(18) Tom Davies

690 29 3
                                    

Op naar mijn vaders kantoortje.

Ik loop rustig door de gangen. De trappen op of af. Hoeken om.
Ik hoop dat pap het niet erg vind...
ik loop de laatste hoek om en... ik knal keihard tegen iemand aan. Zonder dat ik iets doorheb verlies ik mijn evenwicht en val op de grond. De jongen waar ik tegen aan botste had het ook niet verwacht en ligt ook op de grond.
'S-sorry ik letten niet op.' Zeg ik nerveus en ik help mezelf omhoog.
Ik kijk naar de jongen die nog op de grond zit.
Het is iemand van Ravenklauw. Hij heeft bruin haar en groene ogen.
'Sorry ik lette ook niet op.' Zegt hij. Ik steek mijn hand uit om hem omhoog te helpen.
'Ik ben Yara, Yara Sneep-Potter.' Stel ik mezelf voor. De jongen kijkt me eventjes verbaast aan, maar herstelt zich snel weer.
'Ik ben Tom Davies. Aangenaam.' Zegt de jongen vriendelijk. Hij kijkt me lief aan met z'n mooie groene ogen.
'Yara? Wat doe je?!' Roept een heel bekende stem boos. Draco.
Ik kijk om en negeer hem.
'Ik moet gaan Tom, ik zie je later wel!' Zeg ik nog vriendelijk en dan loop ik snel het kamertje van m'n vader in.
'Yara, hallo. Ik hoorde van Perkamentus dat je je naam wilt veranderen?' Begint mijn vader opeens.
Shit, professor Perkamentus heeft het al vertelt.
'J-ja, vind je dat goed?' Vraag ik voorzichtig.
Pap knikt tevreden. 'Maar ik heb geen tijd om te praten nu, lieverd.' Zegt hij erachteraan.
Zonder nog iets te zeggen laat m'n vader me uit.
Draco en Tom zijn allebei weg.
Ik besluit naar de bibliotheek te gaan. Kan ik rustig worden van zonet.
Onderweg kom ik gelukkig niemand tegen en als ik in de bieb ben ga ik ergens in een hoekje zitten waar niemand me stoort.
Ik heb Zwerkbal door de eeuwen heen gepakt en ik begin te lezen.

Ik weet niet hoeveel later en ik heb het boek uit. Al voor de 3e keer, maar toch blijft het handig om veel te weten over Zwerkbal.
Dat heb ik eigenlijk overal bij.
Shit! We moeten een verslag voor Toverdranken van 300 woorden voor morgen af hebben!
Snel ren ik door de bieb om naar de goeie boeken te zoeken. Het moet gaan over een zelfgekozen toverdrank...
Ik pak een boek over Toverdranken uit de kast en blader het wat door.
Ik begin met mompelen...
'Amortentia... neh te gewoon... veritaserum... waar heb ik dat voor nodig...? Ja! Vergetelheidsdrank! Maar die benodigdheden... nou ja we hoeven het toch niet te maken.' Mompel ik.
'Sorry? Wat zei je?' Vraagt een vaag bekende stem achter me.
'Oh sorry ik praatte tegen mezelf.' Lach ik en draai me om. Het is Tom!
'Hé! Zie ik je weer!' Glimlacht hij. Ik voel dat ik rood word en glimlach terug.
'Wat moet je doen in de bieb?' Vraagt Tom nieuwsgierig. Ik wenk hem dat hij mee moet komen.
'Ik moet een verslag schrijven over een toverdrank. Voor morgen! Ik was het vergeten.' Zeg ik onderweg naar de stille plek.
'Oh! Welke toverdrank?' Vraagt Tom.
'Je mag zelf kiezen, ik bladerde dit boek wat door en mij lijkt de vergetelheidsdrank wel leuk!' Zeg ik en we gaan tussen de boekenkasten door naar de plek.
'Oh die is leuk! Wacht, waar gaan we heen?' Vraagt Tom bezorgd.
'Naar de beste, stilste en fijnste plek in de bibliotheek.' Grijns ik en ik wurm me tussen de laatste kasten door.
En daar is mijn hoekje dan. 3 stoelen, een tafeltje en een kleed. Ook mijn tas ligt nog om de grond. Het ziet er altijd gezellig uit hier.
'Wow ik wist niet dat dit er was.' Zegt Tom verbaasd. Ik grijns en ga zitten op 1 van de stoelen.
Tom gaat op de stoel naast me zitten.
Snel pak ik perkament en m'n veer.
'Zal ik helpen?' Vraagt Tom vriendelijk.
'Wil je dat doen?' Vraag ik verbaasd.
'Natuurlijk!' Zegt hij blij.
'Oké, fijn! Dankjewel.' Zeg ik blij.
Tom glimlacht vriendelijk en pakt een boek die ik heb gepakt.

Een uur later zijn we klaar met het verslag.
'Bedankt!' Glimlach ik vriendelijk.
'Graag gedaan! Hé, ik weet eigenlijk helemaal niks over je... vertel eens iets over jezelf.' Vraagt Tom opeens heel nerveus.
Ik grijns, het is schattig als hij nerveus is.
'Wat wil je weten?' Glimlach ik.
'Alles, welk jaar je zit bijvoorbeeld.' Zegt Tom nieuwsgierig.
'Jaar 1. in Griffoendor, maar dat had je wel door denk ik.' Grijns ik.
Tom lacht en knikt.
'En jij?' Vraag ik nieuwsgierig.
'Jaar 2, Ravenklauw.' Grijnst Tom en hij laat het tekentje op z'n gewaad zien.
Ik glimlach en ik voel dat ik ga blozen. Geen idee waarom...
Vanuit mijn ooghoeken zie ik Tom ook lichtjes blozen.
'W-uh, wat is je lievelingsvak?' Stottert Tom, om het niet akward te maken.
Ik grinnik, dat was echt schattig.
'Verweer tegen de zwarte kunst, maar niet met Smalhart eigenlijk. Ik hoop dat we volgend jaar iemand anders krijgen.' Zucht ik geërgerd. Tom knikt.
'Vorig jaar was het erger.' Zucht Tom rillend.
'Oh ja, met Krinkel toch?' Bedenk ik.
'Jep, met om z'n achterhoofd Jeweetwel...' huivert Tom.
'Gelukkig is hij dood en Voldemort voorlopig weg.' Zeg ik.
Tom knikt. Het wordt weer even stil.
'Hoe zit het met jou en Malfidus?' Vraagt Tom opeens.
'We hebben nog niet zo lang, maar toen ik iets belangrijks moest vertellen kwam hij niet opdagen en werd ik geslagen door z'n zusje.' Ik schrik van het laatste, dat had ik niet mogen zeggen.
'Geslagen door Lyra Malfidus?' Vraagt Tom verbaast.
'Uhm, nou... niet vertellen, alsjeblieft...' stamel ik bang.
'Komt goed.' Glimlacht Tom vertrouwelijk. Ik glimlach terug.
'Je moet wel vragen waarom hij niet kwam hoor.' Zegt Tom streng.
'Hij moet maar naar mij komen.' Zucht ik.
'Ja dat gaat lekker als je hem negeert.' Zegt Tom slim.
'Oh... je hebt gelijk ook...' zeg ik bedenkelijk.
Tom glimlacht even trots.
'Wat moest je eigenlijk vertellen?' Vraagt Tom nieuwsgierig.
'Oh nou, iets over m'n familie.' Zeg ik simpel.
Tom knikt alleen maar.
Ik schrik me dood als de klok 6 uur slaat.
'Diner. Ga je mee?' Vraagt Tom lief. Ik knik en we wurmen ons terug naar de deur.
Stilletjes lopen we door de gangen naar de Grote Zaal.
'Tot de volgende keer, Yara.' Zegt Tom heel lief. Ik voel dat ik weer ga blozen... maar dat kan niet! Ik heb met Draco en daar ben ik blij om. Toch..? Ja, daar ben ik blij om.
'Doei, Tom!' Zeg ik vrolijk terug en dan scheiden onze wegen.
Ik loop naar Ginny en Hermelien.
'Wie was dat?' Vraagt Ginny benieuwd.
'Tom Davies.' Zeg ik simpel.
'Wat! Maar da's een tweede jaar!' Zegt Hermelien verbaasd.
'Ja! Net als jij! En Harry en Ron en Draco...' Ratel ik namen op.
'Oké, oké, we snappen het!' Lacht Hermelien.
Ik voel opeens een hand op m'n schouder.
'Yara, kan ik je even spreken?' Vraagt een meer dan bekende stem achter me. Het is Draco.
Ik knik en hij neemt me mee naar de gang.
'Wie was dat?' Vraagt Draco boos.
'Gewoon een vriend, net als Harry en Ron, hoezo?' Vraag ik.
'Hij zat met je te flirten!' Zegt Draco boos.
'Dat deed hij niet! En trouwens jíj kwam niet eens opdagen terwijl ik iets belangrijks moest vertellen!' Snauw ik Draco toe.
'Wanneer?' Vraagt Draco niet-begrijpend.
'Vrijdag!'
'Huh? Daar weet ik niks van.' Zegt Draco nog steeds niet-begrijpend.
'Wacht... maar je hebt wel teruggeschreven...' Bedenk ik weer.
'Hm, hij zou misschien door iemand anders geschreven kunnen zijn, wat stond erop?' Vraagt Draco. Ik denk even na.
'"Is goed, zie ik je om 8 uur?"' Zeg ik me nog goed herinnerd.
Draco haalt zijn schouders op. 'Geen idee, Weet jij iemand die ons niet samen wil?'
Ik schud mijn hoofd. Eigenlijk weer ik wel iemand, maar dat ga ik niet zeggen.
'Natuurlijk! Lyra! Die kan vast wel zoiets gedaan hebben!' Zegt Draco.
Shit.
'Ik ga nu naar haar toe en vragen.' Zegt Draco vastberaden.
'N-nee! Dat hoeft niet, i-ik kan je het nu vertellen toch?' Zeg ik snel en zenuwachtig.
Draco kijkt me raar aan, maar hij knikt toch.
'L-laten we gaan zitten.' Stel ik voor en ik wijs naar een bankje.
Samen lopen we er heen en gaan zitten.
'Ik weet wie m'n ouders waren en wie m'n broer is.' Zucht ik en ik tril van de zenuwen.
'Serieus?! Dat is geweldig! Wie?' Vraagt Draco heel blij.
'Ik weet niet of je het zo leuk vind, maar-uhm... hetzijndepotters.' Ratel ik heel snel.
'Sorry? Ik hoorde het niet.' Zegt Draco een beetje geforceerd glimlachen.
Ik zucht nog een keer diep. 'Het zijn de Potters.'
Draco kijkt me met grote ogen aan. 'I-uh... ik weet niet wat ik moet zeggen.'
'Gewoon, iets...' probeer ik, maar Draco schudt zijn hoofd, staat op en loopt weg.
Daar heb ik dus helemaal niks aan.
Ik zucht en er loopt een traan over mijn wang, hier was ik al bang voor. Hij gaat me waarschijnlijk niet meer accepteren of zo. Dat is wel vaker gebeurt. Meestal kleine dingen wat later wel weer goed was, maar dit is groot en belangrijk. Hopelijk is hij er oké mee.
Ik besluit maar naar mijn geheime hoekje te gaan in de bibliotheek.
De weg erheen was rustig, ik passeerde niemand die ik kende. Ik loop langs de Grote Zaal en zie dat de lunch bijna afgelopen is.
Nu je het zegt, ik heb best trek.
Gauw pak ik een paar broodjes en loop weer de weg naar de bieb. Ik glip naar binnen en zorg dat madame Rommella me niet ziet. Zo snel als ik kan wurm ik mezelf en het bordje met eten door de boekenkasten. Na een paar minuten ben ik dan eindelijk aangekomen op mijn favoriete plek. Gelukkig is niemand hier.
Ik ga zitten op 1 van de stoelen en zet mijn bordje op de tafel ernaast. Ik pak een willekeurig boek uit de kast en begin het te lezen. Het gaat over de zeewezens die in het Grote Meer wonen. Gelukkig hoef ik daar nooit in te zwemmen.
Ik ga met mijn vinger over de woorden. 'De Meermens is een intelligent volk dat hun eigen cultuur heeft opgebouwd...'
Geweldig dat ook hele andere wezens dan mensen zich zo wijs maakt van eigen cultuur...
Ik ga weer verder naar een ander kopje, genaamd Wierlingen...
'Wierlingen zijn wezens met tentakels die voortleven in het Grote Meer... Ze lijken wat op octopussen en leven meestal in groepen. Wierlingen vallen meestal snel aan met de groep... Om van ze af te komen moet men een spreuk zoals Paralitis of Rictusempra gebruiken, die houdt ze op afstand.' Lees ik mezelf weer voor. Ik blijf waterdieren geweldig vinden, altijd al gedaan.
Ik grijp opeens snel naar mijn tas.
Waar... is... mijn... opstel?!
Wild graai ik door mijn tas. Ik voel van alles; mijn veer, boeken en rollen perkament! Een voor een open ik ze. Teleurstellend staat er op de eerste 4 rollen nog niks. Ik pak hoopvol de laatste uit mijn tas en...
'Yes!' Gil ik zacht en ik kijk naar de geschreven woorden. Ik zucht opgelucht.
Ik besluit het opstel zachtjes voor mezelf te lezen.
'Vergetelheidsdrank.
Voor vergetelheidsdrank heb je de volgende ingrediënten nodig:
- 1 druppel eenhoornsbloed
- boomschors van een beukwilg
- 13 aasvliegjes
- oog van een groene huisdraak
- ketel met water

De bereiding van vergetelheidsdrank gaat als volgt:
Stap 1: laat de druppel eenhoornsbloed in de ketel met het water vallen.
Stap 2: roer vijf keer tegen de klok in.
Stap 3: voeg de schors van een beukwilg toe. De drank moet nu bruin kleuren.
Stap 4: voeg één keer per minuut een aasvliegje toe.
Stap 5: roer zo snel als je kan tien keer met de klok mee.
Stap 6: voeg voorzichtig het oog van een groene huisdraak toe aan het mengsel.
Stap 7: roer drie keer tegen de klok in.
Stap 8: roer zeven keer met de klok mee.
Stap 9: laat het een kwartier koken.

Een vergetelheidsdrank is zeer lastig te maken. De drinker van deze drank krijgt geheugenverlies. Het vergeet dus dingen.
Ook zit er eenhoornsbloed in. Als je dat drinkt blijf je in leven, ook al ben je vrijwel dood. Maar het drinken van eenhoornsbloed geeft ook een straf, je krijgt een half leven, een vervloekt leven. Jeweetwel gebruikte in 1991 eenhoornsbloed om in leven te blijven. Hij leefde als een soort parasiet op iemands achterhoofd. Gelukkig is de drager overleden door iets wat veel krachtiger is dan macht. Liefde. Wat Jeweetwel betreft, hij vindt vast wel weer een ander object hoe hij kan overleven.
Nog weer over het drankje: drakenogen zijn lastig te krijgen. Vooral van de groene huisdraak. Maar een tovenaar of heks die goed is in het maken van toverdranken, heeft het vast wel op voorraad.
Aasvliegjes zijn veel makkelijker te krijgen. In de voorraadkasten van de leerlingenkamers bijvoorbeeld.
Maar ik denk ook zeker dat de leraar Toverdranken gaasvliegjes op voorraad heeft.
Tot zo ver mijn verslag over Vergetelheidsdrank.
(Totaal 301 woorden, zelf geteld)'
Ik zucht diep als ik het verslag helemaal heb gelezen. Zacht leun ik achterover op de stoel en sluit mijn ogen even.
Opeens begint mijn maag te rammelen. Ik kijk op de klok hoe laat het is.
'Half 6 al?! Avondeten begint over een half uur...' zeg ik zacht en vol ongeloof.
Ik zit hier nu al 4 uur...
ik besluit om Ginny op te zoeken.
Zo gezegd zo gedaan. Ik loop rustig door de gangen, denkend aan wat ik ook al weer gedaan heb vandaag.
Opeens herinner ik me het gesprek van Draco en mij weer.
Zonder dat ik iets door heb glijd er een eenzaam traantje over mijn wang. Ik veeg het woest weg als ik Ginny eindelijk tegenkom op de trappen. 'Yara! Daar ben je! Waar was je nou? Ik heb je de hele middag gezocht!' Zegt Ginny bezorgt en ze geeft me een knuffel.
'Ik was in de bieb na een vreselijk gesprek met Draco. Voor zover je het een gesprek kan noemen.' Zucht ik geërgerd.
'Je hebt met Draco gepraat? Waar hadden jullie het over?' Vraagt Ginny nog steeds bezorgd.
'Dat vertel ik na het avondeten, ik heb trek.' Probeer ik te grijnzen.
Ginny kijkt even diep en heel serieus in mijn ogen, maar dan draait ze zich toch weg en lopen we samen richting de grote zaal.

𝖨𝖿 𝖧𝖺𝗋𝗋𝗒 𝖧𝖺𝖽 𝖠 𝖲𝗂𝗌𝗍𝖾𝗋Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu