus. Ik kijk naar haar. Ze ziet er lief uit. Ik zie een spiegel en kijk erin. En ik zie mezelf. Tot mijn verbazing zie ik dat ik wel heel erg op de vrouw lijk. Zelfde bouw, zelfde haren, zelfde ogen. Alles is precies hetzelfde. Ik loop naar haar toe en vraag hoe ze heet. "Romy" zegt ze een beetje verlegen. Ik vraag verder, maar antwoord geeft ze niet. Dan kijkt ze maar zichzelf en dan weer naar mij en ze ziet, net als ik, dat we enorm veel op elkaar lijken. Ik vraag op welke datum ze geboren is. "16 oktober 1991" zegt ze. Mijn mond valt open. "Wat?" Vraag ik. "16 oktober 1991" zegt ze nog een keer. "Ik ook" zeg ik beduust. We schrikken er alletwee van. We lijken zoveel op elkaar en we zijn op dezelfde datum geboren. Dat kan geen toeval zijn.

"WE ZIJN ZUSSEN" roept Romy.

"NIET ZOMAAR ZUSSEN TWEELINGZUSSEN" roep ik.

We omhelzen elkaar en ik weet niet hoelang we daar wel niet hebben gestaan, maar het was een hele fijne omhelzing. Ik heb mijn zus omhelst. 10 minuten geleden wist ik nog niet eens dat ik eens zus had.

REALITEIT:

Ik schrik wakker. Waar ben ik? En toen herinnerde ik me die vrouw. Die zei dat ik ben gevallen. Ik denk aan mijn droom. Aan mijn zus. Wacht...... mijn zus. Het was een droom dus ik heb helemaal geen zus. Waarom kwam die droom dan? Ik weet het niet.

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Jul 14, 2016 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

KIDNAPPEDWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu