Hoofdstuk 13

29 2 0
                                    


Ik heb vijf maanden in de duisternis geleefd. Vijf maanden alleen maar duister om mij heen. In die vijf maanden heb ik Liam maar heel weinig gehoord, de laatste keer dat hij kwam zei hij dat hij het moeilijk vond om mij zo te zien. Ik snap dat helemaal. Het is voor mij ook niet makkelijk geweest. Ondertussen ben ik al drie dagen weer wakker. De genezer heeft dat aan Liam verteld maar sindsdien heb ik hem niet meer gezien. Hij is niet langs geweest sinds is wakker ben. Het doet mij pijn dat hij niet langs is geweest. Mijn wond is zo goed als genezen.

Mijn bevalling kan elk moment beginnen. Ik wil heel graag dat Liam daarbij is. ik wil hem zo graag een knuffel geven, hem zoenen, bij hem zijn. Maar hij komt niet. Ik vraag me af wat er aan de hand is. Ik pak de rand van het bed vast, schuif voorzichtig mijn benen over de rand en blijf even zo zitten. Als ik niet duizelig word sta ik langzaam op en blijf de bedrand vast houden. Ik kijk even naar wat ik aan heb en zie dat iemand mij heeft omgekleed. Als ik zelfstandig kan staan loop ik een paar passen richting de deur. Ook dat gaat goed dan loop ik stukjes verder tot ik bij de uitgang van de hut ben. Ik loop voorzichtig richting mijn eigen hut. Maar als ik langs het podium loop zie ik iets wat ik niet wil zien.

Ik loop er sneller naartoe. Ik duw mezelf door de mensenmassa heen en klim voorzichtig het podium op. "Wat gebeurt hier?" Vraag ik dwingend want ik wil een antwoord. "Heda we wisten niet dat u al wakker was." Zegt een van bewakers op het podium. "Dat is niet wat ik vroeg. Geef mij een antwoord nu." Zeg ik dwingender. Ik kijk even naar de paal waar Liam en Lativa aan vastgebonden zijn. "We hebben ze gevonden samen, in een bed." Zegt de bewaker voorzichtig. Zodra ik dit hoor lijkt het alsof er geen vaste grond meer onder mijn voeten is. Ik krijg tranen in mijn ogen en kijk Liam aan. "Wat? Is dit waar?" Vraag ik met een gebroken stem. Liam kijkt mij aan en knikt langzaam. "Hoe kon je mij dit aandoen? Ik hield van je Liam je bent mijn man en nog erger de vader van mijn ongeboren kind." Schreeuw ik bijna. Weer knikt Liam. Dan voel ik ineens vocht langs mijn benen naar beneden lopen en ik besef wat dat betekend. Mijn vliezen zijn gebroken, mijn kind komt zo ter wereld. "Liam ik haat je. Ik wil je nooit meer zien. Verdwijn uit mijn dorp. Hetzelfde geld voor jou Lativa." Terwijl ik dit zeg draai ik mij om en loop ik naar mijn hut. Ik hoor Liam nog schreeuwen maar ik negeer het. Als ik bijna mijn hut binnenloop kijk ik nog een keer om en ik zie dat de bewakers Liam en Lativa los maken en ze naar de grens van het dorp brengen. De rest wil ik niet zien dus ik loop naar binnen.

Als ik mijn hut binnenkom begin ik te huilen. Dan komt de genezer binnen. "Heda mag ik u helpen tijdens uw bevalling." Vraagt hij. Het enige wat ik doe is knikken. Verder kan ik niks meer uitbrengen. Na een 3 uur durende bevalling hoor ik gehuil en weet ik dat mijn baby geboren is. "Heda u heeft een prachtige dochter." Zegt de genezer en ik begin te glimlachen. Ik ga rechterop zitten en hou mijn prachtige dochter vast. "Weet u al een naam Heda?" vraagt de genezer. Ik knik. "Ze heet Luna." Zeg ik glimlachend.

Uit al deze ellende is toch iets moois gekomen.

Let there be light, she is mine.

I am not weak (Dutch)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu