Deel 4 - Schuldgevoel

473 12 8
                                    

 "Vlad? Wat doe je?"

Vlad wendt zich naar de stem achter zich. Een lichtblauw gewaad verschijnt in zijn gezichtsveld: "Keelin! Waar was je?" 

"Kom mee! We moeten Wilko helpen!" Keelin rent rond het meer naar de plaats waar Wilko hevig in gevecht is met de geest. Keelin blijft op een paar meter afstand staan, zodat ze de situatie kan analyseren. Anchesenamon lijkt kwader dan ooit te voren. Haar stem is luidt en ze maakt wilde gebaren. Zelfs in de serie heeft Keelin haar nog nooit zo kwaad gezien. 

De Egyptische zweeft angstaanjagend om Wilko heen, die steeds zwakker lijkt te worden. 

"We moeten hem helpen! Nu!" Roept Vladimir.

"Wacht!" Roept Keelin.

Vlad kijkt op. 

"Het enige wat Anchesenamon kan stoppen is de traan. De traan van Isis, maar die hebben we niet."

"Zeg, hoe weet jij dit allemaal." 

Keelin kijkt naar het meer: "Dat leg ik later wel uit. We moeten iets vinden om haar te stoppen. We hebben geen traan van Isis, maar misschien dat een waterdruppel uit het meer haar kan stoppen. Dat is toch ook een traan?" 

Terwijl de honderdenjaren oude jongen zijn schouders optrekt, buigt Keelin zich over het water. ze neemt met haar vinger een waterdruppel en staat dan daadkrachtig op.

"Hier Anchesenamon! De traan!" 

Wilko neemt de verbaasde blik van Vladimir over, en de twee staren perplex naar de elf die haar vinger laat zien. Anchesenamon lijkt afgeleidt door de waterdruppel op Keelins hand. 

"NU!" Roept de kleinste van de Nachtwacht.

Wilko en Vlad weten meteen wat ze moeten doen. De drie maken een rijtje en steken hun vuist naar voren: "AD INFEROS!!!!!" De lichtstralen die uit hun handen schieten maken een gat in de bosgrond. Precies onder de plek van de vrouw van Toetanchamon. Het donkere gat slurpt haar op en sluit zichzelf met veel licht. 

Het is gedaan met het kwaadaardige wezen en daardoor transformeert de Nachtwacht terug naar hun mens gedaante.

"Goed gedaan Keelin!" Roept Wilko. 

"Maar hoe wist je nu wat je moest doen?" Vraagt Vladimir. 

Terwijl ze terug naar het dorp lopen, vertelt Keelin alles: "Ik keek vroeger naar een serie genaamd 'Het Huis Anubis'. Een groepje jongeren probeerden hun vriendin te redden van de vloek van Anchesenamon. Ze verscheen daar steeds als geest en wilde de traan van Isis hebben. De traan van Isis was namelijk de afstammeling van Amneris."

Wilko knikt: "Dus daarom zei ze steeds: 'Geef me de afstammeling van Amneris!"

Vlad lacht hartelijk om de goede imitatie, en de drie gaan al kletsend richting huis.



In Schemermeer lijkt er niets meer aan de hand te zijn. Alle inwoners wandelen druk door de straten, alsof ze nooit anders hebben gedaan. Gelukkig zijn ze alles vergeten. 

"Sacha!"

De losbollige tiener loopt vrolijk naar de Nachtwacht, waarop er een warm gevoel door Wilko trekt. Hij is blij dat Sacha oké is. 

"Willen jullie misschien iets drinken?"

De Nachtwachtvrienden knikken enthousiast. Eindelijk kunnen ze gezellig in de herberg zitten, zonder zich bezig te hoeven houden met mythische wezens. Ze stappen rustig richting de herberg.

"Ik heb zo raar gedroomd!" vertelt Sacha. Zoals altijd ratelt ze aan één stuk door. "Ik droomde dat ik helemaal versteend was en niet meer kon bewegen. Het was alsof ik een standbeeld was. En dat midden op de dag hè! Ik heb niet eens geslapen vanmiddag! Het was echt super raar! Maar, willen jullie trouwens ook iets eten?" Ze trekt onschuldig haar schouders op.

Wilko prutst aan zijn shirt en kijkt kort naar beneden. Dan kijkt hij terug naar Sacha. "Graag."

Sacha lacht. "Joepie! Wie heeft er zin in frietjes?" Ze maakt een huppeltje. "Wie als laatste bij de herberg is moet afwassen!" 



De Egyptische VloekWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu