II

13 3 2
                                    

Wacht eens..

Mijn brein sloeg op hol. Allerlei ideeën vlogen door mijn gedachten. Warrige gevoelens maakten langzaam plaats voor een helder en duidelijk plan. Samuel en Britt keken me aan alsof ik gek was geworden, maar ik had tot dat moment niet eens door dat ik rond had gelopen en hen vervolgens als een debiel aanstaarde. 

"Ik weet wat we moeten doen!" Mijn hart klopte in mijn keel, het enige wat ik nu voelde was haat. Het gevoel dat altijd mijn uitweg was geweest, zoals ik het had geleerd. Op het moment dat je iemand kon haten, konden ze je veel moeilijker kwetsen en daar draaide het uiteindelijk om.

Het was moeilijk uit te leggen, terwijl dit plan in mijn hoofd een samenhangend geheel was. Nadat ik drie keer hetzelfde had gezegd begonnen ze het te begrijpen. Britt leek niet erg overtuigd, Samuel was juist wel enthousiast. 

Damien moest flink op zijn plek worden gezet, daar waren we het alle drie wel over eens. Wat zou er beter zijn dan zijn verstelde blik zien, wanneer één van ons hem met zijn andere vriendin 'betrapt'? Britt kon dan bij hem thuis kunnen zijn, en ik zou spontaan binnen komen vallen. Het was de beste manier om hem te confronteren met zijn -oh zo monogamie- relaties. Daarbij zouden wij op die manier controle hebben over de situatie. Damien zou zo in het nauw gedreven zijn dat hij geen andere optie had dan toe te geven aan zijn fouten. Dit was de beste manier om achter de waarheid te komen en zijn leugens te ontmantelen. Toch zat zijn andere -of eerste - vriendin nog vol twijfel.

"Hoe kan ik me ooit normaal gedragen? Wat als ik moet huilen?" vroeg Britt met een trillende stem, ze stond overduidelijk al op het punt in tranen uit te barsten. Wat een mietje, we lijken niet eens op elkaar. Oké. Hij heeft in ieder geval geen type, als dat iemand gerust kan stellen. Ik zuchtte en gaf haar een bemoedigende blik;

"Natuurlijk kan je dat, gewoon acteren. Daarbij, huilen kan altijd nog. Kom op zeg, gedraag je." Het kwam er minder sympathiek uit dan ik bedoelde, het was gewoonweg hard. Samuel's geïrriteerde blik kon ik niet ontwijken.

Terwijl de brunette erg emotioneel reageerde op het hele gebeuren, voelde ik vooral boosheid. Ik had in mijn leven wel geleerd dat het beter was om verdriet aan niemand te laten zien. Verdriet was een zwakke plek, het maakte je een prooi voor de wereld. Naast deze eigenschap was het moeilijk Britt uit te staan. Alles wat ze deed en was irriteerde me, met name haar bestaan vond ik vervelend. Dit was meer de schuld van Damien dan van Britt zelf, dus probeerde ik het maar te niet te laten merken. 

"Het is natuurlijk wel mogelijk. Dan kunnen jullie daarna tegelijk antwoorden krijgen, als jullie dat willen dan. Britt, je kan het wel. Weet je nog toen je ruzie had met die ene Talitha? Toen kon je ook glashard liegen!" Samuel's hand rustte op Britt's been en hij keek haar doordringend aan.

Wie die Talitha ook was, het was knap dat ze ruzie kon hebben met iemand die zo rustig was als Britt. Hiermee kon Samuel haar wel overtuigen, ook al was ze absoluut niet enthousiast.

Er waren een paar punten die nog een probleem vormden. Zo had ik geen sleutel, maar moest ik wel onopgemerkt Damien's huis inkomen. Britt zou dit misschien wel op kunnen lossen, natúúrlijk had zij haar eigen sleutel. Ook het tijdstip was even een probleem. Samuel gaf aan dat hij het later die week erg druk had, en hij wilde er wel bij zijn omdat hij de enige was met een rijbewijs. Dat was tenminste zijn smoes, hij was gewoon veel te nieuwsgierig van aard om dit zomaar voorbij te laten gaan. Op die manier hoefden Britt en ik niet met het openbaar vervoer naar huis, dus was het alsnog een pluspunt. Het moest één van de komende dagen, wat al erg snel was. Een goede voorbereiding moest dus snel geregeld worden. 

"Ik moet morgen wel werken; van vier tot half tien," door mijn moeilijke tijden bij Starbucks was die dag daarna; zondag, de enige optie. Dan hoefde ik niet te werken, en Britt zou dan eigenlijk ook al naar Damien toe. Dat was  dus de 'familiedag' die hij zou hebben met zijn zesjarige neefje. Hij had me verteld hoe graag dat kind dat wilde en dat we daarom niet naar de film konden. Damien was ten slotte zijn favoriete oom. 

Dat was dus gelogen. 

Zondagavond zou Britt naar hem toe. Ik zou binnen komen vallen en zijn leven verpesten.. voor zover dat kon. Dat was in ieder geval het plan. Daarna zou Samuel ons thuis brengen. Vanaf dat moment was de relatie voorbij. De relatie waarvan ik dacht dat het eindelijk echt was, na alle problemen die altijd op me af kwamen. Hij was één van de weinige mensen die meer van mijn verleden wist dan het standaard praatje. Hij wist waarom ik bij Samuel woonde vanaf mijn zestiende, en geen contact meer had met mijn zusje, broer en eigenlijk mijn hele familie. Het vertrouwen dat ik hem had gegeven was een fout geweest en hij had het verbroken. Uiteindelijk was dat geen verrassing, wanneer gebeurde dit niet?

We besloten zondagmiddag nog even met z'n drieën bij mij thuis alles door te nemen. Ondertussen was het al laat, de wijzers op de klok waren de elf al voorbij. Britt besloot als eerste naar huis te gaan. Ze woonde in de buurt, zei ze. Daarmee wees ze Samuel's verzoek om haar thuis te brengen af en vertrok ze lopend. 

Samuel en ik stonden nog even buiten. Hij stak een sigaret op en voor even was het stil. Geen van beide wisten we wat we moesten zeggen. Het was ook veel te druk in mijn hoofd om daar goed over na te denken. 

"Geef mij ook eens een sigaret?" Toen hij er eentje aan wilde geven, bedacht ik me en sloeg ik het toch maar weer af. Ik was twee jaar geleden gestopt en wilde niet weer van voor af aan beginnen. 

"Jij trekt problemen aan alsof het je hobby is, Jess." Hij grinnikte, precies wetend wat hij moest zeggen zonder deprimerende emoties op te roepen. Samuel had genoeg tijd gehad om daar achter te komen. Ik gaf hem een zachte klap op zijn schouder.

"Wat ben jij een naar persoon, ik haat je." 

"Naar persoon is de beste belediging die je kon bedenken?" De wind blies zijn rook in mijn gezicht en ik hoestte. "Klootzak zou beter passen, buddy." 

Na een tijdje ging ook Samuel naar huis, en ik ging maar naar bed. Hij had nog aangedrongen dat ik vriendelijker moest zijn, Britt had volgens hem meer recht om razend te zijn en zij bleef aardig. Het was al na middernacht. Pas toen drong het tot me door wat er allemaal gebeurd was. Emoties begonnen langzaam voelbaar te worden en ik kon de slaap niet vatten. Ik haatte Damien, tenminste, met mijn verstand. Ik wilde hem ook kunnen haten met mijn hart, maar dat lukte nog niet. Als je iets te graag wilt, is de kans dat je dat bereikt klein. Nadat ik keer op keer van zij was gewisseld, kon ik eindelijk in slaap vallen om achtervolgd te worden door nare dromen.

Al werd ik pas laat op de ochtend wakker, het leek alsof ik slechter had geslapen dan ooit. Zo zag ik er ook uit. 

De hele dag handelde ik op automatische piloot. Ik probeerde aan mijn studie te werken en een aantal opdrachten af te ronden. Ook al duurde het veel langer dan normaal, het lukte wel. In die tijd had ik zoveel koffie op dat de geur door de hele kamer was verspreid en mijn vingers trilde van de cafeïne.  Tussendoor had ik spontane momenten waarop de woede me teveel werd. Dan sprong ik op, ijsbeerde door de kamer of gebruikte de muur als bokspaal. Dit had bloedende knokkels als gevolg, dat zou er vast goed uitzien op het werk.

Na een aantal van deze onproductieve uren moest ik wel naar Starbucks. De geur van koffie was waarschijnlijk één van de belangrijkste redenen wat het werk daar dragelijk maakte, maar het hing de hele dag al om me heen. Zelfs dat viel nu tegen. Koffie was tenminste de enige goede verslaving die ik ooit had gehad. Er waren nog wel meer positieve aspecten, zoals mijn collega's. Dan had je nog een paar leuke factoren; de mensen die écht toe waren aan koffie, de personen die het eigenlijk helemaal niet lekker vonden en het alleen dronken omdat het 'Starbucks' was en degenen die een verschrikkelijke naam hadden. Al deze typische personen gaven mij eigenlijk meer plezier dan zou moeten. 

Een groepje van vier meiden bestelden hun koffie.Gekleed in hippe jurkjes en allemaal met een iPhone in hun hand. Ze gaven de namen Aria, Hanna, Alison en Emily op. Typisch. 

"Doe de groeten aan Spencer," zei ik sarcastisch toen ze weggingen. De meiden konden hun lach niet inhouden en verdwenen giechelend, alsof het echt zó grappig was. Pretty Little Liars is echt niet goed genoeg om hun namen over te nemen. 

Toen ik de volgende klant zijn koffie wilde geven, zag ik Damien's naam in blokletters op de beker staan. DAMIEN, een naam die niet veel voor kwam. Nee hé, niet hij. Ik keek geschrokken op en staarde in de ogen van mijn 'vriendje'. 

"Hey babe." 


--------------------------

Hoofdstuk twee, wat een feest. 

Reacties worden gewaardeerd enzo.. :)

Web Van LeugensWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu