Nathan

44 2 0
                                    

‘Wakker worden, we gaan over een halfuurtje brunchen!’ Net als elke ochtend komt Lisanne hyper bij iedereen binnen om je wakker te maken.. één woord, vreselijk. Het is nu zondagochtend elf uur. We worden altijd om elf uur wakker gemaakt in het weekend om structuur te houden. Doordeweeks is dat kwart voor zeven.

Ik pak een blauw shortje die aan de onderkant gerafeld is en mijn witte ‘IDIOT’ tank top. Ik kam alle klitten uit mijn bruine haar en besluit dat ik klaar ben. Ik kijk rond mijn kleine kamertje en ga op het bed zitten. Er is hier alleen een wc, een wasbak en spiegel, een bureau en een tv. Eigenlijk alles wat je nodig zou kunnen hebben. Alleen het enige wat is mis is liefde en vertrouwen. En ik mis de drugs en sigaretten die mij door het leven hielpen. Het klinkt misschien heel raar, maar het gaf me rust en liet mij de wereld even vergeten. Dat is het enige wat ik niet erg heb gevonden van het feit dat Austin in mijn leven is gekomen. Op het begin vond ik het maar vies geef ik toe.

Het is de bedoeling dat we zelf een broodje gaan maken, maar Nathan heeft natuurlijk al één voor mij gemaakt. Hij heeft door dat gekregen dat ik het zelf niet zou doen..

‘Ik heb geen honger.’ Zeg ik vastberaden tegen het enigste lieve maar ook super irritante persoon hier: Nathan. Hij doet nog een stage en is daarbij ook nog maar negentien jaar oud. Hij is hier nog maar drie dagen en ik mag hem nu al. Hij zit er lichtelijk gespierd uit en heeft zijn blonde haar altijd in een kuif. Hij heeft hemelsblauwe ogen, hij ziet er ontzettend schattig uit maar toch ook als iemand waarmee je geen ruzie wilt hebben.

‘Alice, Je hebt gisterochtend en middag ook al niet gegeten, wel of geen honger je eet minstens één broodje.’ Ik zucht diep.. ‘Waarom zou ik eten, ik ben toch al dik genoeg..’ Het floepte eruit voordat ik besefte dat ik dat zou gaan zeggen..

Hij trekt mij mee naar zijn kamer en zet me op zijn bed. ‘Je bent niet dik. Je bent prachtig, geloof dat nou eens.’ Ik voel hoe er tranen over mijn wangen heen rolde.. ‘Dat zij Austin ook, tot op de dag dat hij vertelde dat alles gelogen was en mij alleen maar wilde gebruiken voor geld’ Zeg ik snikkend tegen hem. ‘Wie is Austin? En in hoe gebruikte hij je?’ Ik zucht diep.. ‘Je gelooft me toch niet, zoals iedereen deed!’ Zeg ik boos en loop weg, maar als ik de klink beet pak voel ik zijn armen om mijn middel heen. ‘Alice, vertel het..’ ‘Nee, laat me met rust!’ Zeg ik huilend.. het was de bedoeling om standvastig en boos over te komen.. niet gelukt. Hij zucht diep en zet me weer naast hem op zijn bed.

‘Austin was mijn vriendje..’ Zeg ik heel zacht tegen hem. ‘Voordat ik hem ontmoette deed ik tegen iedereen alsof alles goed ging, maar dat was niet zo.. Ik deed mezelf pijn, maar alles werd er eigenlijk alleen maar erger van. Ik vond mezelf niet goed genoeg voor deze wereld, ik ben veelste dik en zie er niet uit… Ik werd op school heel erg gepest en had veel ruzie met mijn ouders.’ Ik slik.. Ik heb eigenlijk nog nooit mijn verhaal verteld. Alleen Austin weet hier van..

Ik hoorde de bel gaan en ging zo snel mogelijk de klas uit naar mijn kluisje, maar ik was al te laat.. Ze begonnen weer met een dagelijkse uitscheld ronde. Er was maar één zin die echt tot me doordrong.. ‘Vies vuil varken, spring gewoon van een brug af.. Zijn we allemaal van je af!’ Ik kreeg tranen in mijn ogen, het was precies wat ik wou doen. Maar ik zou niet opgeven voor mijn moeder. Ze ligt in het ziekenhuis te vechten tegen kanker, ik wil net zo sterk als haar zijn en blijven vechten. Ik vlucht snel de school uit tussen al hun nare woorden door naar het ziekenhuis waar mijn moeder ligt. Als ik daar bij haar kamer aankom zijn alle gordijnen gesloten en komt mijn huilende vader aangelopen. Waarom huilt hij, mijn moeder zou toch niet… ‘Ze is dood. Ze kon niet meer vechten, haar lichaam was te zwak..’ Zegt hij snikkend hij probeert mij een knuffel te geven maar ik ren huilend weg. ‘Alice wacht!’ Ik negeer hem. Ik haal mijn fiets van het slot en rij onbewust door naar de brug.. Ik ga op de rand staan en kijk naar boven. ‘Mama, het spijt me..’ Ik kijk naar bedeneden en zie hoe de golven zich voortbewegen door de kunstmatige stroming. ‘3.... 2…’ ‘Niet doen!’ Hoor ik een jongen achter mij roepen. ‘Bemoei je er niet mee.’ Ik zag een jongen met bruin haar dat alle kanten op staat op mij afkomen. ‘Nog één stap en ik spring!’ Zeg ik bang, hij zet nog een stap dus ik doe het. Als ik onderwater kom zwem ik naar de zijkant en hou me vast aan de trap waarmee je het meer uit zou kunnen gaan. Zo drijf ik niet meer naar boven.. Langzaam voel ik het voor mijn ogen zwart worden. Eindelijk… Het laatste wat ik nog voel is twee armen om mij heen.

The Bad VillainWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu