Proloog

410 25 5
                                    

Yara

Ik herinner me het nog goed. De dag dat ze bij me in de klas kwam. Ze hield zich verborgen achter haar blonde haren. Het leek alsof ze zich voor alles wilde verstoppen en ik wist gewoon dat ze liever thuis was gebleven. De docent sloeg beschermend een arm om het meisje heen, alsof het porselein was.

"Dit is Benthe," vertelde de docente. "Benthe komt bij jullie in de klas." Ik bekeek Benthe eens grondig. Ze had een lichte spijkerbroek aan met een zacht roze blousje, waarschijnlijk was ze niet al te zeker van zichzelf, in tegenstelling tot mij. Ik moet toegeven, dat ik best wel een beetje de 'badgirl' van de klas was. Benthe zou niet bij mijn passen. Benthe stak een blonde pluk achter haar oor waardoor haar zeeblauwe ogen tevoorschijn kwamen. Ik moest toegeven dat ze mooi waren. Ze glimlachte klein en haar ogen gleden langzaam door de klas.

"Benthe, ga maar naast Yara zitten." Hij wees naar de lege stoel naast de mijne. Ik zat vooraan in de klas, vanwege mijn 'badgirl' gedrag. Ze knikte en ging zitten op de stoel. Ze glimlachte verlegen en ik glimlachte terug. Mijn taak was vanaf toen om die Benthe zich eens wat meer thuis te laten voelen.

"Ben je verhuisd?" vroeg ik zacht terwijl de docent begon met zijn les. Ze knikte. "Spannend?" Ze knikte weer. Het bleef stil tot het einde van de les. Ik liep met mijn vriendinnen naar het volgende lokaal, maar ik hield Benthe in het oog. Ze liep in haar eentje achter alle andere leerligen aan en ik vond het ergens toch wel zielig. Ik voelde een por in mijn zij en ik draaide snel mijn hoofd naar Tara, mijn vriendin.

"Ik vroeg je wat!"

"Sorry, wat zei je?"

"Of je Tim ook zo'n lekker ding vindt." Ze grijnsde en ik grijnsde terug, wat ze opving als een ja. De rest van de dag gleed aan me voorbij en Benthe had ik niet meer gesproken. Ik had daar ook niet echt behoefte aan. Ze zou ook niet mijn vriendin kunnen zijn.

Dacht ik.

Benthe

Daar stond ik dan. Voor de klas terwijl alle ogen me aankeken. Ik voelde me opeens zo klein en niet bijzonder. Ik stak een blonde pluk met haar achter mijn oor en ik bekeek al mijn nieuwe klasgenoten. Het liefst zou ik de klas uit rennen en doen alsof dit nooit gebeurd was, maar ik wist dat het toch niets hielp. De docent zei dat ik naast ene Yara moest gaan zitten. Zijn vinger wees naar een meisje vooraan in de middelste rij. Ze had donkerbruine krullen en het leek een koppige dame. Ze had een leren jackje aan en ze grijnsde wat. Ik liep naar het tafeltje naast de hare en ik ging zitten. Ze vroeg wat en ik antwoordde kortaf, niet-wetend wat ik anders zou moeten zeggen. De les ging langzaam voorbij en de rest van de schooldag leek een jaar te duren. De hele dag had ik in mijn eentje achter mijn klasgenoten aangelopen, puur omdat ik anders niet wist waar ik heen moest omdat ik mijn roosten nog niet had. Echt met de les meedoen kon ik ook niet, want ik had mijn boeken nog niet en ik had niet de moed aan Yara te vragen of ik met haar mee mocht kijken. Ze stelde het ook niet voor, dus liet ik het maar. Toen ik eindelijk op mijn fiets naar huis fietste was ik dolblij. Ik had nog een zware week voor de boeg, maar daar dacht ik nog even niet aan. Toen ik thuis kwam moest ik helpen met dozen uitpakken. Terwijl ik dat deed moest ik aan Yara denken. Ze was totaal niet het meisje dat mijn vriendin zou kunnen worden.

Dacht ik.

Zon, zee, alcoholWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu