2 Sarah

50 27 6
                                    

De les begint bijna. Waar is June? Ze komt nooit te laat, haar moeder is net een levende wekker en zelf is ze zoiezo niet zo'n laatkomer. De bel gaat. Geen June... Misschien is ze al in het lokaal. Valse hoop: ze is de hele les niet op komen dagen, de lessen daarna trouwens ook niet. Het zit me dwars. June is nooit te laat of ziek of weg. Met een rotgevoel loop ik naar de bushalte. Ik ga thuis wel bij haar langs, als ze thuis is.

Plots zie ik twee zwart leren handschoenen mijn schouders vastpakken, ik word weggetrokken. Ik kan degene die mij heeft weggetrokken niet niet zien, maar 'het' kan niet veel groter dan ik zijn. Aan de handen van 'het' te zien denk ik dat het een 'haar' is, niet dat ik er veel aan heb want ze is veel sterker dan mij. Op straat is het erg rustig en verlaten dus om hulp roepen heeft geen zin. Ze duwt me een groot gebouw in.

Het gebouw is best cool maar wel erg leeg, er staat alleen maar een lamp en wat houten krukjes. Het meisje loopt de metalen trap op. Ik zie alleen de achterkant van haar, ze heeft bruin haar. Ik heb geen idee wie ze is, toch ken ik haar ergens van.

"Hallo, is hier iemand," probeer ik, in de hoop dat hier nog iemand is.

Er komt een man met een geruit overhemd de trap afgelopen, hij heeft een vreselijke kledingsmaak.

"Sorry voor hoe je hierheen bent gebracht maar zij zei dat jij ook erg bijzonder was," legt de man uit. Waarom ben ik eigenlijk heen gebracht en wie is het meisje? Trouwens. Ik, bijzonder?

"Wie is zij?" Vraag ik zoekend naar een antwoord

"Je kent haar wel, maar ik kan het pas zeggen als je meedoet," glimlacht de man.

"Meedoen aan wat?"

"Een onderzoek, je wordt dan net als haar."

"Wat moet ik dan doen?"

"Kan ik nog niet zeggen."

Wat moet ik nu doen? Waarschijnlijk een keuze maken. Maar welke keuze. Als ik het meisje ken, en zij heeft het gedaan, waarom zou ik het dan niet doen? Maar wat dóe ik dan? Dit is echt een vreselijke situatie. Ik heb trouwens ook de bus gemist, maar I don't care. De man kijkt mij doordringend aan. Als het iets slechts is kan ik altijd nog weggaan, denk ik. Ik heb het gevoel dat ik snel moet beslissen. De man zit ook maar te wachten.

"Ja, of nee?" Dringt de man aan.

Zie je, weinig tijd. Wat moet de man doen dan? Zijn baard scheren? De muren verven? Concentratie. Ik moet een keuze maken. Ik kijk om me heen, waarom weet ik niet. Concentratie. Wie is het meisje eigenlijk. Zou het June zijn? Ze heeft bruin haar... In de hoop dat het meisje inderdaad June is geef ik mijn antwoord:

"Okee dan, ik doe het."

4Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu