tune 4

8 0 0
                                    

sorteerhoed

groot

oorlog

Het gesprek met professor Lubbermans was een beetje anders gelopen dan ik had verwacht. Een beetje oneerlijk ook, want terwijl ik met een boterbiertje in mijn hand naar het verhaal van professor Lubbermans zat te luisteren, moest James, onder wakend oog van vilder de concierge, de bekers in de vitrine kast schoon maken.

Iedereen die naar Zweinsveld wilde, moest in een lange rij gaan staan en het briefje met de bevestiging van je ouders laten zien. Aangezien ik die middag toch niks te doen had besloot ik om ook maar naar Zweinsveld te gaan. Ik slofte naar de rij en wilde achteraan aansluiten toen er zich plots een hand rond mijn arm sloot. De persoon kneep niet hard, maar ik schrok toch, en met een ruk draaide ik mijn hoofd om. Toen ik zag wie het was maakte mijn hart een opgelucht sprongetje. Het was James. "Hey, " zei hij "ik wil graag eventjes met je praten." Hij zei het rustig, en keek me kalm aan. Toch borrelde er iets van paniek op in mijn buik. Stel nou dat hij iets wist!? Stel dat hij met Jorne had gepraat!? Of met Hayden!? Ik probeerde mijn nervositeit te verbergen door zachtjes op de binnenkant van mijn wang te bijten. Ik likte met het puntje van mijn tong langs mijn lippen en knikte. "Nu?" Vroeg ik, en nu was het zijn beurt om te knikken. Hij pakte mijn hand en leidde de weg door het kasteel. Al gauw merkte hij dat ik me ongemakkelijk voelde, zo hand in hand, dus liet hij me los.

Bij een van de zijingangen van het kasteel hield James stand, hij opende de deur en stapte naar buiten. Hij hield de deur voor mij open en gaf me een knipoog. Ik perste er een geforceerd lachje uit en stapte naar buiten. Ik liet mezelf zakken en ging zitten in het, nagenoeg natte gras.

James begon met praten "Tune, ik vind dat we elkaar iets beter moeten leren kennen." Lief keek hij mij aan, en dit keer hoefde ik geen moeite te doen om en lach op mijn gezicht te toveren. "En wat bedoel je daar precies mee?" Vroeg ik. Er speelde een speels lachje om zijn mond en hij zei "gewoon wat praten over wat je bezig houdt"
Ik knikte en zei "Is goed, jij begint." De verhalen die hij vertelde waren leuk. Hij vertelde dat hij thuis ook vaak Zwerkbal speelde met zijn ouders en zusje Roos. Zijn broertje, Albus speelt nooit mee. Vroeger wel, tot dat hij naar Zweinstein ging. Hij vertelde dat de SOORTEERHOED Albus bij Zwadderich had ingedeeld. "...Voordat hij naar Zweinstein ging plaagde ik hem wel eens, gewoon voor de gein, met dat hij misschien wel in Zwadderich zou komen. Albus was erg onzeker en echt bang dat hij in Zwadderich zou komen. Pap stelde hem gerust dat het écht niet uit maakte waar hij ingedeeld werd, Maar het maakte Albus wel uit. Hij kwam in Zwadderich. Albus werd totaal anders. Hij sluit zich kompleet af van de buitenwereld en op school heeft hij maar een vriend. Scorpius Malfidus. Het gerucht gaat dat Scorpius een zoon is van Voldemort. Je kent Voldemort toch wel..?" Ik knikte en James begon weer te vertellen. "Dat gerucht is natuurlijk niet waar, maar Scorpius blijft een Malfidus." James zweeg even en keek naar de grond. "op weg naar Zweinstein dit jaar is Al samen met Scorpius verdwenen. Ik stapt met ze in, maar ging in een andere coupe zitten als zij. Ze zijn nooit uitgestapt..." James huilde niet, maar zijn ogen vulde zich wel met tranen. Ik zag aan hem dat hij om zijn broertje gaf en zich schuldig voelde over zijn verdwijning. Ik sloeg mijn arm om hem heen en fluisterde dat het niet zijn schuld was en dat het allemaal wel goed zou komen. Hij staarde me aan en knikte zachtjes, maar ik kon het ongeloof zo uit zijn ogen lezen. Toen was het mijn beurt. ik vertelde dat ik enig kind was uit een tovenaars gezin en over Zwerkbal. Maar op een gegeven moment moest het er toch echt van komen. "...Ik... Ik... Er is een... Er is een voorspelling gedaan... en ik...Ik kan je er niet te veel over vertellen..." Eventjes haalde ik adem voordat ik verder ging. "De voorspelling zei dat de herborene zou komen. Die is er dus nu. Al die dreuzels en onschuldige heksen en tovenaars die worden vermist of vermoord in hun huis worden aangetroffen... Dat is zijn werk. De herborene is Rudolphus van Detta. De voorspelling zei ook dat ik hem moest tegenhouden. Dan is er nog een zin die ik nog heb onthouden..." Ik aarzelde even, maar zei toen "Potter zal dit keer niet kunnen helpen." Een beetje geschokt en verward keek James me aan. Toen fluisterde hij. "vorige keer had mijn vader Voldemort verslagen. En over wie zou het orakel het hebben met Potter. Mijn vader? Mij? Albus..?" Ik schudde mijn hoofd. "Ik weet het niet." Was het enige wat ik zei, en daarna was het een hele tijd stil.

Die nacht droomde ik heel erg raar. Het leek alsof ik een sprong door de tijd had gemaakt! Ik zag Rudolphus van Detta, die ondertussen een van de GROOTSTE toveaars van de hele wereld was. Ook zag ik een jongen. Hij was een jaar of veertien maar ik herkende de de jongen niet. Een raar gevoel in mij zei dat het Albus was. De jongen haalde diep adem en keerk Rudolphus van Detta recht aan. Hij probeerde niet bang te zijn, maar ik zag de doodangst in zijn ogen. Een slang glibberde langs zijn voeten, maar de jongen keek niet naar beneden. Rudolpus van detta richtte zijn toverstok op de jongen en sprak de vloek uit: "Crucio!"

Dit had ik eerder meegemaakt! maar toen was ik degene die daar stond! De droom hervatte zich en dit keer waren de woorden van Rudolphus van Detta anders. "...En als je faalt ga je er aan!"

Weer opnieuw maakte ik een sprong in de tijd. Deze keer iets minder groot.

Opnieuw stond de jongen voor Rudolphus van Detta. Het uiterlijk van beide personen was veranderd. De jongen was volwassener geworden en de blik in zijn ogen straalde vastberadenheid uit. Rudolphus van Detta was nog meer verranderd. zijn ogen waren straalde een soort groen licht uit en de aderen waren over zijn hele lichaam duideleijk zichtbaar.

Rudolphus van Detta richtte zijn toverstok opnieuw op de jongen en mompelde een spreuk die ik niet kon verstaan. Een groene lichtflits schoot uit zijn stok. De jongen dook weg, en een kraai die achter hem in een boom zat werd geraakt door de straal en viel dood op de grond. "Het is te laat jongen!" Zei Rudolphus van Detta. "Geef het op! Deze tovenaars OORLOG ga ik winnen!"

Plots werd ik wakker en badend in het zweet schoot ik overeind. Het was maar een droom toch!? En dromen zijn bedrog! Ik kon toch niet in de toekomst kijken!?

Tune {harry potter fanfic}Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu