Uitwerking - opdracht 2 - schrijvertjegeertje

94 6 0
                                    

De zin: Het dreef stuurloos rond nadat de bemanning ervandoor was gegaan.

Het verhaal:

De schipper stond wat voor zich uit te kijken. Met veel lawaai kwam ik aangelopen, ik wilde de schipper immers niet laten schrikken. De schipper kijkt me aan. Het is ongemakkelijk om naast 'collega's' te staan nadat het schip gister avond gezonken was. Met ons tweeën staren we naar de golven die rustig naar land gaan en weer terug de zee in. Heen en weer.

Zo was het gisteravond niet, zo rustig. Het water had ruig heen en weer geslagen. Het water was sterk geweest, het had een gat in ons schip geslagen. Ons schip met duizende specerijen en honderde bemannings leden zonk als een baksteen in het duistere water wat anders altijd zo vredig had geleken.

Vaag zie ik het schip weer voor me. Het dreef stuurloos rond nadat de bemanning ervandoor was gegaan. De meeste bemanningsleden waren er vandoor gegaan terwijl een klein aantal nog wat spullen probeerde te redden. Door alle angst bleven de schipper en ik achter met ons tweeën, zoals vaak. Ik gaf de schipper nou eenmaal vaak raad en deed verslag over hoe het met het schip ging. De reddings boten waren door de andere mee genomen en wij waren gedwongen om van boort te springen. De schipper was verraden door zijn eigen bemanningsleden. Maar was het eerlijk? Was het eerlijk dat de meeste mannen, ook in de reddingsboten, het niet hadden gehaald en de schipper en ik wel? Ookal waren we verraden voelde het niet eerlijk. Wij waren gered door een mede schip en de rest moest in hun kleine roeibootjes terug naar wal varen.

"Kom" sprak de schipper en hij draaide zich om. Als een hondje volgde ik. De schipper toonde misschien nooit zijn gevoelens, maar hij wist ook, net zo als ik, dat ons schip, de Walvis, nu als een spookschip op de bodem van de oh zo grote oceaan ligt.v

Het grote opdrachten boekWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu