Haiduc

7.

'I don't wanna be your clown now, cause I long to carry on.' - Eiffel 65.

Hoofdstuk 5b

Als iedereen wat heeft genomen bergt Ciprian het zakje goed op. 'Laten we afspreken dat we hier de komende maanden niet aan zitten, hier kunnen echt doden van vallen.'

We trekken een jas aan en gaan naar buiten. Hoewel eigenlijk iedereen het bloedheet heeft van de heroïne in combinatie met de XTC, is het toch verstandiger. Het is buiten onder het vriespunt, en met heroïne op kun je doodvriezen zonder dat je het doorhebt. Eigenlijk zijn we allemaal vergeten hoe lang het duurt voordat de LSD ingewerkt is. Iedereen loopt achter Ciprian aan, en we lopen de stad uit. Bij het plaatsnaambord stopt Sebastian.

'Wat staat daar nou? Alles beweegt.
'Iedereen probeert te focussen op wat er staat, maar bij iedereen dansen de letters voor de ogen.
'Kijk!' zegt Iancu. 'Deze boom staat scheef!'
Ciprian grijnst wat en steekt een sigaret op. Hij verbrandt zijn eigen vinger met de aansteker omdat ook hij niet alles meer op een rijtje heeft.

'Anders gaan we het bos in.' stelt Timotei voor.
'Ja!' meldt Iancu. 'Daar staan alle bomen scheef!'
Corneliu kijkt eens aandachtig. 'Bij mij draaien ze alsof ze in een draaikolk zitten.'

'Staan er nou blokjes op dit blaadje?' vraagt Sonia.
'Zitten er nou glitters in je haar?' vraagt Sandu.

'Hoe kom je nou bij glitters?'
'Het lijkt alsof er glitters in je haar zitten.'
'Niet dat ik weet.'

Iedereen lijkt het naar hun zin te hebben. Tot ik me omdraai, en zie dat Marius trillend achteraan loopt.
'Aemilia, de takken gaan tegen mijn hoofd aan komen.' zegt hij. 'Er is overal prikkeldraad.'
Marius trilt van angst en durft geen stap te zetten.

Vali, die vooraan loopt, draait zich om en slaat zijn arm om de schouder van Marius.
'Het is niet echt, geloof me.' zegt hij. 'Er gebeurt niks. Ik ben bij je.'
Ik ga aan de andere kant naast Marius lopen. Ik merk dat hij langzaam ontspant.

Vali legt zijn arm achter de rug van Marius langs en pakt mijn vingers. Vali heeft zijn vingers in mijn vingers gestrengeld en achter Marius zijn rug lopen we hand en hand.
Marius voelt zich meer op zijn gemak. 'Ik doe dit nooit meer.' zegt hij.
Ik stel hem gerust. 'Dat hoeft ook niet.'
Marius kijkt mij aan. 'Heb jij wel?'
Ik knik. 'Een klein beetje, ik heb het pilletje doormidden gehakt met mijn nagel.'
'Wat voel jij?' vraagt Marius.

'Een beetje spacey.' zeg ik. 'Alles beweegt een beetje.'
Marius zegt niets terug, hij loopt gewoon verder.

In het schrale maanlicht zien we dat er iemand in de boom geklommen is.
'Wie is dat?' vraagt Vali.

Ik kijk eens goed. 'Volgens mij is dat Ciprian.'

Marius kijkt verbaasd. 'Is Cíprian in de boom geklommen?'

Ik lach. 'Ja, kennelijk.'

Vali kijkt toe. 'Hoe oud is die jongen?'

'Twintig.' zeg ik. 'Mentaal een kleuter. Vooral als hij drugs op heeft.'

Degene in de boom springt op de grond.

'Oh ja.' zeggen Marius en Vali in koor. 'Dat is Ciprian.'

Ik glimlach.

'Aemilia.' vraagt Marius. 'Mag ik je iets vragen?'

'Natuurlijk.'

Op het moment dat Marius zijn mond opentrekt komt Sebastian voorbij gerend, die samen met Corneliu en Sandu een vliegtuig aan het nadoen is. Snel trekt Vali zijn hand weg en knikt naar Sandu. Die schijnt niks door te hebben, en rent gewoon verder.