Mantra (2)

29 2 1
                                    

-LYV P.o.v-

Daar zat ik dan uit het vliegtuig starend, denkend aan hoe het op de eindbestemming zal zijn. "Lima" ik ben er nog nooit geweest.. De plek stond wel op mijn lijstje maar nog nooit heb ik de kans gehad om daarheen te reizen

''Pardon?'' hoorde ik een zachte vrouwenstem zeggen.

Een beetje geschrokken keek ik om.

'Ik eh..' Ze zag er een beetje ongemakkelijk uit, vast niet vaak onder de mensen, maar ik ga niet gelijk al conclusies trekken.

''Oh, natuurlijk,'' zei ik, druk haar in mij opnemend. Ze zou heel mooi kunnen zijn als ze wat meer aan haar make up deed en haar bruine haren goed zou verzorgen. Langer slapen zou ook niet verkeerd voor haar zijn, ze zag er oververmoeid uit.

''Ik zal even, eh...'' zei ik en ik haalde mijn tas van haar stoel af, snel ging ze zitten.

Ik knikte. ''Lima dus?''

Ineens zag ze heel bleek en wilde ze opstaan.

''Dames en heren, hier spreekt uw gezagvoerder. Maakt u alstublieft uw riemen vast, we maken ons klaar om op te stijgen,'' klonk door het vliegtuig.

Ze zakte weer terug in haar stoel

''Gaat het wel goed?'' vroeg ik een tikje bezorgd aan haar.

Ze zuchtte hoorbaar. ''Ja, prima, ik... Het doet er ook niet toe...''

''Je kan het me heus wel vertellen hoor. Bij mij is het veilig. En bovendien zien we elkaar toch niet meer na deze vlucht,'' zei ik, het was tenslotte ook zo en ik had wel zin in een beetje geklets want de mensen die hiervoor naast me zaten waren allemaal behoorlijk saai, en ze zag er erg mysterieus uit .

''Dat is lief van je, eh...'' zei ze en haar ogen mistten geen enkel detail van mijn gezicht.

''Lyvrene,'' zei ik. ''Lyvrene Devoné. Maar jij mag me Lyv noemen.''

''Lyv,'' herhaalde ze waarschijnlijk om te zorgen dat het in haar hoofd zou blijven zitten. ''Je hebt een mooie naam.''

''Dankjewel,'' zei ik een beetje lachend. Dat hoor ik vaker wilde ik zeggen maar ik besloot om dat achterwegen te laten, ik wil liever niet arrogant over komen.

''Ik ben Lepa Dawajtjov,'' zei ze nog voordat ik überhaupt kon vragen hoe ze heet, '''maar jij mag me Lep noemen.''

Ik lachte. ''Oké Lep, ga je me nu nog vertellen waarom je zo bleek bent? Je hebt toch geen vliegangst mag ik hopen?''

Ik zag haar twijfelen over het antwoord.

''Ja, heel erg,'' zei ze, duidelijk gelogen. ''Ik kan echt niet tegen vliegtuigen.''

''Oh, wat rot,'' zei ik en ik probeerde zo bezorgd mogelijk te klinken.

''Ja...'' knikte ze.

''Ach, volgens mij is het niet zo heel lang vliegen,'' zei ik om het gesprek aan te houden.

''Mag ik hopen,'' zei ze snel, duidelijk dat zij geen zin had in een gesprek, het leek zelfs wel of ze bang voor mij was. Ik had vanaf het begin al door dat ze liever niet een gesprek met me had, ze leek zo leeg vanbinnen en ze probeerde mijn ogen zoveel mogelijk te vermijden. Eigenlijk heel gek dat er zoveel verschil in mensen zit. Jammer voor haar dat ik niet iemand ben die snel opgeeft.

Daarvoor zijn mensen te interessant.

Dat vertelde mijn ex vriend altijd. De gedachte aan hem schud ik snel van me af.

Ik ben ook niet zo'n iemand die graag haar geheimen verteld, daarvoor ben ik te vaak gekwetst. De enige die je kan vertrouwen ben jezelf.

Nou dat heb ik geweten...

Opeens draaide ik mijn hoofd naar haar terug, en pakte een papiertje uit mijn tas en krabbelde er wat op. Daarna gaf ik het aan Lep.

''Zeg dit, daar wordt je rustig van,'' zei ik een beetje toonloos.

Ik zag haar een beetje moeilijk kijken naar het briefje, ik probeerde een klein lachje te onderdrukken.

''Wat betekent dit..?'' mompelde ze bijna onverstaanbaar, die houdt er duidelijk niet van haar fouten toe te geven.

''Het is een mantra,'' zei ik. ''Uit India. Ik reis veel, weet je.''

Glazig keek ze me aan.

''Een zin die je zegt wanneer je mediteert,'' zei ik.

''Oh,'' zei ze en ze knikte.

''Je doet zeker niet aan yoga?'' vroeg ik een van mijn wenkbrauwen omhoog trok.

''Ik denk dat ik mijn innerlijke rust al wel heb gevonden,'' zei ze.

Ja meid dat is te zien aan je wallen.

''Heb je niet,'' zei ik met een grijns op mijn gezicht. ''Dat zie ik aan je ogen.''

Haar ogen werden in één keer een stuk groter.

''Zie je wel,'' zei ik. ''Doe nu gewoon, zeg die mantra op.''

Ze zuchtte. ''Shiva, Shiva, Shiva Shambo,'' zei ze droog.

Ik erger me aan dit soort mensen af en toe heel erg, het niet eens willen proberen..

''Moet ik het echt gaan voordoen?'' zei ik licht geïrriteerd.

Ik kuchte een paar keer en begon te zingen, ik keek een keer opzij en zag dat Lep duidelijk overdonderd was.

Met mijn hand maakte ik een gebaar dat ze mee moest doen.

Ik voelde dat de blikken op ons gericht waren, het kon me weinig schelen.

Jarenlang heb ik elke dag te kijk gestaan.

Vanuit mijn ooghoek zag ik dat Lep haar schouders ophaalde en begon mee te zingen.

Jaya jaya Shiva Shambo

Jaya jaya Shiva Shambo

Máha Déva Shambo Máha Déva Shambo

Shiva Shiva Shiva Shambo

Shiva Shiva Shiva Shambo

Máha Déva Shambo Máha Déva Shambo

--------------------------------------


De hele vlucht hebben we door gezongen. Allemaal mantra's en ik zag Lep steeds rustiger worden, het ging zo snel allemaal. Toen we eenmaal geland waren in Lima, de hoofdstad van Peru stapten we samen uit het vliegtuig. We liepen naar de uitgang van het vliegveld en daar zette ik mijn kleine zwarte koffer neer ik ben bang dat ik te weinig mee heb maar in de brief stond zelf nog ik heb alles geregeld.

Ik gaf Lep een knuffel die ik oprecht meende, ik geef niet snel knuffels.

''Ik heb vandaag al vaak overgestapt, maar de vlucht met jou was het leukste,'' lachte ik.

''Hetzelfde,'' zei ze lachend.

''Misschien dat we elkaar ooit nog tegenkomen,'' zei ik, ik hoopte het ook echt. ''Ik moet nu echt gaan, er staat iemand op me te wachten.''

''Ja, ik geloof dat er voor mij ook iemand staat,'' mompelde Lep een beetje opgelucht maar tegelijkertijd voelde ik dat ze het ook jammer vond net als ik.

''Dag Lep,'' zei ik.

''Tot ziens zul je bedoelen,'' lachte ze.

Ik lachte even met haar mee voordat ik opzoek ging naar diegene die mij zou ophalen.

Mijn blik blijven op een vrouw hangen met een bordje: ''Lyvrene Devoné'' in haar handen. Haar haar is duidelijk geblondeerd maar niet op een goede manier, het had waarschijnlijk honingblond moeten worden maar het is meer een mosterd kleurtje. Als je je haar niet kan blonderen doe het dan niet. Je hebt van die mensen die het gewoon niet snappen. Nog even denk ik aan haar totdat ik bijna aan de kant word geduwd. Ik probeer mijn evenwicht te bewaren en dat lukt, ik werp een boze blik naar de vrouw die me bijna omver liep. Dan loop ik naar de geblondeerde vrouw met mijn naambordje.

Het LandhuisWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu