Hoofdstuk 7: Wie Is Dat?

111 9 3
                                    

Buiten hoor ik voetstappen. Mark stapt de auto uit. Ik knijp mijn ogen dicht. Je hoort wat schoten van pistolen. Daarna een stilte. 'Is het Ed?' Vraag ik. Even is alles stil. 'Nee, erger' zegt Mark. Gelukkig Mark leeft! Maar erger dan Ed? Wie kan dat nou weer zijn. Misschien is het mijn vader. Ik stap de auto uit. En voor me staat... Een man die ik niet ken. 'Wie is dat?' Mark kijkt de man met een zuur gezicht aan en zegt: 'de duivel...' Ik weet niet waar Mark het over heeft. Hij is best schattig. 'Mark, ben je nog steeds boos over die wedstrijd?' Zegt de man. 'Jij hebt me laten vallen!' Roept Mark. Waar hebben die twee het over? Wie is die man eigenlijk? 'Jongens, wat is hier aan de hand?' Vraag ik. '*zucht* nou,' zegt Mark 'dit is Jake. Ik ontmoette hem 8 jaar geleden op de middelbare. We deden mee aan een talentenshow. Samen zaten we in een zanggroepje, the gentlemen. Toen we optraden viel Jake op me!'. 'En daar ga je zó moeilijk over zitten doen?' Vraag ik. 'Dat zeg ik ook al de hele tijd!' Zegt Jake. 'Dat is niet alles, hij heeft ook al gestudeerd om politie te worden!' Ik rol met mijn ogen. 'Oh-nee, hij heeft gestudeerd om politie te worden' zeg ik sarcastisch. 'Gast, je zei dat er iemand erger was dan Ed. Ik schrok me kapot!' Mark is stil. Ik loop naar Jake. 'Hoi, ik ben Denise' zeg ik. 'Jake' zegt hij terwijl hij mijn hand schud. Van dichtbij is hij nog knapper. Grote bruine ogen en bruin lang haar. Ik voel mezelf blozen. 'Ik ga het kampvuur maken' zegt Mark. 'Wacht, wat?' Vraag ik. 'Meneer "slimbo" heeft de wielen van onze auto's "lek"geschoten' antwoordt Jake.

Daar zitten we dan in the middel of nowhere. We zitten op de grond met een klein kampvuurtje. Misschien is het wel ongemakkelijk, maar het is beter dan bij Ed zijn. 'Mark,' begon Jake 'het spijt me.' Mark rolt met zijn ogen. Ben ik de enigste die dit niet snapt? Jake zegt sorry terwijl hij niks gedaan heeft. En het ergste...Mark vergeeft hem niet! 'Mark, kom op. Denk je dat Jake op je wilde vallen?' Mark staat op en loopt naar de auto. 'Als er iets "dringends" is, ik ben in de auto' zegt Mark. Ineens wordt het helemaal stil. 'Dus, de gentlemen hè' zeg ik. Jake begint te lachen. 'Ja, we waren toen nog erg jong.' Ik wil met hem praten, maar weet niet wat ik moet zeggen. Je hoort de wind ruisen. De maan zie je amper. Het lijkt alsof er een grote hap uit is genomen. Ik kijk naar Jake die naar het vuur staart. 'Kun je voor me zingen?' Vraag ik. 'Wat?' Jake kijkt me moeilijk aan. 'Ik vroeg of je wilde zingen'. 'Nou-' zegt Jake. 'Maar het hoeft niet als je wilt.' Het is weer stil. Ik merk dat Jake's arm een tattoo heeft. Het is een oog dat huilt. Eronder staat: one tear.
'When your legs don't work like they used to before' zingt Jake. Zijn stem is puur en mooi.
'And i can't sweep you off of your feet.
Will your mouth still remember the taste of my love?
Will your eyes still smile from your cheeks?'
Ik begin te blozen. Zingt hij dat voor mij? Ik herken het liedje. Het liedje hoorde ik heel vaak door de boxen aan het eind van de avond.
'And darling I will be loving you 'til we're 70.
And baby my heart could still fall as hard at 23.
And I'm thinking 'bout how people fall in love in mysterious ways.
Maybe just the touch of a hand.
Oh me I fall in love with you every single day.
And I just wanna tell you I am.
So honey now...'
"Bam!" De deur van Marks auto wordt opengeslagen. Jake en ik schrikken ons rot. 'Sorry, ik was mijn deken buiten vergeten.' Zegt Mark. Mark pakt zijn deken en loopt weer terug naar zijn auto. Ik kijk naar Jake die weer naar het vuur staart. Eigenlijk had ik verwacht dat hij verder zou zingen. Maar jammergenoeg zit hij gewoon te staren naar het vuur. 'Je hebt een mooie stem' zeg ik. 'Dank je, maar Mark is beter dan ik' antwoordt hij. Ik kijk naar mijn knie. Er zit een grote blauwe plek, die mij nog niet was opgevallen. Die heb ik vast gekregen toen ik viel. Jake kijkt naar me en ziet de blauwe plek. 'Gaat het?' Vraagt hij terwijl hij dichterbij me komt zitten. 'Ja, het is maar een blauwe plek'. 'Mag ik iets vragen?' Vraagt Jake. Ik knik. 'Wat is er gebeurt? Hoezo zijn jullie hier? Waarom ben je hier met Mark?' Het liefst wil ik er niet over praten, maar hij heeft ook voor me gezongen. Dus ik doe het toch. 'Ik werd 5 jaar gevangen gehouden door mijn stiefvader. Niet alleen ik maar veel meer meisjes. Gister kwam Mark, hij vroeg om hem te helpen zoeken naar mijn verloren vader. Ik ging akkoord. Vandaag zijn we ontsnapt.' Jake's mond valt open. Ik voel zijn medeleven. 'Het spijt me,' zegt Jake die opstaat 'waarom doe ik dit nou altijd?! Ik doe altijd wel iets verkeerd. Altijd raken mensen gekwetst door mij.' Jake schopt tegen zijn auto. 'Ik ben gewoon... Een stuk oud vuil.' Ik loop naar hem toe. 'Jij bent niet degene die mij gekwetst heeft, Mijn stiefvader wel. Jij kunt daar niks aan doen'. 'Waarom doe je dat, Denise? Waarom ben je zo aardig tegen mij? Iedereen haat me, waarom jij niet?' Vraagt Jake. 'Omdat jij ook aardig bent tegen mij, Jake.' Antwoord ik. 'Als je me echt kende, zou je me ook haten'. 'Iedereen is anders, vergeet dat niet.' Zeg ik. Jake kijkt mij met grote ogen aan. 'Nou,' zeg ik 'ik ben moe. Dus ik ga maar eens slapen.' Ik loop naar het kampvuur en ga liggen op het gras. 'Welterusten, Jake' zeg ik en ik sluit mijn ogen...

HopelessWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu