Hoofdstuk 6(49)

3 0 1
                                    

Au, Au, ik loop langzaam naar de bibliotheek, nadat ik in elkaar was geslagen door de albino pop wou ik even alleen zijn om na te denken wat ik nu moet gaan doen, en om dan lekker aan te stellen zonder dat er dan iemand om me heen is. De bibliotheek is een rustig plek waar nu vast weinig mensen bij zijn omdat, ze nu meer focussen op het trainen van hun spieren dan hun hersenen. Na eindeloze gestrompel kom ik uiteindelijk bij de deur richting de bibliotheek. Ik doe met alle kracht in mijn rechterarm de deur open. De bibliotheek ziet er precies hetzelfde uit als in de videogame, Het enige dat er mist zijn de constante boekbijters die proberen je gezicht eraf te bijten. De kamer ziet er donker uit door de donkere stenen waaruit de kamer bestaat. De grond is bedekt met rode tapijten en de ramen hebben donker rode gordijnen wat de kamer ook wat klasse geeft. Er staan donker houten tafels en stoelen waar nu iemand op zit. De rest van de ruimte bestaat alleen uit boekenkasten die bestaan uit boeken. Deze boekenkasten zijn lang en staan zowel tegen de muur als gewoon in de kamer. Ik ben echt helemaal alleen denk ik. ' Kijk nou, het is de vrouw die al op dag één alle aandacht naar haar toe trok, je krijgt een 8 voor aandacht trekken.' Ik kijk boos om me heen om een belediging naar zijn gezicht toe te gooien. Er stapt een jongen vanachter een boekenkast vandaan, het is de jongen met het blauwe en groene oog.

Sinds het incident in de wagen kon ik hem nooit goed bekijken maar nu ik hem zag dacht ik aan één ding, deze jongen heeft weinig zonlicht gezien. Hij had geen wit haar, wat dan zou vertellen dat het een albino was ,maar zijn huid was wel bleek. Hij had wallen onder de ogen die er niet zouden zijn gekomen van één dag slecht slapen. ' Zie je iets leuks?' zegt de jongen met een sarcastische glimlach. ' Nee, ik zie iets waar ik me zorgen om maakt' zeg ik met blozende wangen terug. Shit waarom bloos ik makkelijk en waarom betrapte de jongen me er nou op. ' Je maakt zich zorgen om mij, ik voel me geëerd maar ik zou me eerder zorgen maken voor jezelf. Vooral na die stunt van vanochtend.' Mijn woede zit nu op 80%. Ik kwam hier voor mijn rust, maar nu wil heb ik gedachten dat alles behalve rust is.

' Ik weet, dat wat ik deed was stom, maar ik hoef niet constant iemand om me heen te hebben om het me te herinneren.' Zeg ik met een mopperende toon. De jongen haalt zijn schouders op 'fijn zolang je het maar weet. Tom is een persoon die niet zo houd van mensen die niet aan zijn regels houden.' De gedachte van de jongen gisteren die levenloos op de grond lag zorgt voor rillingen die door mijn rug gaan. De jongen loopt naar me toe om me dan voorbij te lopen. Voordat hij de deur uit is fluistert hij me opeens iets in het oor ' Je moet ook maar gaan opletten wie je kunt vertrouwen, er gaan wat roddels rond dat één van de mensen die hier naar toe was gebracht met Tom samen werkt.' ' Waarom zeg je me dit?' Vraag ik aan hem, maar hij is al me voorbij gelopen en heeft mijn vraag niet gehoord of wil mijn vraag niet beantwoorden. althans nu niet.

Het is nu echt stil, Ik loop door de boekenkasten om een leuk boek te vinden, maar ik vindt alleen boeken met titels, waarbij je gewoon van wil wegkijken. ' Hoe vergiftig ik mijn oma?' zeg ik zachtjes, dat er zulke zieke mensen waren op deze planeet wist ik al, maar dat ze dan ook nog boeken gaan schrijven is een ander verhaal. Ik begin langzaam te begrijpen waarom de bibliotheek zo leeg is. Ik zet het boek met de titel , Bloedbad voor dummies, weg en wil de bibliotheek verlaten als een boek vlak ernaast mijn aandacht trekt. 

Dit boek heeft geen titel, maar gewoon een zilveren kaft, en zilver is mijn favoriete kleur. Ik pak het boek en wil de titel lezen om te zien of dit een ander boek is als de anderen. Dit boek had geen titel, geen idee wie de schrijver was en had geen leuke voorkant. Het was gewoon een puur zilver boek met beige bladzijden. Normale scenario zou ik het boek gewoon hebben teruggezet en weggelopen, maar na het zien van al de zieke titels en dan wetende wat er in zou staan, trok deze mijn nieuwsgierigheid. 

Ik ging met het boek naar één van de tafels en ging erbij zitten. Ik sloeg het boek open om dan weer verast te worden. De bladzijden waren allemaal leeg behalve de eerste bladzijde. Ik ging verder bladeren om te kijken of er ergens anders meer stond, maar nee niks. Dus ik ging maar de eerste bladzijde lezen.

Eén held staat er nu alleen voor.

Het is één tegen het hele koor.

Maar de held moet nu niet bang zijn.

Want er staat een pad voor de held te wachten vol angst en pijn.

De vijand gaat de held op meerdere manieren pijn proberen te geven.

En de held proberen te overtuigen dat dit is het leven.

Maar geef de moed niet op jong kind

Want uiteindelijk kom je uit zijn pijnlijke labyrint.

Deze woorden, ook al was het misschien niet voor me bedoeld geven me gewoon de moed om door te gaan. Mijn maag begint te rommelen, tijd om wat eten te halen. Ik wil het boek terugzetten, als me de gedachte naar binnenschiet, Tom had het er niet over dat we een boek niet konden lenen uit zijn bibliotheek. Met het boek onder mijn oksel doe ik de deur achter me dicht en strompel ik rustig naar de kantine. Zo te zien is er toch nog wat positief uit de bibliotheek gekomen.   



Game StartWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu