Wicked

62 5 0
                                    

Na een tijdje te hebben rondgedwaald, kwam ik aan bij het hotel. Het lag erg afgelegen, en was dus moeilijk te vinden. Het zag er ouderwets uit. Toen ik er binnen liep, vielen mij allemaal wolven en bossen op. Ze stonden op schilderijen, en waren erg mooi en gedetailleerd. Ze waren met een heel mooie natuurgetrouwe stijl geschilderd.
Van alle kunstwerken trok één toch echt mijn aandacht. Hij sprong gewoon tussen al het andere eruit. Het was een schilderij, waarop een open veldje met wat bloemen en struiken midden in het bos. Door het veldje kronkelde een kleine rivier. Uit de rivier dronk een wolf, die je recht in de ogen keek. De wolf had een hazelnoot bruine vacht, met een witte punt op de staart en een witte borst. De wolf had ogen, zo blauw als de oceaan. De wolf keek onschuldig, maar leek ook op zijn hoede. Dat kon je zien aan zijn hele houding. Aan zijn houding kon je ook nog iets zien. Verdriet. Eenzaamheid.

Iemand kuchte en onderbrak mijn gepeins. Het was een man in pak, zo rond de vijftig jaar oud. "Zou ik je ergens mee kunnen helpen?" Vroeg hij. Ik beantwoordde, nog steeds met mijb gedachten bij de wolf, met: "Uhmm. Ja, eigenlijk wel. Zou ik hier voor een paar nachten een kamer kunnen huren?"

KIk zit nu met Loïs in mijn kamer. Het is niet zo'n typisch luxueuze hotelkamer, ook deze kamer is ouderwets met wolven accenten ingericht. De man was erg vriendelijk, en ik kon hem redelijk goed verstaan. Morgen wil ik een taxi nemen naar Red River. Ik wil vast even rondkijken, en ook zou ik graag in het bos willen rondkijken. Red River ligt afgelegen, omdat het omringt wordt door een groot bos. Loïs zal ik dan helaas hier moeten laten, maar ik denk dat die man die beneden zit, best te vertrouwen is.

Het is inmiddels al elf uur. Ik heb net een taxi geregeld, die mij om tien uur 's ochtends zal ophalen. Op mijn laptop heb ik wat over Red River gegoogled, helaas is er op het internet is niet zoveel over Red River te vinden, wat betekent dat ik dus zelf op onderzoek uit moet gaan. Ik sloot mijn laptop af en trok mijn pyjama aan. Mijn pyjama bestaat uit een kort neon groen broekje, met een los wit shirtje met donkerblauwe streepjes. Ik sloot alle ramen, die uitzicht boden op een meer, en deed het licht uit.
Terwijl ik in mijn bed ging liggen riep ik Loïs, die vlak daarna op het bed sprong. Ze ging tegen mijn scheenbeen aanliggen, terwijl ik probeerde om op mijn zij te gaan liggen. Ik kon alleen maar denken over hoe het was gegaan tot nu toe, en of mensen me zullen zoeken. Zullen er mensen zijn die me missen? Zou ik als vermist worden opgegeven? En wat zal ik morgen allemaal te weten komen? Ik ben van plan om gewoon eerst alles te verkennen, en later zal ik bepalen bij wie ik informatie kan krijgen. Misschien kom ik mijn ouders wel gewoon tegen! Of zal iemand mij herkennen als hun dochter? Ik denk dat ik toch maar beter kan proberen om te gaan slapen.

Wanneer ik op het punt sta in slaap te vallen, komt het beeld van de wolf me duidelijk voor ogen te staan. Daarna val ik in slaap.

....

Ik werd wakker doordat er iets in mijn omgeving veranderde. Ik was meteen op mijn hoede, en opende mijn ogen een beetje zonder iets te veroeren. Ik zag een kastje staan en herkende mijn mobiel dat erop lag. Waar ben ik? Waardoor werd ik wakker? Toen bewoog er iets achter mijn hoofd. Ik verstijfde. Ik voelde het matras dat naar beneden werd geduwd doordat er iets of iemand op lag. Toen duwde iets tegen mijn hoofd aan.

Ik zuchte en ontspande terwijl ik moest lachen om mijn reactie. Loïs. Ik draaide me naar haar om. Ze gaf me nog een kopje. Ik gaf haar een aai over haar bol, waardoor ze begon te spinnen. Ik gooide de delen van mij af, waarvan de helft bovenop Loïs terecht kwam. Ik voelde de koude lucht tegen mijn huid. Ik zocht wat kleding uit om te dragen voor vandaag. Volgens de weersverwachting werd het rond de twintig graden in Red River. Ik koos voor een lange spijkerbroek, zodat als ik in het bos zou gaan rondlopen ik niet zoveel last zou hebben van doornstruiken. Ik pakte mijn lievelings shirt. Het was een zwart mouwloos bloesje met witte vogeltjes.

Toen ik op de klok keek zag ik dat het al kwart over acht was. Ik gaf Loïs wat brokjes en vers water en liep naar het raam om het te openen. Als il dan terug zou komen zou het hier lekker fris zijn en niet zo muf ruiken. Ik opende de deur naar de gang, en liep naar beneden, Loïs in mijn kamer achterlatend. Toen ik beneden in de lobby aankwam gingen mijn meteen weer opzoek naar het schilderij met de wolf, de ze al gauw gevonden hadden.

"Jongedame." Werd er gezegd en gebruikt als een groet.

A. N.

Dus hier is weer een hoofdstuk.ik ben een lange tijd niet online geweest, en dat spijt me heel erg! Ik dacht min verhaal niet gelezen werd of niet goed was dus was ik gestopt. Ik heb de hele verhaallijn al uitgdacht dus hoef ik dat alleen nog uit te werken.

Onverwachte wendingWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu