Hoofdstuk 11.

246 6 0
                                    

Romy pov;

Ik word wakker van me wekker. Ik kijk hoelaat het is en het is half 7. Ik wil bijna weer gaan slapen als ik merk dat we vandaag gaan zwemmen. Dat word echt leuk. Ik sta op en doe eerst me bikini aan. Daar boven doe ik een jurk aan. Zodat ik straks alleen maar me jurk uit hoef te doen. Ik loop naar beneden en trek me slippers aan. Dan komen kaj en samuel naar beneden. Ik glimlach en we pakken onze tassen in. Daarna gaan we de rest van de jongens ophalen. Zodra we aankomen bij het zwembad (zie foto) stoppen we spullen in de kluisjes en lopen we naar binnen. We leggen onze handdoeken op de ligstoelen en gaan meteen het water in. Ik zwem naar kaj toe en spetter naar hem. Hij spettert terug en dan hebben we een soort watergevecht maar dan in het zwembad. Hij duwt me onderwater en ik kom lachend boven. Ik zoen hem en hij slaat een arm om me heen tijdens de zoen. Dan gaan we richting de glijbanen. 

Nu zitten we even een patatje te eten. Omdat we tussendoor ook moeten eten. 'Ik ga het water in' zegt jai die op springt. 'Jai je heb net gegeten' zeg ik maar hij is al weg. Ik kijk de jongens aan maar die halen alleen maar hun schouders op. Ik sta op en loop jai achterna. Dan glijd jai uit en valt keihard op zijn hoofd. Ik gil en ren naar hem toe. Ik roep om hulp en al snel word jai in de brancard gelegd.

He is my brother? ft bbraveWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu