Onze wegen zijn vervlochten.
Hij las de zin opnieuw en opnieuw.
Tot een koude hand zijn schouder nam.
Hij keek haar aan.
De avond struikelde de stad binnen
en nam een koele bries met zich mee.Wij kon alleen maar naar haar kijken,
terwijl ze hem mee naar binnen nam.De witte muren van haar appartement schreeuwden.
Hij keek naar de witte vliegtuigjes op het bureau.
En bedacht zich, dat deze nooit hun vleugels hadden uitgeslagen.
Hij voelde haar nabijheid in elke vezel van zijn lichaam.
Hij wilde dichter naar haar toe,
maar haar zwarte aura schrikte hem af.
JE LEEST
Dear stranger,
Short StoryLiv laat overal gedichten vrij. Ze laat ze meevoeren met de wind. Zo de handen van Lucas in... Zij schrijft gedichten... Hij vind ze.... #416 in kortverhaal!