Hoofdstuk 8

64 10 1
                                    

"Je gaat eraan!"

"Nee echt niet!"

"Oh, dat denk jij!"

"Hajaa!"

Typhon en ik worden wakker van twee eekhoorntjes die aan het zwaardvechten zijn met een tak.

"Ha! Ik heb je geraakt!"

"Au! Nu raak je mij."

"Krijg je ervan."

"Hajaa! Piew piew!"

Ik til mijn hoofd op en kijk achterom. De twee eekhoorntjes slaan mekaar met elkaars tak. Ze doen er flink gewelddadig mee. Typhon komt ook kreunend overeind.

"Huhh, wat is er gaande?" vraagt hij slaperig.

"Twee eekhoorntjes die aan het zwaardvechten zijn met een tak," antwoord ik.

"Oh, nou irritant," zegt Typhon.

De eekhoorntjes komen nu dichterbij, omdat ze elkaar deze kant op drijven.

"Zie de kracht, van de stok!"

"Mijn stok is groter." De ene eekhoorn steekt zijn tong uit. "Na na na na."

"Jij dwaas, ik zal je krijgen!" Ze rennen gierend op elkaar af en vervolgens rollen ze door het zand.

Mijn hoofd knalt bijna uit elkaar. Gek wordt ik ervan. "Kunnen die beesten niet gewoon hun muil houden?"

"Misschien, als ze zelf een echte klap ervaren," zegt Typhon.

"Da's geen gek idee," zeg ik beduusd. Ik sta op en draai me om. Ik sta nu recht voor de rollende eekhoorntjes, die blijkbaar niet doorhebben dat er een grote draak voor hun neus staat.

De eekhoorntjes stoppen met rollen en staan op. Ze pakken hun takjes weer op en beginnen er weer mee te meppen. Het is eigenlijk een best dom tafereel.

"Zie de kracht!" De ene eekhoorn steekt de tak naar voren en begint ermee te zwaaien.

De andere valt achterover. "Au, wat een kracht. Je psychicstraal raakte mij!"

"Ha, lekker voor je."

Nog steeds hebben de eekhoontjes niet door dat ik er ben. Ik zet een stap naar voren en geef met mijn staart een klap in het zand. En nog steeds hebben ze het niet door.

"Doe nou iets," fluistert Typhon. "Ik word gek!"

Ik ga op mijn achterpoten staan als een paard en kom met mijn voorpoten hard neer in het zand. De hele grond trilt. En dan staan de eekhoorntjes opeens stil en draaien ze zich om naar mij. Ze verstijven.

"Kunnen jullie ook ergens anders gaan spelen?" vraag ik kil. "Wij hebben onze rust hard nodig." Ik knik naar Typhon.

De eekhoorntjes gooien hun tak weg en zetten hun handen op hun rug.

"Uh sorry, mevrouw de draak," zegt de andere eekhoorn. "We wilden u niet storen, we wisten niet eens dat u er was."

"Dat is je geraden," zeg ik. "Ik zal het dit keer door de vingers zien. En nu wegwezen."

De eekhoorntjes hebben het meteen begrepen en hollen er als een stel wilde dieren vandoor.

"Zo, da's ook weer opgelost," zeg ik opgelucht.

"Goed gedaan, Ingath," zegt Typhon met glinsterende oogjes.

Ik word overweldigd door slaperigheid. De laatste paar dagen heb ik blijkbaar niet echt goed geslapen, maar we zitten hier nu al zo lang, dat het waarschijnlijk gaat opvallen.

A tale of two dragonsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu