Hoofdstuk 1 - April

175 14 1
                                    

Het was een normale dag in juni, het was lekker warm en mijn zus (Jane) en ik kwamen net van school. Bij ons op het eiland was de school één vrij grote boomhut. Er waren niet veel kinderen op het eiland; er waren over het algemeen vrij weinig mensen. Onze school was echt leuk, je mocht zelf bepalen wanneer je kwam. Je mocht naar school tot je zeventien jaar oud was, en daarna moest je het zelf maat uitzoeken. Niet eens alle kinderen op het eiland gingen naar school, maar de meeste wel. Je kon niet overleven op het eiland zonder de kennis die je kreeg op school. Mijn zus en ik gingen altijd samen naar school, en dan meestal niet langer dan drie uur. We hadden niet veel les nodig om te weten wat we moesten weten. Mijn zus en ik liepen over het netwerk aan bruggetjes, dat in contact stond met platforms met ladders naar beneden en verschillende huizen en winkels. We liepen naar een leeg platform, we hadden geen zin om te wachten voor we naar beneden konden. We kwamen aan op een leeg platform en gingen naar beneden. Vanaf je vijftiende kreeg je op ons eiland een taak. Vanaf je zeventiende kreeg je een echte baan. Onze taak was vissen. We moesten minstens één uur per dag vissen. We vonden het helemaal niet erg om te vissen en hielden van het strand. We liepen richting het strand en al gauw rook ik de zoute geur van het water en voelde ik een zacht briesje in mijn gezicht. Ik zag het witte zand en het helderblauwe water. Aan dit uitzicht raakte ik nooit gewend. Mijn haar en het witte jurkje dat ik droeg waaiden naar opzij door de wind. Ik keek naar mijn zus en zag dat haar haar ook in haar gezicht waaide. Mijn zus had bruin haar, ik had rood haar. Ons gezicht was hetzelfde, en dat geldde ook voor ons figuur en onze lengte. Ik zag het bootje liggen dat voor ons bedoeld was. Alleen ons bootje lag er nog, wat betekende dat alle andere vissers al weg waren. Jane begon te rennen, in de richting van onze boot. Ze had een brede lach op haar gezicht. Vissen was niet wat ik het liefste deed, maar ik vond het ook niet erg om te doen. Voor Jane was het anders, haar leven lag op hrt strand. Het was de plaats waar ze het liefste was. Ik lachte en rende achter haar aan. Voordat ik er was, duwde ze het bootje al in het water. Ze hield het bootje vast, zodat ik tijd had om erin te springen. Ik snelde naar haar toe en sprong in het bootje. Jane had haar broekje al uitgetrokken, liet het bootje los, trok haar shirt uit en gooide het in het bootje. Ik hield mijn jurkje aan, ik had geen zin om te zwemmen. Mijn zus ging kopje onder. Ik besloot om weg te varen voordat ze in het bootje kon klimmen, puur om haar te sarren. Ik pakte snel de roeispanen en begon weg te roeien. Ik keek achterom en zag dat Jane boven water kwam. Ze keek in de richting waar het bootje eerst lag, zag het niet, keek om zich heen en spotte me. Haar gezicht vertrok en meteen schoot ik in de lach.
"April!!!" schreeuwde ze boos. Dat zorgde ervoor dat ik alleen maar harder moest lachen. Ik stopte even met roeien.
"Ja zusje?" vroeg ik poeslief. Ik keek achterom en zag in de verte dat Jane aan kwam zwemmen. Ik verbaasde me dat ik al zo ver was. Jane kon heel snel zwemmen en al gauw was ze heel dicht bij de boot.
"Erg grappig" gromde ze toen ze naast de boot zwom. Ze greep naar dr rand van de boot, maar was te laat omdat ik wegroeide.
"April!!" Jane was onderhand wel klaar met me. Ik lachte.
"Nee, Jane, het is nu juni." zei ik droog. Ik stopte met roeien om Jane in de boot te laten. Ze kwam naast de boot zwemmen en klom in de boot.
"Je bent wel erg grappig vandaag" gromde ze terwijl ze een handdoek pakte en hem om zich heen sloeg. Ik zag dat ze kippenvel had op haar benen en bedacht me dat ik niet eens wist hoe koud het water was. Ik stak mijn hand in het water en voelde de kou. Het was toch wel iets kouder dan ik had verwacht. Ik pakte de roeispanen weer een roeide naar het plekje waar wij altijd visten.
Eenmaal daar legde ik de roeispanen in de boot en pakte de netten. Jane was onderhand niet meer zo chagrijnig, niet meer nat (behalve haar haar natuurlijk) en had haar kleding weer aan. Ik was bezig met de netten in het water leggen, toen ik een duw kreeg. Jane natuurlijk. Ik kantelde voorover, in het water. Ik ging kopje onder en kwam spartelend boven. Ik spuwde wat water uit en lachte.
"Wat doe je nou! Je jaagt alle vissen weg" zei ik lachend. Ik pakte de rand van de boot vast en wist me met moeite weer de boot in te werken.
"Dat is wat men noemt karma" grijnsde Jane. Ik lachte en pakte de handdoek. Ik trok mijn jurkje uit, ik had toch mijn bikini aan, en sloeg de handdoek om me heen. Mijn jurkje hing ik over de rand van het bootje, zodat hij zou drogen. Ik liep naar de kant van de netten om te checken of de netten niet kapot waren. Tot mijn verbazing waren ze niet kapot, gelukkig. Jane was bezig met het touw aan een paaltje in zee te knopen. In de zee stonden heel veel paaltjes, allemaal om bootjes aan te bevestigen tijdens het vissen. Ik zocht een fijn plekje in de boot en legde de handdoek uit. Ik ging op de handdoek zitten en genoot van de zon. Het was echt heerlijk weer. Ik keek naar Jane, die liep te kloten met het touw. Haar haar was nog steeds nat, en datzelfde geldde voor mijn haar. Na een poosje te hebben gekloot had ze eindelijk het touw vast geknoopt aan het paaltje. Ik sloot mijn ogen en leunde naar achter. Het was echt een perfecte dag.

~~~~~~~~~~~~~
Jeej jeej jeeejj, eerst hoofdstukje!! Ik hoop dat jullie het leuk vinden. Nieuw hoofdstuk bij 10 votes en 50 reads. Lees ook 'on fire'
Xoxo Lotte

Leave.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu