000| Luelle Fernandez

768 45 8
                                    

"So many won't get the chance to say goodbye. But it's too late to think of the value of my life."

Het is niet alsof ik altijd zo ben geweest. Zo kil en berekenend, bedoel ik. Vroeger – heel lang geleden – was ook ik klein en schattig. Mijn moeder hees me in roze jurkjes, deed strikjes in mijn haar en tijdens Sinterklaas zong ook ik uit volle borst mee. Ik weet niet wanneer het fout is gegaan. Maar op een gegeven moment was ik alle onschuld verloren. Niet bewust, ik had het zelf niet door, maar op een gegeven moment zei mijn moeder "waar is mijn dochter gebleven?" en toen besefte ik het me. Ik ben niet zoals andere meisjes. Op mijn tiende speelde ook ik met barbies – net als mijn leeftijdsgenootjes – maar ik speelde het spel net iets anders. Op mijn tiende ging ik – in gedachte – al vreemd. Mijn barbie was altijd opzoek naar een Ken die bezet was, het was het allermooist als die Ken een relatie had met de barbie die mijn vriendin was. Op mijn tiende was ik – in gedachte – al aan het stelen. Mijn barbie stal de kleding en het geld van haar vriendinnen. Op mijn vijftiende kwamen deze gedachtes uit. Ik had een relatie met het ex-vriendje van mijn beste vriendin en ik liep de helft van de tijd in kleding die ik niet zelf had betaald. Ik genoot ervan. Mijn moeder keek me niet meer aan.

"Waarom, Sophia?" vroeg ze me een keer. Ik was dertien.

"Waarom wat?" reageerde ik. Ik was mezelf aan het bekijken in de spiegel. De jurk die ik aanhad was de lievelingsjurk van Dana, ik had de jurk "geleend" en het stond me geweldig. Misschien dat ik de jurk zou houden.

"Waarom doe je zo? Ik heb je zo niet opgevoed. Het is niet normaal."

"Normaal zijn is saai. Je leeft maar een keer, het is te kostbaar om een saai leven te leiden."

Ze leek nog iets te willen zeggen, maar begreep dat het hopeloos was. Mompelend verliet ze mijn kamer. "Denk er eens over na, mam. Je zult zien dat ik gelijk heb," riep ik haar na. Ze reageerde niet.

Sinds mijn vijftiende was ik op mezelf aangewezen. Mijn vier jaar jongere zusje, Florene, wilde geen contact meer met me en mijn moeder had me zonder pardon op straat gezet. Mijn vader - de enige persoon in mijn familie waar ik daadwerkelijk om gaf - was om het leven gebracht door een drugsdealer toen ik acht was. Ik had gezworen dat ik de dood van mijn vader zou wreken, al was dat het laatste wat ik zou doen.

Ik leefde op straat, in kraakpanden, heb een paar weken bij mensen in huis doorgebracht. En ik genoot van die vrijheid. Ik was zó ontzettend blij dat ik bevrijd was van de eindeloze vragen, de woedende blikken en het stilzwijgen. Maar ik kan de opluchting die ik voelde gewoonweg niet beschrijven toen ik besefte dat ik afscheid kon nemen van mijn achternaam. Valerius. Ik kon de naam laten verdwijnen, zou er nooit meer naar hoeven luisteren. Ik was van niemand, was niemand uitleg verschuldigd en ik kon zonder problemen een andere naam aannemen.

Vanaf toen was ik Luelle Fernandez. 

MarionetteWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu