Deel 3 - Diep In Het Bos

386 8 6
                                    

Door zijn snelheid komt Vlad eerder bij Anchesenamon aan, dan Wilko. Hij maakt zichzelf onzichtbaar en wil bovenop de vrouw van Toetanchamon springen, wanneer Wilko er al is. De weerwolf springt op hetzelfde moment op de geest. Maar dan verdwijnt Anchesenamon weer en botsen de vrienden tegen elkaar. Vladimir valt op de grond en krabbelt dan overeind. Hij veegt over zijn donkerrode kledij en ziet dat Wilko nog op de grond ligt. 

"Wilko?"

Vladimir buigt over zijn vriend. De zwarte haren van Wilko zijn grijs, net als zijn kleding en zijn gezicht. Vlad ademt sneller. Hij tikt op Wilko's gezicht en hoort aan het geluid dat het Wilko niet meer is. Het is steen. 

"Wilko!!"

Vlad schudt zijn hoofd. "Nee!!!" Even weet hij niet wat hij moet doen. Wilko moet weer levend worden, maar Vlad is geen tovenaar. Hij is niet in staat om iets te doen. De vampier kijkt om zich heen en laat zijn tanden woest zien. Dit zet hij Anchesenamon betaald. 

"Ik kom terug Wilko. Ik kom terug."

Even denkt Vlad dat de weerwolf antwoord geeft: 'Ga! Ik red me wel!' Hij lijkt een geruststellend glimlachje te geven, maar dat kan niet hij is versteend. Vlad zal het gedroomd hebben. Nog één keer zucht Vlad en dan snelt hij door het bos op zoek naar hun vijand.


Diep in het bos blijft hij staan. Vanachter de dikke, oude bomen, vlakbij het bosmeer, schijnt het licht van Anchesenamon. Opnieuw schreeuwt de geestige verschijning hevig.

"Serenma! Geef me de afstammeling van Amneris! Ed em feeg!"

Even snapt de vampier het niet. Hij verschuilt achter een kastanje boom en kantelt zijn hoofd voorzichtig om het hoekje. Anchesenamon praat alleen tegen wezens, waarom zou ze in haar eentje in het bos staan praten. Vladimir speurt over het meer. Het water weerkaatst het felle licht van de Egyptische vrouw. Dan wordt alles duidelijk, want aan de overkant van het meer staat Keelin, getransformeerd tot elf. Haar helderblauwe ogen herkent Vladimir uit duizenden. 

Dan volgt er een onverstaanbare zin uit de mond van Anchesenamon en meteen klinkt er een oorverdovende donderslag. Het geluid is zo hard dat de aarde beeft. Vlad, die ondertussen vanachter de boom gekropen was, zoekt houvast bij een eikenboom. Ineens verdwijnt al het licht van de zon. Vlad kijkt omhoog en ziet tussen de bladeren van de bomen hoe de strakblauwe lucht veranderd in de kleur van de nacht. De zon is verdwenen.

"Jij komt hier niet mee weg!" Roept Keelin. 

"Serenma!!" 

"Jij hebt ervoor gezorgd dat Het Huis Anubis in rep en roer was! Door jou lag Fabian in het ziekenhuis! Door jou ging Noa bijna dood! Door jou zetten alle leden van de Club van de Oude Wilg hun leven op het spel!" 

Vladimir's mond valt open. Hij snapt niks van alles wat Keelin uitkraamt, maar het wordt hem wel duidelijk dat Keelin meer weet van deze vijand dan hij. Plots werpt de geest een grote lichtstraal. Vlad knijpt kort met zijn ogen en ziet dan dat de lichtstraal Keelin heeft geraakt. Het meisje van de groep valt naar de grond en de lichtstraal sleurt haar mee tot aan de rand van het meer. Heel eventjes laat de lichtstraal Keelin liggen, maar dan trekt het haar tot in het meer.

"Stop!!" Roept Vladimir. Hij springt achter de boom vandaan. Anchesenamon draait in zijn richting. Ze maken oogcontact. Zo, nu kan hij aanvallen! Vlad spurt naar de geest toe, maar als hij vlak voor haar staat, voelt hij een enorme hitte. Eenzelfde lichtstraal als die bij Keelin raakt ook hem. Vlad landt in de mossige ondergrond.

"Hulp nodig?"

In de verte klinkt de stem van Wilko. 

"Wilko!" Roept Vladimir met een enorme verbazing in zijn stem.

"Inderdaad."

De vampier knikt enthousiast en komt overeind. Wilko is blijkbaar zo krachtig dat hij zelfs uit een rotsblok kan breken. Het enthousiasme van Vladimir duurt niet lang, want dan beseft hij dat Keelin nergens te bekennen is. Het water! Ze viel in het water! Vlad snelt rond het meer, en buigt zich over de plek waar hij Keelin voor het laatst zag. 

"Keelin?"

Vladimir graait vol paniek door het water, maar niets. Het enige wat hij voelt zijn takjes en waterplantjes. Met een grote zwaai haalt hij zijn handen uit het water. Vol paniek staart hij naar het licht golvende water. Misschien zijn er luchtbellen te zien? Dan weet hij waar Keelin is. Geconcentreerd gaat hij het donkere wateroppervlak bij langs. Hoe langer hij geen luchtbellen ziet, hoe sneller zijn hart gaat slaan. Hij krijgt een brok in zijn keel. Waar is Keelin gebleven?


De Egyptische VloekWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu