Hoofdstuk 6

36 4 4
                                    

*unedited*

Violet sloop door de gangen van het kasteel. Bediendes haastten zich langs haar zonder op haar te letten. Ze had de vorige avond een briefje bij Lucas laten bezorgen en nu zou ze hem in een geheime gang te ontmoeten. Ze wist niet of hij op zou komen dagen, maar het was de enige manier om haar plan te laten slagen. Eindelijk was ze bij de gang aangekomen en in haar hoofd nam ze het plan nog even door.

Ik kan nu nog terug, dacht ze terwijl ze om zich heen keek. Ze twijfelde, ze wist niet of dit echt de enige mogelijkheid was. Wat als hij het wel was? Maar dat leek haar sterk. Als hij het was geweest had hij wel anders gereageerd. Nee, dit was niet de Lucas die ze zich herinnerde.

'Violet', zei een stem achter haar en ze draaide zich om.

Daar stond hij, hij was gekomen. Er was nu geen weg terug meer. Violet liep naar hem en glimlachte naar hem. Ze wist niet wat haar plan teweeg zou brengen.

'Ik moet je iets belangrijks vragen', fluisterde ze zodra ze dichtbij genoeg was. 'Maar niet hier, en niet nu. Teveel mensen die het zouden kunnen horen.'

Lucas knikte, maar leek duidelijk verward. Dit versterkte haar vermoedden voor Violet, want haar broer zou weten dat ze niet praatte als er anderen bij waren.

'Vanavond', zei ze terwijl ze een paar stappen in zijn richting nam. 'Op het balkon op de vierde verdieping naast de bibliotheek. Na zonsondergang. Dan kunnen we praten.'

Lucas knikte en Violet wilde al weglopen toen hij haar hand vastgreep.

'Wat is het?' vroeg ze terwijl ze zich met een ruk omdraaide. 'Ik praat vanavond pas.'

Lucas knikte en hij kneep even in haar hand alsof hij haar gerust wilde stellen. Vervolgens liet hij haar hand los en Violet baande zich een weg tussen de bediendes door terug naar haar kamer.

De zon ging bijna onder en Sasha liep door de gangen van het kasteel. Ze maakte zich oprecht zorgen om haar vriendin, zeker omdat het plan niet waterdicht was. Ze was bang dat hij haar iets zou doen.

Ze haastte zich door de gangen en af en toe stopte ze even om te kijken of niemand haar volgde. Keer op keer was dit niet het geval, maar een onbehagelijk gevoel bekroop haar. Haar vriendin zou nu al wel op het balkon zijn. Ze was boos op zichzelf dat ze het niet eerder verteld had. Dat ze niet had geprobeerd haar te stoppen. Maar ze was vooral bezorgd, want haar vriendin kon zo roekeloos zijn dat ze zonder nadenken iets deed.

Ze was nu bijna aangekomen bij haar bestemming en ze moest moeite doen om haar ademhaling onder controle te houden. Ze hoopte maar dat ze op tijd zouden zijn om haar vriendin te stoppen van het doen van iets wat mogelijk grote consequenties zou hebben.

Het was donker buiten en de maan stond hoog aan de hemel. Violet leundde tegen de reling van het balkon aan en had twee glazen drinken naast haar op de reling staan. Haar haren wapperden in de wind en ze had haar rechterhand om de parelketting om haar hals geklemd. Ze was bang en hoopte dat hij gewoon niet zou opkomen dagen. Maar die hoop was tevergeefs want al snel klonken er voetstappen achter haar en de deur van het balkon opende.

'Violet', zei Lucas terwijl hij naast haar kwam staan.

Ze keek op en glimlachte even naar hem. Haar hart klopte in haar keel. Wat als hij wel echt haar broer was? Die gedachte wuifde ze weg en ze liet haar parelketting los. Ze was in staat haar ademhaling weer onder controle te krijgen en draaide zich vervolgens naar hem.

'Je wilde me spreken', zei hij.

Zo formeel, dacht ze terwijl ze haar glas op tilde. Hij volgde haar voorbeeld en hij bracht een toost uit:

'Op onze familie.'

Ze herhaalde wat hij had gezegd en nam een slok van haar drinken. Vervolgens zette ze haar glas weer neer en streek haar al gladde jurk zo mogelijk nog gladder. Ze tikte met haar nagels op de reling en was in staat op die manier zijn aandacht te trekken.

'Ik wilde dus wat zeggen', zei ze terwijl ze zenuwachtig met haar nagels op de reling tikte. 'Of eigenlijk wilde ik wat dingen uit de lucht helpen.'

Hij knikte en even ontmoetten hun ogen elkaar. Ze glimlachte even waarna ze wegkeek. Ze haalde even diep adem. Ze wist niet hoe ze moest beginnen. Wat als ze zijn gevoelens kwetste? Wat als ze zijn hart brak? Want wat als hij wel haar broer was? Dan zou ze zichzelf nooit vergeven. Maar de kans was veel groter dat hij het niet was. Eerder had dat haar gerustgesteld, maar nu niet. Ze vroeg zich even af waarom niet, maar ze kon er niet lang bij stil staan want hij pakte haar hand vast. Ze glimlachte en kneep even in zijn hand.

'Ik denk dat je niet bent wie je zegt dat je bent', zei ze in een adem.

Hij keek haar even verrast aan, maar niet alsof hij het niet verwacht had. Dit bevestigde haar vermoeddens. Haar hart klopte in haar keel. Ze begon sneller te ademen en ze begon in paniek te raken. Wat zou hij doen nu ze de waarheid wist?

'Wie ben je dan?' vroeg ze met trillende stem.

Ze moest de reling vastpakken om niet te vallen. Haar hele lichaam trilde en het was moeilijk om nog normaal na te blijven denken. Zeg iets, gilde haar gedachten, zeg iets! Maar hij zei niets. Hij bleef niets zeggen. Het enige wat er wel gebeurde was dat hij een enorme, angstaanjagende grijns op zijn gezicht toverde.

'Je bent echt slim weet je dat', lachde hij.

Zijn lach was angstaanjagend en Violet strompelde achteruit. Ze viel tegen de muur aan en vreesde voor haar leven. Maar in plaats van haar verwachte reactie stak hij zijn hand uit naar haar. Even staarde ze argwanend naar zijn uitgestoken hand, maar vervolgens greep ze hem vast. Hij trok haar overeind en keek haar recht in de ogen.

'Ik ben Stephan', antwoordde hij. 'En ik wil tot op de bodem uitzoeken wat er met je broer gebeurd is.'

Koninklijk BloedWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu