~4

289 20 15
                                    

Pov Faelin


Snakkend naar adem kwam ik weer boven. Tranen branden in mijn ogen en opnieuw ging ik kopje onder in de donkere drab. Ik graaide naar boven, maar het leek wel alsof ik steeds verder naar onderen werd gezogen. Na een paar seconden werd ik opeens losgelaten, en met het restje energie die ik nog had "zwom" ik weer naar boven. Overal om me heen was het donker, en de pijn in mijn ledematen was bijna ondragelijk. Nergens was een plekje om me aan vast te houden, om even niet te hoeven vechten in deze zwarte brei. Telkens wanneer ik net dacht dat ik niet langer mijn adem in kon houden, kwam ik weer boven. Ik was licht in mijn hoofd, en mijn doorzettingsvermogen, net zoals mijn energie, begon beetje bij beetje weg te branden. Opnieuw kwam er een golf aan, weer net iets hoger dan de anderen. Ik zoog mijn adem naar binnen, en hield die vast totdat ik weer omspoeld werd.

Waar ik was? Geen idee. Ik kon me niks herinneren, niks bedenken, en ik moest mijn best doen om de paniek te onderdrukken die opnieuw op kwam borrelen. Ik had geen idee van tijd. Misschien vocht ik al wel dagen, misschien maanden, misschien al wel een jaar. Ik wist het niet. Het enige wat ik wist, of, nou ja, wat ik kon bedenken, was dat als ik hier niet snel uit kwam, ik er waarschijnlijk nooit meer uit uit kon komen. Moeizaam verzette ik me, alweer, tegen de stroming. Steeds moeilijker duwde ik mijn ene arm voor mijn andere uit. Maar wat had het voor zin? In die tijd dat ik hier was, had ik geen greintje licht gezien, laat staan hoop gehad. En zoals mijn oma altijd zei: 'Is er geen hoop, dan is er geen wil. Dat is de reden waarom je nooit mensen hun hoop af moet nemen. Beter valse hoop, dan geen hoop.' Ik hoorde haar krakende, lieve stem weer door mijn hoofd galmen. Ik glimlachte. Als ze eens beter had geweten...

Plotseling besefte ik me dat ik me weer iets kon herinneren. Weer wat meer vastberaden trappelde ik langzaam met mijn benen om sneller omhoog te komen. Elke beweging kostte ontzettend veel moeite, het leek wel alsof elke keer als ik me bewoog, de laag drab zich dikker om mij heen sloot. Zonder er veel aandacht aan te besteden, kwam ik hoestend weer boven. Een lading smurrie kwam uit mijn mond, en zonder geluid te maken sloot het zich aan bij de rest van de brei. 'Jakkes,' wou ik mompelen, maar er kwam geen geluid uit mijn keel. Beelden van mijn verwoede pogingen om om hulp te roepen schoten door mijn hoofd. Het hielp allemaal niet. Het enige wat ik kon doen, was met mijn laatste beetje energie proberen boven te blijven.

Een golf zo groot als mijn huis kwam bliksemsnel op mij afrazen. Met een schok keek ik opzij, en ik wist dat het binnen een paar seconden voorbij was. Ik probeerde mijn arm nog uit te steken, als een mislukte poging de golf tegen te houden, maar ik zat nu echt vast. Mijn laatste beetje energie glipte, samen met mijn laatste ademteug, weg. De golf raasde over mij heen, en moedeloos liet ik me weg zakken. Huilen ging niet. Voor wie vocht ik nou eigenlijk? Op een of andere manier wist ik dat ik het niet voor mezelf deed. Ik had er geen tijd meer om over na te denken, want langzaam begon mijn bewustzijn me ook in de steek te laten. Met een laatste blik op de verblindende duisternis om me heen, sloot ik mijn ogen.

Een lichtflits schoot voor mijn oogleden langs. Ik had niet de energie om er op te reageren. Fluisteringen drongen, één voor één, mijn geest binnen. 'Het spijt me. Het spijt me oké!' Fluisteringen veranderden in geschreeuw, en ik wilde mijn handen tegen mijn oren drukken om het geluid op te laten houden, maar de zwarte drab hield me tegen. 'Kun je me alsjeblieft vergeven...' plotseling schoot een herinnering mij binnen. Hij verdween net zo snel weer als dat hij gekomen was, maar de schok die het mij gaf zei genoeg. 'Alsjeblieft, wordt wakker,' De stem was weer een fluistering geworden, maar in plaats van woede lag er nu hulpeloosheid in, en, vooral, verdriet. Zonder dat ik het wilde, voelde ik hoe mijn lichaam die emotie overnam, en het omzette in motivatie. Motivatie om de stem zijn verdriet weg te nemen. Een hartverscheurende snik scheurde mijn geest doormidden. Ik deed mijn mond open om te schreeuwen, maar alweer, kwam er geen geluid uit mijn keel.

Onwillekeurig voelde ik mijn arm vooruit gaan, om daarna in een snelle beweging weer bij me terug te komen. Ik dreef een stuk omhoog. Opnieuw, deze keer uit mezelf, bracht ik mijn arm omhoog. Zo, beetje bij beetje, kwam ik steeds langzamer terug bij de grens tussen lucht en drab. Sterretjes verschenen voor mijn ogen, en ik voelde hoe ik steeds meer afzwakte. Plotseling hield het gesnik op, en mijn energie vloog weer weg als een slechtvalk in een duikvlucht naar zijn prooi. Voordat ik weer weg kon zakken, trok een onzichtbare hand mij omhoog. Ik liet me weer wegzakken, en was compleet afhankelijk van zijn kracht. Eenmaal boven, was de kracht weer verdwenen. 'Door jou is mijn dochter dood!' Een afgrijselijke gil sneed door mijn oren. Zonder dat ik het doorhad, weidde een sterke woede zich uit vanuit mijn hart naar mijn armen. Ik haalde diep adem, en besefte dat ik het vanaf hier zelf moest doen. Ik moest op zoek naar het licht.

Een zachte geur van een mannenparfum drong de stank van de zwarte brei weg. Ik glimlachte, en ik voelde hoe angst vervangen werd door hoop. Ik was dichtbij. Steeds sneller begon ik me voort te bewegen, totdat er plotseling een klein stipje warm licht verscheen in de verte. Zonder een waarschuwing verdween de woede, en met een klap dreef de brei mij terug. Nog heftiger dan eerst, begon ik mezelf vooruit te duwen. Fluisteringen werden stemmen, en angst werd licht. De stip werd groter en groter, en ik voelde hoe het steeds meer moeite kostte om vooruit te komen. Maar nu ik eenmaal zo ver was gekomen, zou ik dus mooi niet opgeven. Plotseling kon ik me niet meer bewegen. Opnieuw, maar nu zo snel dat ik er niks tegen kon doen, werd ik onderuit gezogen. Ik had geen energie meer om te protesteren, maar voordat ik compleet kopje onder ging, stak ik mijn hand uit. Het topje van mijn wijsvinger gleed, heel lichtjes, maar toch, langs het licht. Binnen een seconde werd heel mijn lichaam gevoelloos. Ik wist dat het nu echt het einde was, en ik liet me, nu toch echt voor de laatste keer, wegzakken in het duister.

--

Heel misschien was ik donderdag vergeten te updaten en besef ik me dat nu pas, oeps xD

Maar laat weten wat je van dit deel vind! Dit is iets meer mijn fantasy stijl, dus ik had ook heel veel plezier tijdens het schrijven hiervan :)

xx

Voor ik ga// Ft. Rutger VinkWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu