Selly | Ontdekken '15

16 3 0
                                    


Tijdens het zoeken tussen de wrakstukken vind ik opeens wat eten. Ik tel met hoeveel mensen wij zijn en dat zijn er acht. Ik kijk opnieuw naar het eten en ik denk dat het genoeg is voor een halve dag. "Ik heb wat gevonden!" Roep ik. De groep die meegekomen is naar het wrakstuk komen naar mij toe. Wanneer ze zien dat ik eten gevonden heb, zie ik een glimlach op hun gezichten verschijnen. Ik was blij dat er eten was gevonden zo werd het overleven net iets makkelijker op een eiland.

Iedereen helpt mij mee om het naar een plek op het eiland te brengen. Gelukkig hadden Lauren en Jeremy al bananen meegenomen, waardoor de meeste honger al weg was en niet iedereen gelijk begon met eten.

Als al het eten op de plek ligt waar we het meeste zitten besluit ik samen met Finn terug te gaan naar de wrakstukken om te kijken of er nog meer dingen zijn die we kunnen gebruiken. Ik denk: dat er niet veel bruikbare dingen meer ,zijn omdat alles afgebrand is, maar we zullen kijken. Tijdens het zoeken vind ik een tas die er nog best wel goed uitziet. Ik maak de tas open en zie ineens twee flesjes water in de tas liggen. Samen met Finn nemen we een paar slokken. "Laten we de rest bewaren, zodat de anderen ook wat te drinken hebben" zeg ik, terwijl we verder zoeken. We kunnen niet meer bruikbare dingen vinden en gaan terug naar de anderen. Eenmaal terug op de plek waar de rest is besluit ik hout te zoeken om een hut te bouwen. Ik ga naar een stuk bos toe die ik zie. Kijk of er wat hout los ligt op de grond wat ik kan gebruiken. Ik ben verbaasd dat er zoveel ligt. Ik pak het hout en ga terug naar de anderen toe. Als ik dichterbij kom ziet Eden mij. Ze komt naar mij toe om wat hout van mij over te nemen en om mij te helpen. Als al het hout er ligt ga ik naar de gebruikte reddingsvesten toe om al het bruikbare er vanaf te halen, zodat het hout vast gemaakt kan worden. Ik heb alles van de reddingsvesten af gehaald. Ik ga naar het hout toe en vraag aan Eden om hulp. "Natuurlijk wil ik je helpen" zegt Eden. 

Samen gaan we dus aan de slag. Als al het hout staat, moeten we alleen nog wat vinden om een dak te hebben, zodat we droog zitten als het regent. Ik denk terug aan het bos en zie de grote bladen aan de bomen weer voor me, dus ga ik weer naar het bos. Eenmaal in het bos pak ik de grote bladen. Ik ga terug naar de hut maak de bladeren vast aan de hut. Nu de bladeren vast zitten kunnen we redelijk droog zitten/liggen. Nadat de hut klaar is komt Finn naar me toe om te vragen of ik mee naar de zee ga. Ik stem toe en we lopen samen naar de zee om te zwemmen. Eenmaal in de zee ben ik verbaast over hoe blauw het water is. In Nederland is het water helemaal niet zo mooi helderblauw. Met mijn ouders ben ik nog nooit in het buitenland op vakantie geweest dus wist ik nooit dat het water echt helderblauw is, zoals op foto's op het internet. Tijdens het zwemmen zijn we ook over van alles aan het praten, zoals hoe we de crash hebben ervaren. Totdat we ineens iets zien zwemmen in de verte. "Het lijkt wel een groot beest!" Roept Finn. Ik kijk nog een keer goed en het is inderdaad een groot beest, maar wat voor beest is het? 

Trapped | SoB2017Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu