Hoofdstuk 11-operation

280 19 0
                                    

-Caspian

Ik rij weer terug naar het kasteel en laat mijn paard aan een stalknecht over. Ik ren als een bezetene naar binnen, de mensen hebben niet eens tijd om met een hoofd te knikken. Ze kijken me allemaal verbaasd aan. Maar ik kijk niet om, mijn voeten vinden vanzelf de weg naar de werkkamer van de professor. Traviq staat op wacht. Ik rem af en loop al hijgend naar de deur. Traviq knikt eerbiedig, ik geef hem een knikje terug en duw de deur open, draai om en doe de deur in het slot. Als ik me weer omdraai naar Susan, zie ik dat in haar jurk een opening is gemaakt. Net onder haar borsten tot haar onderbroek, er is een soort open vierkant van gemaakt zodat haar hele buik bloot is. Ik loop er snel naar toe. "We moeten het doden zodra het eruit is" zeg ik stellig. Dokter Cornelius knikt. Hij heeft leren handschoenen aan en al zijn instrumenten liggen naast hem op een tafeltje. "U kunt daar in de stoel zitten Majesteit, het is niet prettig om naar te kijken" zegt hij en wijst naar een fluwelen stoel bij het raam. De gordijnen zijn dicht, maar door de vele kaarsen in de kamer is het met alsof de zon nog door de gordijnen schijnt. "Oké" zeg ik en loop naar de stoel waar ik neer plof. Mijn hand rust op mijn schede. Zodra dokter Cornelius het eruit heeft gehaald, zal ik het doden. "Ik ga beginnen" zegt Dokter Cornelius en grijpt een mesje. Behendig snijdt hij Susan open iets onder haar navel. Dan maakt hij met klemmen het gat groter. Hij wroet wat en snijd iets weg. "Caspian" sist hij dan. Zijn handen verdwijnen in Susan haar buik en hij haalt er een, een.. Wat is het? Een wezen dat op een baby lijkt, dat is het. Het is spierwit met grote ogen die open zijn en je wijs aankijken. En dan lacht het, grote vlijmscherpe tanden komen tevoorschijn uit zijn mondhoeken. Dokter Cornelius gooit het op de grond, ik sta op en trek mijn zwaard. Maar het wezen geeft een ijselijke gil en kruipt dan als een spin weg, vliegt langs me heen en springt door het raam. Het belandt in een boom en verdwijnt. Ik adem uit en kijk naar het gebroken raam. De gordijnen wapperen wild door de wind. Ik draai me om en zie dat Dokter Cornelius al bezig is Susan te hechten. "Ze heeft het gered, maar het wezen-" Ik onderbreek hem. "Het was geen baby, het is een monster. Een monster dat gevangen en gedood moet worden! Zodra de jongens terug zijn gaan we op jacht, voor nu stuur ik er soldaten opuit" Dokter Cornelius knikt wijselijk. "Dat lijkt mij ook het beste" Hij haalt de naald nog één keer door Susan en breekt dan het draad af en maakt het vakkundig vast. "Nu moet ze rusten, de tafel kan rijden"zegt hij en hij duwt de tafel naar de deur. Ik loop naar de deur en haal hem van het slot. Als ik de deur open wil doen bedenk ik iets. "Wacht!" Ik pak een deken uit de kast en leg hem over Susan heen, hij komt tot haar kin. "We zeggen dat ze zich niet lekker voelde en nu in slaap is gevallen" zeg ik tegen dokter Cornelius. "Ja, u rolt haar naar haar kamer en legt haar in bed en ik zorg ervoor dat het raam straks nog gemaakt wordt" zegt hij. Ik kijk hem lachend aan, dan geeft hij de tafel aan mij en doet de deur open. Ik duw Suus uit de kamer en als ik langs Traviq kom kijkt hij me verbaasd aan. Hij is één van mijn beste vrienden, ik kan het hem wel vertellen. "Kom mee!" zeg ik tegen hem. Samen lopen we snel naar Susan's en mijn kamer. Ik pak Susan bij haar oksels en Traviq bij haar benen. We leggen haar op bed en doen de deken over haar heen. Zuchtend laat ik me op de rand van het bed zakken. "Wat is er gebeurd!" vraagt Traviq in paniek. Ik grijns verdrietig. "Dat is een lang verhaal en-" Traviq onderbreekt me. "Het heeft te maken met Hades of niet?"
"Ja" zucht ik. "Vertel het me maar als de anderen er zijn"zegt Traviq en legt een hand op mijn schouder. "Dan wachten we nu tot ze wakker wordt" zeg ik terwijl ik met mijn duim langs haar wang strijk. Ik sta op en ga in een stoel naast het bed zitten.

Ik wordt wakker als er buiten rumoer klinkt. Ik sta op en snel naar het raam. Het is al ochtend en Susan is nog steeds niet wakker. Traciq ligt op de grond, soms vergeet ik dat hij een centaur is. Buiten wordt het rumoer heviger,ik kan horen wat ze roepen. "Koning Peter! Koning Peter!" Hij is terug!

Narnia; The Dark LionWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu