Korte verhalen

Je niet zo typische sprookjesfiguur

Prompt: Atypische sprookjesfiguur

---

'Voor we de zee op gaan, moeten we even langs Shesha voor toestemming.' De visser liep vooruit en keek niet om of de jongen hem volgde. De zon schemerde nog net en de jongen had een onrustige eerste nacht gehad.

'Shesha? Is dat een soort poortwachter hier?' Het was nog niet eens 24 uur geleden dat hij aankwam in Fafnir, een klein dorpje aan de kust, als nieuwe hulp voor de oude visser.

De oude visser antwoordde niet en liep door. Ze stopten bij een klein vissersbootje. 'Kom dan, voor de rij te lang wordt.' De oude visser leidde de jongen de boot op.

Teruggeslagen en verbaasd stapte de jongen de boot in. De haven was inderdaad vrij leeg, maar zoveel vissers kan zo'n klein dorpje toch niet hebben? 'Dus... is het hele dorp aan het vissen?'

'Tuurlijk niet,' bromde de visser, 'wat voor onzin kraam je nu weer uit. Shesha is de bewaker van het water en het dorp. Er zijn genoeg mensen die giften geven en helpen met de grot.'

Ze voeren het water over naar een klein eilandje niet ver van het dorpje vandaan. Vanaf de boot zag de jongen een grot onderin de klif. Toen de boot dichterbij kwam, besefte de jongen dat de kust van het eilandje al vol zat met kleine, houten bootjes. De lijn naar de ingang van de grot toe maakte al een aantal bochten tot aan het water toe. Toen de oude visser en de jongen waren aangemeerd sloten ze zich aan in de lange rij.

'Ik hoorde van de bakker dat Shesha nieuwe vluchtelingen heeft ontvangen vannacht!' De jongen hoorde het gesprek aan van twee vrouwen voor hen.

'Hij heeft ook een hart van goud. Wie zou er in deze tijd nog vreemdelingen ontvangen in zijn thuis.' Het bleef niet bij de twee vrouwen. Overal in de rij spraken de mensen lovend over Shesha.

'Hij gaf ons gezin genoeg goud om een bestaan op te bouwen hier. Wij zijn hem eeuwig dankbaar!' Een andere vrouw begon zich te mengen in het gesprek van de twee vrouwen voor de visser en de jongen.

'Hoe heeft Shesha zoveel geld?' De jongen was nieuwsgierig geworden naar de held van het dorp en fluisterde zijn vraag naar de visser.

De visser keek voor zich uit en antwoordde: 'oorlog.'

Was Shesha dan toch niet zo'n goede persoon? De jongen fronste, diep in gedachte. Was al het goud geplunderd?

'Meneer de visser,' één van de vrouwen voor hen draaide zich om en gaf de visser een corrigerende tik tegen zijn bovenarm, 'je moet dan wel het hele verhaal geven!' De vrouw keerde zich naar de jongen, 'Oh, jij komt de visser helpen toch? Ik hoorde al dat je aan zou komen! Ik ben de bloemist. Fijne reis gehad?'

Overladen door de verfrissende gastvrijheid van de vrouw schrikt de jongen. 'Eh, ja. Best wel.' Hij krabt zijn nek en kijkt opzij.

'Let niet op haar,' de twee andere vrouwen hadden zich ook al opgedraaid. De vrouw naast de bloemist sprak hem aan, 'Shesha kreeg het goud geschonken na verschillende strijden. Niet dat hij vocht aan het front, hij beschermde juist de dorpen en steden! En zo bescheiden en gul dat hij is, deelt hij het fortuin met ons! Als de mannen in het dorp maar half zoals hem waren.'

'Je zou geen daken meer hebben,' bromde de visser.

De vrouwen keken de visser aan vol ongenoegen. 'Overleef je het wel alleen op een bootje met de visser?' Vol medelijden richtten zij zich naar de jongen. 'Je mag ook helpen bij de groenteboer, of bij de slager. Veel leuker gezelschap!'

'Het lukt wel, maar bedankt voor het aanbod.' De jongen wees hen beleefd af. Hij was nog wel benieuwd naar Shesha en besloot dat de vrouwen hem meer wilde vertellen dan de visser. 'Waarom woont Shesha eigenlijk niet in het dorp, maar op een verlaten eiland?' De rij was ondertussen een flink stuk opgeschoven. De ingang van de grot was nog maar een paar meter voor hen. Voor één van de vrouwen kon antwoorden zag de jongen een groot wezen in de grot. 'PAS OP! EEN REUZENSLANG!' Vlug wilde hij de vrouwen afschermen van de reuzenslang in de grot en greep hij naar zijn zakmes.

'Hou je mond, kind, en een beetje respect.' De visser was niet geamuseerd en gaf de jongen een tik tegen de achterkant van zijn hoofd. Niemand leek geschrokken te zijn van de reuzenslang. De mensen in de rij die hem hebben gehoord, keken de jongen juist beledigend aan.

De jongen keek om zich heen. Vanuit de grot zag hij de reuzenslang naar de ingang toe bewegen. Lopen?! Verbijsterd stond hij te midden van een boos wordende en verontwaardigde menigte met een reuzenslang die naar hem toe liep op vier poten.

'Slang?' Een zachte stem was te horen vanuit de grot. De jongen draaide vlug zijn hoofd. De mensen stapten opzij om het wezen uit de grot door te laten. 'Ik heb dan wel geen vleugels, maar wij draken komen ook in verschillende kleuren en vormen.' De draak klonk nogal gekwetst, maar er waren nog geen sporen van woede te horen.

Nu kon de jongen de draak beter zien. Twee gebogen hoorns, duidelijke oren en een bruin gebreide trui. Geen vleugels inderdaad.

'Dit is Shesha,' fluisterde de visser de jongen toe.