Uitwerking - opdracht 1 - philocali

92 7 0
                                    

Als twee drugsdealers stonden wij tegenover elkaar. Ik keek over mijn zonnebril heen, om Fiona iets beter te kunnen zien.

De glazen waren niet zo schoon meer en eigenlijk veel te donker om nog echt iets te kunnen zien, maar de zon kon mijn ogen in iedergeval niet beschadigen.

Fiona deed precies hetzelfde en daar stonden we dan. Twee meisjes, een met bruine krullen tot ongeveer twee centimeter over haar schouders en een met sluike, blonde haren die net iets onder haar oren eindigden.

"Heb je het bij je?" Vroeg het meisje met de bruine krullen. Ik knikte en haalde een pakje uit de zak van mijn korte, witte broek.

Het was zomer en ongeveer 27 graden. Veel te heet naar mijn mening en het zou mijn witte huidje verpesten. Ik vroeg me af hoelang het nog zou duren tot mijn huid rood zou kleuren en er sproeten zichbaar zouden worden op mijn neus.

Ik keek om mij heen, hopend dat niemand zou zien wat ik deed. Vervolgens drukte ik een rechthoekig vierkantje uit het pakje en liet het in Fiona's hand glijden.

"Heeft niemand het gezien?" Vroeg ik haar, terwijl ik weer om mij heen keek.

Mijn vraag werd snel beantwoord, maar niet door het meisje waar ik het aan vroeg.

Een jongen met precies dezelfde bruine krullen als die van haar liep onze kant op. Joris, luidde zijn naam.

"Hallo, zusje lief!" Riep hij vrolijk uit, terwijl hij met zijn hand in Fiona's haar woelde. "Niet doen!" Riep zij uit op haar beurt. "Oké, maar dan wil ik er wel iets voor terug." Een grijns verscheen op zijn gezicht.

Joris was absoluut verslaafd aan kauwgom, maar hij werd er erg druk van. Zijn ouders hebben hem verboden een stukje te nemen tot hij het huis uit was.

Als zijn jongere zusje en haar beste vriendin moesten wij er op toe zien dat hij het ook werkelijk niet binnen zou krijgen.

Gelukkig had Joris niet zoveel vrienden en was ons werk dus niet zo moeilijk; hij hing vrijwel altijd bij ons rond.

Behalve in de kleine pauze op donderdagen zoals vandaag. Dan was hij altijd met Dave, een klunzige jongen met blond haar wat alle kanten op zat.

Vandaag echter niet, vandaag had hij in onze buurt gestaan in plaats van bij Dave - om wat voor reden dan ook - en had gezien hoe ik Fiona een stukje kauwgom aanreikte.

Zelf was ik ook erg verslaafd aan het heerlijk, frisse snoepgoed wat zou fijn kauwbaar was. Joris wist heel goed dat ik het altijd bij mij had en kocht ons daarom wel eens om, zodat hij toch stiekem de regels van zijn ouders kon overtreden.

"Een stukje dan," zuchte ik. Natuurlijk wist ik al waar hij op doelde.

Triomfankelijk stak hij zijn hand uit en ik pakte mijn stukje kauwgom uit mijn mond.

Joris vertrok geen spier en ik plaatste het witte bolletje op zijn hand.

"Danku, madame van Vliet." Hij stopte het door mij gekauwde stukje in zijn mond en ik bekeek zijn actie met gefronste wenkbrauwen.

Joris liep weer weg en Fiona barste in lachen uit.

"Vreemde broer heb jij," zei ik tegen het meisje.

"Ik wist wel dat hij een oogje op je had, dan worden we zusjes!" Gierde ze uit. "Gatverdamme, Fi. Ik en Joris? No way." En als geplant ging de bel en liepen wij samen naar Wiskunde.

"Hallo, liefste." Ik draaide mij om en bevestigde toen dat de stem van mijn geliefde buurjongen kwam. Joris.

De les van meneer Afes zou over twintig minuten afgelopen zijn, maar ik trok het niet meer om nog langer stil te moeten zitten en ben toen naar het toilet gegaan.

"Hoe gaat het met mijn vrouwtje?" Een koude rilling van walging liep over mijn rug. Ik gaf Joris een duw en liep verder richting de meisjes toiletten.

"Gaat mijn geliefde wat urine in het urinoir deponeren?" Ik rolde met mijn ogen en deed mijn best om hem en zijn walgelijk nette uitspraak te negeren.

"Mag ik geen kusje, schatje?" Ik draaide mij naar hem om en keek hem boos aan. "Wat wil je nou van me? Laat me met rust!" Riep ik uit.

"Hallo, sommige mensen proberen te werken. Ga lekker ergens anders ruzie maken," beet een vijfde klasser ons toe. Ik zuchte en liep weer verder, zonder op een antwoord van Joris te wachten.

Ik besloot naar mijn kluisje te lopen in plaats van naar de toiletten.

Eenmaal aangekomen pakte ik de sleutels uit mijn broekzak en stopde deze in een van de bovenste, groen gekleurde, kluisjes. Ik pakte het kauwgom pakte mijn pakje kauwgom en drukte de laatste er uit. Vervolgens deelde mijn mobiel mee dat ik een nieuw berichtje had.

Ben je van plan nog terug te komen of moet ik je tas mee nemen?

Met twee kus emoticons eindigde Fiona haar bericht en ik antwoordde dat ik niet van plan was weer langs Joris te lopen.

Ik legde mijn mobiel terug en pakte de rode lippenstift. Met behulp van de spiegel aan het deurtje smeerde ik wat van het rode goedje op mijn lippen en beïndigde hierbij mijn tijd bij mijn kluisje.

Net toen ik mijn kluisje op slot wilde doen, hoorde ik maar al te bekende voetstappen. Ik wist vrijwel zeker dat deze gemaakt werden door een jongen van een meter drie-en-tachtig met zwarte gympen in maat zes-en-veertig.

"Hallo, prinses, heb je je speciaal voor mij zo mooi gemaakt? Wat lief van je!" Ik liet mijn tanden knarsen en stopte mijn sleutels weer terug in mijn zak.

"Nee, hoepel nu maar weer op," antwoordde ik.

"Ach liefje, we weten allebei hoe graag jij mij bij je wilt hebben." Een verwaande grijns sierde zijn gezicht. En alles ging opeens heel erg snel.

Joris kwam dichterbij en legde zijn armen om mijn taille. Hij trok mij dichter tegen zich aan en plantte zijn lippen op de mijne.

Ik begreep niet waarom zijn ouders hem verboden hadden kauwgom te nemen; zijn adem stonk naar de vacht van een natte hond.

Het grote opdrachten boekWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu