Geef niet op 002

40 3 0
                                    

Deel 2 geef niet op
Mina: ik keek naar de mooie kleren die in de rek stonden ik lette even niet op en toen botste ik tegen iemand aan. Ik keek voor me en het was een jongen die echt heel mooie ogen had. Sorry zei hij snel. Nee het spijt mij zei ik, ik lette niet goed op. Ik ben Fouad zei hij. Ik ben Mina zei ik dan.
Ben je hier alleen zei hij tegen me. Nee zei ik ik ben hier met m'n mama en m'n zus maar ik weet niet waar ze zijn.
Das niet erg zei hij, dan zal ik je wel gezelschap houden. Das doen.
Ze waren al efe aan het praten toen kwam Yasmine de zus van Mina. Ah hier ben je zei ze. Mila stelde haar voor aan Fouad. Fijn kennis te maken zei ze tegen Fouad. Ook fijn kennis te maken met jou. Mina je moet komen mama gaat afrekenen. Ah ok is goed ik kom drek zei ik. Kom dan. Ik moet gaan zei ze tegen Fouad. Ok das goed, t'was fijn kennis te maken met je zei Fouad. Ook met jou zei ik.
En we namen afscheid van elkaar. Na de lange dag waren ze weer thuis. Ze verrichten het gebed en gingen nog efe tv kijken. Na een tijd ging hun mama naar bed ze was moe. De meisjes bleven nog onder tv kijken want hun favoriete film was op tv. Toen het pauze was vroeg Yasmine wie die jongen in de primark was. Mina zei ik ken hen ook niet maar ik was kleren aan het zoeken toen botste ik tegen hem aan. Ah ok ik dacht al m. Je moet u geen zorgen maken lieve zus zei ik.

Geef niet opWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu