Hoofdstuk 1

61 3 9
                                    

Vliegensvlug storm ik de trap af. Ik ga de hoek om naar de keuken, maar neem de bocht te vroeg, waardoor ik met mijn schouder tegen de deurpost aanknal.

Au.

Na al meer dan tien jaar in dit huis te hebben gewoond kan ik nog steeds niet inschatten waar de deuren en muren precies zijn. Zucht. Ik kijk mijn moeder aan, die aan de keukentafel een tijdschrift zit te lezen. "Mam, heb je mijn boek gezien? Het lag daarnet nog op mijn bureau."

"Nee, sorry lieverd, misschien moet je in het vervolg eens wat beter op je spullen letten." Ik kijk haar geïrriteerd aan. "Dat is echt een typische moederopmerking"

"Tja, daar ben ik voor." antwoord mijn moeder met een zucht. Ze richt zich weer op haar tijdschrift. Ik draai me om en wil weer terug naar mijn kamer lopen als ik tegen iemand opbots.

Wat heeft het lot tegen me vandaag?

"Sorry Emily" hoor ik mijn stiefvader Richard gehaast zeggen. Mijn ouders zijn een aantal jaar geleden gescheiden en vorig jaar besloot mijn moeder dat Richard wel bij ons in kon trekken. Ik kijk op en moet mijn best doen mijn lach in te houden. Zijn bruine, nouja, laten we even eerlijk zijn, zijn half bruine, half grijze krullen zitten helemaal door de war. Hij probeert zijn jas aan te trekken en tegelijkertijd zijn haar er een beetje normaal eruit te laten zien, wat niet erg goed lukt. Tja, wat kan ik zeggen, alleen vrouwen kunnen multitasken blijkbaar.

Terwijl ik de trap oploop pak ik mijn mobiel uit mijn kontzak. Ik heb twee appjes van Ava, mijn beste vriendin.

Ava♡: EM HEBBEN WE EEN TOETS DUITS MORGEN

Ava♡: WAAROM WIST IK DIT NIET

Midden op de trap blijf ik stilstaan. Wacht wat?! Een toets duits? Shit.

Emily: WACHT WAT

Ik ren de trap verder op naar mijn kamer en begin naar mijn agenda te zoeken. Mijn kamer ziet eruit alsof er net 20 meisjes een kledingcrisis hebben gehad. De vloer is bezaaid met schoolboeken, kleding en make-up.

Ik laat mezelf op mijn bed vallen en land op iets hards. Met een verbaasd gezicht trek ik mijn boek onder mijn benen vandaan. "Heee, deze was ik kwijt" mompel ik in mezelf. Ik sla het open en ga weer verder waar ik gebleven was. Ik ben altijd al een grote lezer geweest, al sinds dat ik een boek kan vasthouden.

Na ongeveer een half uur kijk ik op. Oh ja, ik was mijn agenda aan het zoeken. Met moeite leg ik mijn boek weg. Ik kijk mijn kamer rond. Misschien moet ik eens een keer gaan opruimen. Gelukkig spot ik al snel mijn knalroze agenda in een stapel met oude schiften en lege verpakkingen van eten op mijn bureau. In stilte bedank ik mijn vroegere ik voor het kiezen van een knalroze agenda in plaats van een of ander pastelkleurtje.

Ik sla hem open en mijn ogen vliegen naar morgen, dinsdag.

Dinsdag

Engels - Maken blz 164 opdracht 4
Duits - Toets hoofdstuk 7
Bio - Maken §8.3

Ah shit. Een toets over heel hoofdstuk 7. Dat wordt een avondje doorleren..

**

Als de volgende ochtend de deurbel gaat ben ik mijn tanden aan het poetsen en tegelijkertijd mijn schoenen aan het aantrekken. Ik hoor dat mijn moeder beneden de deur heeft opengedaan voor Ava, die me op komt halen zodat we samen naar school kunnen fietsen.

Ik haal mijn tandenborstel uit mijn mond. "BIJNA KLAAR" schreeuw ik naar beneden. Ik spoel mijn mond en gris mijn rugzak van mijn bed. Met twee treden tegelijk ren ik van de trap af, wat een bijna-doodservaring is, aangezien ik mijn evenwicht verlies en bijna naar beneden val.

And then I met youWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu