2. Hoop

113 9 2
                                    

Kon ik ooit beschrijven dat er op dit moment door mij heen ging? Nee, maar dat hoefde ook niet. Die gevoelens waren enorm en onbegrijpelijk. Was ik gek in mijn hoofd? was het slim of gewoon een opleving? Ik wist in ieder geval dat ik Annie Cresta slagtoffer was van de 69e Hunger Games...

'Kom on Lady laat je zien' zei Pennethy.

Terwijl ik naar voren liep keek ik naar alle gezichten om mij heen. Ik voelde me aangestaard. Feitelijk was ik dat ook, maar het gevoel maakt het alleen maar enger. Ik zag mijn broer verbaasd kijken. Hij begreep het natuurlijk weer niet.

'Wat is je naam liefje?' zei Pennethy 'Annie Cresta...' antwoorde ik. Hij knikte 'Okee, nu de jongens'. Hij grabbelde in de  bol 'River Cresta'. Las hij voor. Was dit toeval? Nee natuurlijk bied River zich niet vrijwillig van te voren aan.

Hij schrok er blijkbaar ook van. Vanaf het podium kon ik zijn gezicht nog duidelijker zien. Mijn vader trok zijn schouders naar achter om aan te geven dat hij moest blijven staan, maar River trok zich naar voren en liep met een soort versteend gezicht naar het podium toe.

'Zijn jullie broer en zus?' vroeg Pennethy. Hij hield een microfoon voor mijn neus, maar alles wat ik kon doen was knikken.

River liep het podium op en keek me ongeloofwaardig aan. Hij schudde even zijn hoofd. Hij stond op het punt om wat te gaan zeggen toen we allebij een beetje schrokken van de timing van Pennethy 'De Tributen van district 4. En mogen de kansen immer in uw voordeel zijn!'.

We werden naar binnen gebracht en omdat we dezelfde mensen hadden om afscheid van te nemen stonden we samen op onze vader te wachten.

Na bijna een kwartier wachten kwam er een vredebewaker die plots de deur opendeed '3 minuten' zei hij. Pa liep naar binnen. Hij was rustig en hij had zijn handen op zijn rug gelegd. Hij kwam recht tegenover mij staan. 'Blijkbaar bidde je zelf ook' zei hij. Ik gaf geen antwoord, ik keek hem nouwlijks aan. Het was gewoon een lullige opmerking. 'En toch hoop ik dat een van jullie wint' ging hij verder. River wou iets gaan zeggen, maar ik zag aan zijn blik dat hij het er maar moeilijk mee had. Hij zag het ook niet aankomen. In dat kwartier heeft hij nog geen woord gezegd en het maakte me zorgen.

'De drie minuten zijn voorbij' ze de vredebewaker na een paar minuten stilte tussen mijn vader, broer en ik. Hij gaf ons beide een knuffel, wat ik totaal niet aan zag komen. 'Doe wat aan dat oog Annie' zei hij nog en vervolgens liep hij de kamer uit.

'Jullie grote avontuur begint hier!' zei Pennethy die ons in een klein autotje had gestopt. Hij zat tussen ons in en bestuurde hem. 'Jullie worden verwent!'.

We arriveerde de trein en stapte in. 'Allemaal voor jullie. Jullie kunnen eten wat jullie willen en over precies 8 uur arriveren wij het capitool. Deze trein gaat zo ontzettend snel en je voelt het niet eens!' Ik liet Pennethy verder praten, want het klonk als een riedeltje dat hij elk jaar zou kunnen herhalen. 'Ik ga jullie mentor halen... De spiegels!'

Die laatste opmerking van Pennethy begreep ik niet. Wat heeft onze mentor nu met spiegels te maken. Zou het zo'n opgedot wijf zijn die niets anders kan dan zeuren en vragen of haar haar wel perfect zit.

'River...' zei ik. River keek me aan 'Ik haat je!' zei hij. Ik schrok 'Waarom?'. Waarom zou hij me haten. 'Denk na! jou naam is niet gevallen en je bied jezelf aan. Nu moetjij mij of ik jou vermoorden om te kunnen overleven!'. Ik begreep hem wel. 'Sorry...' zei ik 'Ik kon toch ook niet weten dat jij getrokken zou worden, jij was er zo zeker van dat jij gewoon weer naar huis zou kunnen en trouwens jij wist dat ik wegwilde. Hij knikte.

Plots begreep ik wat Pennethy bedoelde met die spiegels. Er liep een een jonge jongen de coupe binnen. Hij was misschien een paar jaar ouder dan ons. Hij was ontzettend knap, zo knap dat het bijna ijdel was.

'Zo' zei de jongen. 'Jullie zijn mijn tributen'. Ik keek hem aan. Hij had zulke mooie ogen. Niet te donker niet te licht. Hij keek mij ook aan 'Finnick' zei hij 'Finnick odair'. Ik slikte. Zelfs zijn naam was perfect, kon het nog perfecter. Nou ja! hij liep shirtless. 'Annie' zei ik snel 'Annie Cresta'. River stak zijn hand uit en stelde zich ook voor.

Ik liep door de trein heen. Nog vier uur en we zouden het capitool arriveren. Ik was na een lang gesprek met Finnick en River over de games mijn eigen plekje gaan zoeken om even alleen te zijn. Ik ging languit op een bank liggen. 'Hee rooie' zei Finnick. Ik schrok van zijn stem, vooral omdat ik net zijn gezicht voor me aan het fantaseren was. Ik ging rechtop zitten, zodat hij naast me kon zitten.

'Dus wie is Annie Cresta?' vroeg Finnick. Ik keek hem aan. Hij was echt knap het koste me moeite om hem niet aan te raken. 'Annie Cresta is een heel getallenteerd speerwerper' zei ik lachend. Hij lachte ook. Hij haalde zijn hand langs mijn oog 'Wat heb je gedaan?'. Ik keek naar beneden 'Mijn vader' zei ik zachtjes. Hij schrok een beetje want alles wat hij kon zeggen was 'Oh...'. 'Finnick' riep ik 'Misschien wil ik dit niet overleven, dus als je wilt kun je je storten op het trainen met mijn broer'. Hij sloeg zijn arm om me heen 'Ik weet niet of je vind dat ik te dicht bij je kom, maar weet dat ik iemand niet zomaar laat doodgaan'. Hij stond op en liep weg.

Zijn arm was strak en zijn hand was warm. Ik kon bijna geen woord zeggen. Tuurlijk kwam hij niet te dichtbij. Ik vond het helemaal prima. 

Hij zei dat hij me niet zomaar liet doodgaan. Misschien wilde ik ook niet dood, ik wou op het moment maar een ding, Finnick beter leren kennen. Misschien gaf hij mij dat kleine sprankje hoop dat je als tiener nodig hebt om gelukkig te zijn...

__________________

Hoofdstuk 2.

Ik hoop dat jullie het een beetje leuk vinden:)

Let me know

En tips en tricks zijn nog steeds welkom:)

The Hunger Games:  The Story Of Annie CrestaWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu