Hoofdstuk 3

49 2 0
                                    

Na de hele weg terug gerend te hebben kwam hij hijgend aan bij zijn huis. Onderweg had hij allemaal verschillende paden en steegjes genomen om zeker te zijn dat ze geen mensen achter hem aan hadden gestuurd. Achteraf had het weinig zin want er is maar één smederij in dit dorpje dus die zouden ze zo hebben gevonden. Het is zachtjes gaan regenen en overal ligt er modder, waardoor zijn kleren helemaal onder zitten. Onderweg viel hij in een gat in de weg waardoor er een scheur zit in zijn shirt net onder zijn schouder. Hij opent de deur van het huisje en trekt zijn bijna afgelopen leren schoenen uit in de gang. In de woonkamer zit Alisa, de vrouw van Brand en de persoon die hem vond voor het dorpje bijna 18 jaar geleden. Ze heeft blond haar wat altijd in een knot op haar hoofd zit en is ongeveer een kop kleiner dan hem zelf. Met haar bruine ogen keek ze hem liefdevol aan terwijl hij de kamer binnen komt lopen.

'Wat zie je er uit Falkor het lijkt alsof je achternagezeten bent door wolven,' ze staat op en loopt naar hem toe en kijkt naar zijn kleren. 'Trek je kleren zo maar uit dan zal ik ze voor je wassen en even kijken naar die scheur in je shirt,' ze liep naar een kastje dat naast een tafel in de hoek staat en pakt daar een naald met een paar garen uit. Het is niet de eerste keer dat Falkor zijn kleren kapot gaan, door het vele jagen in het bos gebeurde dit vaker dan hij had gewild. Alisa bood altijd aan om zijn kleren te maken omdat ze geen geld hebben om nieuwe te kopen. Hij trekt zijn shirt uit en geeft het aan haar waarna ze hem meteen gaat maken. 'Falkor je groeit zo snel je moet je scheren en ook je haar even doen. Geen wonder dat je bent gevallen je kan gewoon helemaal niet meer voor je uit kijken door al dat haar.' Met een glimlach kijkt ze hem aan en knijpt haar ogen samen om hem goed te bestuderen. 'Ga slapen, morgen middag komen de handelaren je moet goed uitgerust zijn als je de hele dag Brand gaat helpen.' Nadat ze dat had gezegd draaide Falkor zich om en liep naar achter in het huisje waar zijn kamer zit.

Hij heeft niet de grootste kamer maar het is groot genoeg. De ruimte is net 2 bij 2 meter en als je de deur door loopt staat er links een bed, rechts een kastje en tegenover de deur recht voor hem een spiegel. De jongen in de spiegel is bijna 18 jaar en is niet zo gespierd als Brand maar eerder lang en mager. Hij is ongeveer 1.85 wat behoorlijk groot is voor jongen van zijn afkomst. Door het regelmatige gebrek aan eten konden mensen hier niet goed groeien en bleven ze klein en mager. Een flinke pluk donker bruin haar verborg zijn gezicht. Met een vermoeide blik van zijn groenen ogen keek hij zichzelf aan. Van het kastje pakte hij een mes en begon langzaam al het haar van zijn half doorgekomen baard weg te snijden, om vervolgens zijn haar een beurt te geven. Na een tijdje kijkt hij weer goed in de spiegel en krijgt een tevreden lach op zijn gezicht. Hij heeft zijn haar net genoeg afgeknipt zodat hij het nog naar achter kan vegen en het niet meer in zijn gezicht hangt. Te moe om verder nog iets te doen ging hij op bed liggen en trok een dun dekentje over zich heen tegen de kou. Niet dat het veel helpt aangezien het huisje geen verwarming heeft. De kieren tussen het hout dat door de ouderdom is gaan breken laat veel koude lucht binnen. Toch na alles wat er was gebeurt vandaag en niet instaat om ergens over na te denken viel hij toch inslaap.

Door het felle licht wat binnen komt door de kieren in de muur was hij klaar wakker. Zwaaiend gooit hij zijn benen over de rand van zijn bed en strekte zich uit. Het zal een drukke dag worden vandaag. Langzaam staat hij op en loopt naar de kast in de hoek. Hij pakt zijn mooiste kleren om er net uit te zien voor alle handelaren, die langskomen als hij Brand helpt met de verkoop. Het is een Donkerblauw shirt met een zwarte broek en een paar tweedehands leren schoenen die hij tot nu toe te mooi had gevonden om aan te hebben. Hij loopt de woonkamer in en ziet dat Alisa ligt te slapen op de bank met allemaal kruiden om haar heen verspreid.

Alisa is waarschijnlijk laat opgebleven om nog kruiden te vermalen en mengen om er medicijnen van te maken. Nu met de oorlog op zijn hoogst, is de vraag groot voor geneeskrachtige kruiden. De kruiden en medicijnen zullen het goed doen op de markt vandaag, en morgen als de handelaren weg gaan zal waarschijnlijk alles verkocht zijn. De moeder van Alisa heeft haar geleerd welke planten geneeskrachtig zijn, dat heeft ze hem ook geleerd wat altijd goed van pas is gekomen. De afgelopen weken heeft hij elke avond geholpen met planten te verzamelen als Alisa lag te slapen. Uit het kastje waar ook de naald en garen vandaan kwamen, pakt hij een deken en legt het over haar heen. Nu de handelaren er toch nog niet zijn kan ze al haar slaap gebruiken om straks helemaal uitgerust te zijn.

Falkor loopt naar buiten om vervolgens bij de smederij naast het huisje naar binnen te gaan. Brand was nog druk bezig is met de laatste voorbereidingen voor vanmiddag. De smederij bestond uit niets meer dan een ruimte die 4 keer groter is dan zijn kamer, met achter in rekken waar alle wapens staan die hij hoopt te verkopen. Rechts van hem staat een groten oven die op volle toeren draait waardoor het erg heet is geworden. Het zweet staat al op zijn voorhoofd en druppels vallen naar beneden op de stenen vloer. Op de oven en de vloer na is de hele smederij en het huisje gemaakt van hout. Zomers is dat lekker cool is maar s'winters is het veel te koud. Brand stond al klaar met spullen om voor de smederij een kraampje op te zetten. Hij draaide zich net om en zag Falkor toen staan.

'Goedemorgen jongen,' hij loopt naar de deur om alles naar buiten te brengen en gebaarde dat Falkor kon helpen. 'We hebben nog veel te doen maar gelukkig is het nog vroeg, met een beetje geluk komen de handelaren later en zijn we optijd klaar.' Net als vorig jaar is het belangrijk om zoveel mogelijk te verkopen, omdat het niet elke dag gebeurt dat er zoveel handelaren tegelijkertijd langskomen. De mensen van dit dorpje hebben het zelfs benoemd tot de dag van de handelaren. Waar veel mensen erg trots op zijn.

Het heeft de hele ochtend geduurd maar alles staat eindelijk klaar en de eerste handelaren kwamen het dorp al binnen. De ene na de andere reden langs en terwijl sommigen weinig goederen hadden hebben andere karren vol. De krachtige paarden die de karren hebben getrokken zien er uitgeput uit. Ze hadden waarschijnlijk geen dag langer kunnen reizen of ze zouden er bij neergevallen zijn. Moe van de reis kozen veel handelaren ervoor om naar de kroeg te gaan. De kroeg zit een paar straten verder dan de smederij waar ze zich helemaal lam drinken. Toch is de helft van alle wapens al verkocht en als het zo door gaat is alles nog voor de ochtend weg. Verwachtingsvol gluurde Falkor tijdens het werk naar de ingang van het dorpje. De smederij ligt daar vlak naast, op zoek naar een teken van een magiër maar zonder resultaat. Terwijl de drukte steeds meer af neemt en de zon zich langzaam inruilt voor de maan, komen de laatste handelaren die verdwaald waren het dorpje nog binnen. Achter aan rijd er een man mee met de handelaren op een groot paard en kijkt goed om zich heen, Falkor wilde net wegkijken toen hij een kenmerkende tatoeage in de handpalm van de man zag. Het is een tatoeage van een magiër.

A War Between Powers (Dutch)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu