7. Art thou Romeo?

11.3K 159 44
                                    

           

Als ik niet zo ongemakkelijk was weggelopen, dan had ik de tweede les Engels misschien wat beter kunnen verdragen. Het grootste deel van de tijd richtte ik, uit irritatie, mijn ogen naar het papier dat voor me lag, in plaats van naar meneer De Koning. Meneer De Koning was net zo koppig als ik; hij ging de dag door alsof ik niet bestond. Niet dat dat veel verschilde met de vorige les, trouwens. Ik wilde gewoon rustig aan mijn schoolwerk werken, in plaats van aan hem te denken.

De les Engels bestond uit stilte en opdrachten maken. Ik had daar absoluut geen probleem mee en begon met het schrijven van mijn tweede essay. Ik wist dat mijn schrijfkunsten vreselijk waren, maar dat hield me niet tegen. Ik was de enige die echt aan het werk ging. Ik voelde dat ik aangestaard werd door de meisjes aan de andere kant van het lokaal, maar ik keek terug naar ze alsof ze kinderspeelgoed waren.

Ik voelde iemand op mijn schouder tikken.

"Ik zag hoe je gisteren tegen hem tekeer ging," zei de jongen, terwijl hij zijn hoofd knikte richting de Engels leraar. "Werkt dat goed voor je?"

De bittere smaak was ineens terug in mijn mond en ik keek hem verbaasd aan. "Pardon?"

De tiener schudde zijn hoofd. "Vind je hem leuk?"

"Sorry?" Deze opmerking kwam onverwacht.

"Kom op, alsof je het niet doorhebt," spotte de jongen. Ik fronste mijn wenkbrauwen.

"Nee, ik vind hem niet leuk," zei ik duidelijk. De afschuw droop uit mijn mond.

Hij zuchtte en bestudeerde mijn gezicht. "Huh, dus, echt niet?" Ik liet zijn pokerface zinken tot de nissen van die van mij. "Zou je niet jaloers worden?"

"Draai er nou niet omheen," snauwde ik. Ik was echt veranderd sinds ik deze leraar had ontmoet. Ik hoopte hartig dat mijn gedrag zou veranderen voordat mijn ouders terugkwamen van vakantie.

De jongen likte zijn lippen. "Je hebt een crush op de Engels leraar."

"Ik heb een hekel aan hem."

"Oké dan," zuchtte hij. "Zou je dan in ieder geval mij willen vergezellen in deze, voor jou, bittere tijd?"

"Ik weet je naam niet eens." Het was waar, ik had waarschijnlijk nog nooit van hem gehoord. Het kwam denk ik omdat het schooljaar net was begonnen. Hij kon iedereen zijn, veranderd van welke school dan ook, verhuisd van waar dan ook.

"Ik ben Romeo." Hij glimlachte. Hij zag er niet verkeerd uit; zijn zwarte haar was naar achteren gekamd en zijn diepe bruine ogen toonden geheimen.

Ik lachte. "Art thou Romeo." Het was grappig bedoeld, maar zijn glimlach verliet zijn gezicht.

Ik hield mijn hoofd een beetje schuin, wachtend op een reactie. Hij begon te grinniken, maar stopte na een tijdje.

"Heb je iets te doen vanavond?" vroeg hij. Ik knikte.

"Ja, ik heb me een vriendin afgesproken om naar de stad te gaan, kerstinkopen doen." Ik gaf niet te veel informatie, want het was nog niet zeker.

Romeo haalde zijn schouders op. "Ander keertje dan."

Teach MeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu