2. Donker monster...

107 8 1
                                    

Ik wordt wakker en schrik. Wat doe ik hier op een eiland met vreemde mensen?! Ohw ja, ons vliegtuig was neergestort. Ik zie dat het meisje wakker is en ik vraag: "ben je allang wakker?" "Nee, pas net" zegt het meisje. "Hoe heet je eigenlijk?" Vraag ik aan haar. "Ik ben Jess" zegt ze met een zachte stem. "ik ben Lisa" zeg ik tegen haar. Dan is er even een stilte totdat ook de rest wakker wordt. "Wat moeten we gaan doen?" Vraagt de jonge man. "We kunnen het beste vandaag een schuilplaats maken en eten zoeken." Zegt de vrouw. "Als we klaar zijn met. De schuilplaats kunnen we het beste eten zoeken en tegelijkertijd het eiland verkennen." Zeg ik herhalend. Het jongetje knikt en zegt: "Wawat is een schuilplaats?" "Dat is een plek waar je slaapt.." Zegt de vrouw. Ik kijk richting het vliegtuig die nog best intact is. De vleugels zijn dan wel afgebroken en de voorkant ingedeukt en in het zand geboord, maar het is niet verbrand. "We kunnen een schuilplaats maken van onderdelen uit het vliegtuig..." Zeg ik dan optimistisch. "Hoe kan het eigenlijk dat het vliegtuig niet verbrand is?" Vraagt het meisje. "we zijn waarschijnlijk neergestort omdat de brandstof op was." Zegt de man. Hij loopt naar het vliegtuig en stapt erin. Even later komt hij naar buiten. Als hij weer gaat zitten zegt hij: "ik had gelijk, de brandstof meter stond op nul. We zijn neergestort omdat er te weinig brandstof in het vliegtuig zat." "Hoe kan dat! Je vult het vliegtuig toch altijd voor het vliegen met brandstof!" Zeg ik boos en bijna schreeuwend. "Ja, het is waarschijnlijk vergeten te doen.... Heel dom, een kleine fout die veel levens kost" zegt de vrouw rustig. Het is weer een tijdje stil... "Wie zijn jullie eigenlijk?" Vraagt het kleine jongetje dan. "Ik ben Jess, 9 jaar. Ik zat samen met mijn gezin in het vliegtuig. Mijn broertje en mijn ouders." Zegt Jess half huilend bij het laatste stukje van haar zin. "Ik ben Maria, 42 jaar. Ik was op reis voor mijn werk." Zegt de vrouw. "Ik ben Lisa, 17 jaar. Ik was alleen in het vliegtuig..... Ik heb geen ouders meer en ik heb geen broers of zussen. ik was een maandje naar mijn tante in Amerika." "Maar je hebt geen ouders? Hoe komt dat?" Vraagt Jess. "Auto-ongeluk" zeg ik zacht. "Ik ben Arnold, 47 jaar. Ik was alleen in het vliegtuig. Nooit getrouwd geweest en dus ook geen kinderen." Zegt de man stug. "Ik ben Ruben, ik ben 22 jaar oud en ik was samen met mijn..... vriendin in het vliegtuig." "En wie ben jij?" Zegt Maria lieflijk. "Ik ben Luc. Ik ben 6 jaar...ik was samen met mijn mama.... We kwamen terug van vakantie. Mijn papa woont niet meer bij ons. Ze vinden elkaar niet meer lief." Zegt het kleine jongetje zachtjes. Dan is het weer een tijdje stil. "Zullen we maar naar het vliegtuig gaan en er spullen uit halen. Zegt Jess. "Ja, dat is goed." Zeg ik. Na een tijdje hebben we alle koffers en EHBO kisten uit het vliegtuig gehaald. We maken ook stoelen los en halen losse stukken van het vliegtuig eraf. "Als we deze losse stukken van het vliegtuig rechtop zetten hebben we muren en een stuk erbovenop, dan hebben we ook een dak. De stoelen zetten we met de rugleuning achterover en maken er bedden van. De EHBO kisten gebruiken we voor onze wonden" zegt Maria. "Ik vind het een goed idee." Zeg ik dan. Na vijf minuten is iedereen iets aan het doen. Arnold en Ruben maken de schuilplaats van de wrakstukken en Maria, Jess en ik proberen koffers open te krijgen. De koffers hebben soms sloten. Die proberen we open te krijgen. De cijfersloten lukt wel na veel proberen, maar die gewone slotjes niet. We halen bruikbare spullen uit de koffers, zoals kleren en toiletartikelen. Als de schuilplaats af is leggen we alle spullen erin. "Het is nog best groot geworden" zeg ik dan. "Waar is Luc?" Zegt Jess. Ik kijk rond maar zie hem niet. Dan rent Maria naar het vliegtuig. Ze komt met Luc weer terug. "Hij was bij zijn moeder gaan kijken, of ze misschien toch nog leefde. Zegt Maria als ze weer terug is met Luc. Luc huilt en zegt: ze slaapt nog steeds..." Het is weer even stil, totdat ik mijn buik hoor knorren. "Ik begin trek te krijgen, zullen we maar eten gaan zoeken?" Zeg ik. "Ja, maar ik ga niet mee ik kan niet lopen" zegt Ruben terwijl hij naar zijn gebroken been wijst. Luc en Jess blijven voor de zekerheid ook maar bij de schuilplaats. We staan op en lopen de bosjes in. Na vijf minuten lopen ziet Maria bananen hangen. We gooien stokken in de boom tot de bananentros loslaat. Arnold tilt de bananen. Later vinden we ook kokosnoten en nemen die mee. We besluiten na driekwartier om maar weer terug te gaan naar de 'hut'. Na een kwartier lopen schrik ik. "Wat was dat?!" Vraag ik angstig. "Vast niets" zegt Arnold. Na vijf minuten schrik ik weer. "Er is iets dat ons volgt!" Zeg ik angstig. "Het is vast niets Lisa" zegt Maria. Ik hoor geritsel dat steeds dichterbij komt. "Er is daar echt iets" zeg ik bang. Dan ineens springt er een donker monster voor ons! "Ahh" schreeuwen ik en Maria. Maar Arnold toont geen emotie. Dan pakt het monster een banaan en dan zie ik pas dat het gewoon een aap is. "Ohw, het is maar een aap die een banaan wilde." Zeg ik geruststellend tegen mezelf. "Die zullen we vaker tegenkomen." Zegt Arnold. We lopen weer door terug naar de hut. "Waren jullie zo aan het schreeuwen?" Vraagt Ruben. "Ja, nou eigenlijk zij. Ze waren bang voor een aap!" Zegt Arnold. 'S middags doen we niet echt iets. We zitten maar en Jess en Luc spelen met elkaar. Ik denk aan mijn tante. Ik mis haar, en ik zit hier pas anderhalve dag. 'S avond val ik al vroeg in slaap......

Gecrasht op een onbewoond eilandWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu