Underneath -- Hoofdstuk 2 -- Lydia
Slaapdronken stommel ik naar de muur waar ik mijn lichtknopje verwacht te vinden. Onderweg stap ik op iets vlezig en levends. Geschrokken spring ik weg. Ik knijp mijn ogen tot spleetjes en kan een donkere, nu kreunende, gestalte onderscheiden. Geschokt herinner ik me mijn drie kamergenoten. Waarschijnlijk was het vlezige en levende de jongen die ik zo hardhandig op de vloer heb laten slapen. "Oeps", breng ik uit, terwijl ik bedenk wat nu slim is om te doen. Hem helpen? Ach, zal wel niet nodig zijn. Terug in bed gaan en doen alsof er niks is gebeurd? Het is ochtend, hij moet ooit wakker worden. En het is wel heel laf. Gewoon doorgaan met de tocht naar mijn lichtknopje? Waarschijnlijk zullen ze boos worden als ik het licht aan doe.
Ik zucht. Kamergenoten brengen alleen maar problemen met zich mee. De deur uit gaan, dan? Ik heb m'n kleren al aan en dit hok stinkt. Tevreden knik ik en wandel naar de deur, wat heb ik af en toe toch goede ideeën.Ontbijten kan tussen zeven en negen uur, dus ik moet nog een half uur met een lege maag lopen. Ik slaap in de Noordvleugel op gang D, het meest verroeste deel. In de Zuidvleugel zijn de meeste openbare ruimtes, zoals de kantine, keuken en gezamenlijke woonkamer. Op alle A-gangen zijn de wasruimtes, die ik als vrijwel nutteloos beschouw. Eens in de twee weken neem ik een bezoekje en was me grondig, meer heeft geen zin in dit stoffige hol.
Het is rustig in de gangen. Uit sommige kamers komt wat geluid, maar dat is het dan ook. De filters in het plafond zoemen echter wel de hele tijd en houden me gezelschap. Heel slecht gezelschap, dat wel.
Zonder er echt bewust bij na te denken, loop ik naar de Oostvleugel, gang B. Het is één van de langste gangen in het hele stelsel.De ingang is geblokkeerd met hekken. Onnodig, lijkt het. Het ziet er uit als een gewone gang. Dus spring ik over de hekken en wandel door over de gang. De reparatiewerkzaamheden zijn nog niet begonnen, dus niemand kan me betrappen. Denk ik.
De scheur in het plafond is in het midden van de gang, een lang streep in het plafond. Hij loopt in de lengte en past niet bij de rest. Hij hoort daar niet te zijn, het klopt gewoon niet.
De scheur is niet heel breed, hoogstens een millimeter. Op één plek wijdt de scheur wat uit en valt er licht naar binnen. Zónlicht. Ik beweeg m'n hand heen en weer door de lichtval, verwonderd over het feit dat ik de zon weer kan zien. Ik ga onder de scheur staan en knijp een oog dicht. De ander gelijk ook, want het is heel licht daarbuiten. Ik stap weer weg van de scheur en open langzaam mijn ogen. Verbaasd kijk ik weer naar de straal licht die naar binnen valt. Ik ga er in staan, maar het licht is niet voelbaar, de warmte is niet sterk genoeg.
Ik strek mijn hand uit en trek een streep over de scheur met mijn vinger. Ik lach zachtjes, het voelt ergens zo normaal, maar ook zo raar, om na al die tijd weer de zon te zien, maar toch weer niet.
Snel check ik mijn horloge, het is bijna zeven uur. Ik draai me weg van de scheur en loop terug naar de hekken. Als ik over de hekken spring, weet ik het zeker. Ik wil de zon weer écht zien. Ik wil naar boven.In de kantine is het druk. Stil pak ik mijn pakket eten en ga aan een tafel zitten. De kantine is eenvoudig en saai, een vierkante ruimte met lange tafels. Aan de achterkant een lange toonbank en een klep waar nieuwe proties doorheen worden geschoven. Het eten past bij de kantine, eenvoudig en saai. Terwijl ik m'n smakeloze eten naar binnen werk, probeer ik een bekend gezicht te vinden. Ik vind er snel een, maar niet degene die ik zocht. Mijn kamergenoot, waar ik vanochtend nog op ben gaan staan, ziet me helaas ook en komt met zijn eten naar me toe. Wanhopig probeer ik Puck te vinden, mijn vriendin die nogal maf is, maar nu wel nodig. Helaas vind ik haar niet, ze heeft zich vast aan een deur vast geklampt om te zien hoelang ze het vol houdt. Haar record is 23 seconden. Ze maakte me wakker om vijf uur 's ochtends om het in mijn oor te schreeuwen.
"Ik hoorde dat je een nieuwe vloermat had, bevalt hij?", de jongen komt aan tafel zitten en kijkt me geamuseerd aan. Ergens ook wel chagrijnig, hij is zeker met het verkeerde been uit bed gestapt, ook al heeft hij geen bed momenteel. "Ja, zeker. Ik was vanochtend even vergeten dat ik hem had, maar toen stapte ik erop en merkte ik dat hij heel fijn is. Heb je lekker geslapen vannacht?" De jongen kreunt. "Herinner me er alsjeblieft niet aan", hij trekt een vermoeid gezicht, "Ik heb nauwelijks geslapen en toen ik sliep besloot iemand al mijn botten te breken." De jongen eet rustig verder. Ondertussen neemt schuldgevoel mijn gedachten over, knijpt mijn hart in elkaar en doet een overwinnigsdansje met veel gestamp op mijn brein.
Ik zucht en leg mijn eten neer. "Het spijt me, oké. Ik haat kamergenoten en was vergeten dat ik ze had. En dat ik je op de vloer had laten slapen, daar moet ik denk ik ook sorry voor zeggen? Sorry dan maar." De jongen grinnikt. "Klinkt heel overtuigend, maar excuses aanvaard. Ik ben Karl, en jij?" Ik moet een lach in houden, want wat voor een naam is dat? Karl, Karl, Karl. Het klinkt als een overgevende kikker. Karl lijkt iets opgemerkt te hebben, dus snel verman ik me. "Ik heet Lydia", vertel ik hem en eet het laatste beetje van mijn eten, voor ik nog iets doms zet. Karl glimlacht en in stilte eet hij verder. Na een ongemakkelijke discussie met mezelf sta ik toch maar op."O my gosh, wie was die gast? Vind je hem leuk? Vind hij jou leuk? Waar ken je hem van? Hij is best knap." Puck stond van een afstandje mijn gesprek met de Overgevende Kikker te observeren en stelt zonder te ademen duizenden vragen. Ze vindt hem knáp. Ik had daar niet eens opgelet, maar met zijn blonde haar en donkerbruine ogen is hij volgens Puck dus knap.
"Puck, rustig. Straks lig je nog in de ziekenruimte door ademgebrek." Puck rilt van afgrijzen. Ze kan niet tegen bloed, dus die ruimte is voor haar een hel. "En nee, ik vind hem niet leuk, hij vindt mij vast ook niet leuk. Hij moet met zijn ouders bij mij slapen door die barst in het plafond." Zodra Puck hoort dat hij bij mij slaapt, flipt ze helemaal. Ze stuitert om me heen en mompelt allemaal dingen die ik niet goed kan verstaan, al meen ik af en toe 'bruiloft' te horen.
"Ik heb hem op de grond met alleen een deken laten slapen en ben in de ochtend per ongeluk op hem gaan staan, hij heeft ondertussen waarschijnlijk een trauma aan me opgelopen." Ik zeg het serieus, maar kan m'n lach niet meer in houden als Pucks gezicht onmiddellijk omslaat naar een zielige puppy. "Jij barbaar! Dat is vreselijk onbeschoft! Heb je je excuses al aangeboden?"
Ik rol met mijn ogen. "Ja, toen je ons net aan het observeren was." Pucks gezicht klaart op.
"Mooi, dan is er nog hoop op een bruiloft. Ik mag toch wel bruidsmeisje zijn?"
"Ik ga hier geen antwoord op geven."Lied bovenaan: Take your time -- Sam Smith
JE LEEST
Underneath [geen updates]
Fiksi IlmiahHet is lang geleden dat Lydia de zon zag. Dat ze hem kon voelen op haar huid en kon dansen in zijn licht. Toen Het Virus uitbrak moest ze onderduiken en haar familie achterlaten. Tien jaar lang zit ze nu al samen met 315 anderen onder de grond, ge...