Hoofdstuk 19: Visioenen

212 26 54
                                    

Waarin de droomwereld me meer en meer overneemt en ik weer een gave ontdek

Buiten gleden de golven voorbij. Ik staarde door de patrijspoort, mijn penseel rustend op het papier. Zuchtend keek ik naar wat ik had gemaakt. Het monster van Yoru uit mijn visioen.

"Wat maak je?" Tess plantte haar handen op de lage tafel en probeerde naar mijn tekening te gluren. Ik rukte het blad weg en verfrommelde het. "Niets. Hij was lelijk."

Ze trok een kussentje naar zich toe en plofte neer. "Ik verveel me. Ik ben al buiten geweest, ik heb de meeuwen gevoerd, met Chinatsu gepraat"- ze trok een vies gezicht -"met Storm pai sho gespeeld en verloren, een boek geleend en uitgelezen, getraind, mijn zwaarden geslepen..."

Ze liet de zwaarden kletterend naast zich neervallen.

Tess had twee zwaarden, twee katana's, lange elegante dingen van donker staal met rode handvaten. Ik had ze nog nooit gezien totdat ze ze uit haar tas had gehaald. Nu paradeerde ze er constant mee rond en liet de edelen zien wat een krijgshaftige generaalsdochter ze was.

Ik liet mijn vingertoppen over het messcherpe snijvlak glijden, testend hoe het een klein beetje haakte als ik mijn vinger opzij bewoog. "Nog niet scherp genoeg. Als ik hem aanraak zou mijn duim eraf moeten vallen."

"Heel grappig." Ze trok een moordlustig gezicht. "Ik heb potverdorie een uur dat ding zitten slijpen!"

Ik glimlachte en schoof hem in de bewerkte leren schede. Mijn handen waren wit in het grijze avondlicht dat naar binnen viel. Het was al bijna etenstijd. Maar de klok tikte zo langzaam, dat het wel leek alsof het nooit zover zou zijn.

Tess fronste, stond op, dacht even na en ging weer zitten. "Nee. Ik... oh, ik heb een leuk idee!"

"Mm?" Ik keek haar sceptisch aan.

Ze stak haar neus in de lucht en keek me met samengeknepen ogen aan. "Eigenlijk weet ik heel weinig over jou, wist je dat? Wist je dat, ik weet, snap je hem?"

Ik zuchtte. "Ga door..." Ik keek haar afwachtend aan, vouwde mijn handen in mijn schoot.

"Dus wat ik wou zeggen... we gaan elkaar vragen stellen!" Ze keek me met een grote grijns aan, wachtend op mijn reactie.

"Vragen? Zoals wat?" Wat zou je dan willen weten over mij? Je kent me toch, je weet wat voor persoon ik ben? Dat ken ik ook van jou.

"Gewoon, dingen." Ze hief nietszeggend haar armen op. "Had je broertjes of zusjes, hoe waren jouw ouders, wat is je lievelingskleur... Vind je dat je element bij je past..." Haar stem stierf weg.

"Uhm... Zal ik ze allemaal beantwoorden?" Ik ging verzitten - ik was stijf van al die tijd achter mijn bureautje - en streek mijn rok glad.

"Ja. En dan moet jij er ook één aan mij vragen!" riep Tess uit. Ik voelde dat dit het punt was waar ze al de hele tijd naar opbouwde. Het is altijd leuker om vragen te beantwoorden dan ze te stellen, dat is een feit.

"Ik heb een broertje - pleegbroertje - Yuuga..." Ik probeerde niet te hoorbaar te slikken en wendde mijn gezicht af. "Mijn ouders waren afstandelijk, misschien lag dat ook aan mij. Ze dwongen me om het beste te bereiken, perfect te presteren. Ik ben opgevoed als prinses, niet als mens." Ik zuchtte bijna onmerkbaar en streek een loszittend plukje haar achter mijn oor. "Dat is soms... moeilijk, als ik met jullie ben en jullie zijn allemaal zo... sociaal, zo gemakkelijk, zo enthousiast en open. Zo werelds. Soms wens ik dat ik meer zoals jullie was."

"Hm." Tess' bruine ogen keken me onleesbaar aan. "Maar kijk, Cassandra... wat ik niet helemaal snap..." Toen smakte mijn wang opeens tegen de grond en zag ik de kamer niet meer.

Verenigd {VOLTOOID}Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu