"Oké jullie mogen beginnen met de toets." Ik kijk naar de opgaven en zucht, ik haat wiskunde.
Ik ben al bij opgave vier van de 8 als de zegt "Daimon en Angel allebei jullie toets inleveren en naar de afdeling, nu meteen!"
Mijn hoofd schiet omhoog, wat heb ik misdaan? Ik loop naar de docent en geef mijn toets en loop het lokaal uit.
"Wat heb je nu weer gedaan?" Ik kijk naar Daimon die naast mij is komen lopen.
"Niks. Ik keek alleen even naar je toets." Hij kijk schuldig naar de grond.
"Nu kom ik in de problemen door jou. En je weet toch dat we andere versies hebben dus dat het onzin is als je bij mij afkijkt?"
"Nou en." We zijn aangekomen bij de afdeling. Daimon klopt aan, "We moesten ons melden."
Mevrouw van Pijl kijkt verbaasd naar ons. "Wat hebben jullie dan gedaan?" We gaan tegenover haar zitten.
"We hadden een toets en Daimon keek op mijn blaadje en toen moesten naar de afdeling." Ik sla mijn armen over elkaar.
"Ik keek helemaal niet en het is echt onzin dat als ik het wel gedaan zou hebben dat Angel dan ook straf krijgt."
Opeens voel ik een helse pijn in mijn been en ik val van de stoel. De pijn wordt alleen maar erger, het brandt. Ik gil het uit en grijp naar mijn been.
Pov Daimon
Ik kijk geschrokken naar Angel en spring gelijk op. Ik zie haar naar haar kuit klauwen en loop naar haar toe. "Angel? Wat is er aan de hand?"Ik kijk naar haar pijn vertrokken gezicht en ze gilt weer.
Mevrouw van Pijl is om haar bureau naar Angel gelopen. "Ik denk dat ik weet wat er gebeurd."
"Wat dan?" Ik heb zelf al een vermoeden wat het is maar durf het niet te zeggen.
"Ik leg het later uit we moeten nu iets vinden om de pijn minder te maken." Ze kijkt om zich heen. "Ik haal even een nat doekje." Ze loopt snel de kamer uit en laat me achter met Angel, die nog steeds op de grond ligt.
"Rustig maar." Ik pak haar hand en ze knijpt bijna mijn hand fijn. "Het komt allemaal goed."
Mevrouw van Pijl komt weer binnen gelopen met een doekje in haar hand. "Hier hou dit op haar been." Ik pak het doekje en doe het voorzichtig op de zijkant van haar been, net onder haar knie. Angel wordt gelijk wat rustiger en kreunt nu van de pijn in plaats van dat ze schreeuwt.
"U wilde me vertellen wat er met haar was?" Ik kijk mevrouw van Pijl aan, nog steeds Angels hand vasthoudend.
"Niet hier." Ze kijkt me twijfelend aan en gaat met haar hand door haar haar.
"Daimon?" Angel fluistert het en ik kan het maar net verstaan.
"Ja?" Ik veeg haar haar uit haar gezicht en kijk haar in de ogen.
"Wat gebeurt er met me?"
"Niks ergs. Het komt allemaal goed." Ik probeer overtuigend te glimlachen.
"Kan ik naar huis?" Ze kijkt me vermoeid aan.
"Nee dat kan niet." Mevrouw van Pijl kijkt haar spijtig aan.
"Waar moet ik dan heen?"
"Jullie komen allebei mee naar mijn huis en dan leg ik jullie uit wat er aan de hand is."
"Kan je staan?" Ik trek Angel langzaam over eind. Ze leunt zwaar op me maar ik hou haar stevig vast.
Mevrouw van Pijl komt aan de ene kant van Angel staan en samen lopen we naar de uitgang, Angel steunend op onze schouders. Het is best onhandig omdat ik veel groter ben en dus gebukt moet lopen maar ik heb het er voor over.
Als we buiten zijn lopen we naar de auto van mevrouw van Pijl en gaan Angel en ik achterin zitten. Angel leunt met haar hoofd op mijn schouder en sluit haar ogen.
De hele auto reis is het stil en zegt niemand een woord.
Als we bij het huis van mevrouw van Pijl zijn, help ik Angel uit de auto en lopen we het huis van Mevrouw van Pijl binnen.
"Ik pak wel even wat te drinken voor jullie." Angel en ik nemen plaats op de bank in het kleine huis van Mevrouw van Pijl.
"Wat gebeurt er allemaal?" Angel kijkt me met grote, vermoeide ogen aan.
"Maak je maar geen zorgen." Ik sla mijn arm om haar heen en ze ruat haar hoofd op mijn schouder.
Mevrouw van Pijl komt weet binnen gelopen met twee glazen water en zet ze op de bijzet tafel voor de bank.
"Misschien is het beter als Angel even uitrust. Kan ze ergens gaan liggen?" Ik kijk mevrouw van Pijl vragend aan.
"Eh ja." Ze staat op en leidt ons naar een slaapkamer. "Ik wacht wel in de woonkamer."
Angel gaat op het bed zitten en ik kniel op de grond en doe haar veter los en trek haar schoenen uit. Ze gaat liggen en eigenlijk wil ik al we gaan maar ze pakt mijn mouw nog vast.
"Kan je hier blijven?" Ik kijk haar verrast aan.
"Tuurlijk Engeltje." Ik ga op de rand van het bed zitten en pak haar hand.
Ze glimlacht en krult zich op. Al snel zakken haar ogen dicht en wordt haar ademhaling regelmatiger. Eigenlijk wil ik blijven zitten maar ik moet met mevrouw van Pijl gaan praten.
Ik sta op en loop naar de woonkamer. "Hoe weet u wat er met Angel is?" Mevrouw van Pijl schrikt even omdat ze me niet had gehoord.
"Ik zei nooit dat ik weet wat er met haar is." Ze kijkt me achterdochtig aan.
"Maar u heeft ook nooit gezegd dat u het niet weet, mevrouw." Ik ga tegen over mevrouw van Pijl zitten.
"Nou ik heb dat ook ooit eens meegemaakt." Ze kijkt naar haar handen.
"Wat is het dan?" Ik weet zelf ook wat het is maar wil het eerst van haar horen.
"Je weet toch waar we het over hebben bij geschiedenis? Dat met de Zes? Ze krijgen een een 'teken' in de vorm van een geturfd getal. Het getal hangt af van de gaven die die persoon heeft. Angel heeft net een teken gekregen."
"En hoe weet u dat?"
"Dat zei ik net." Ze rolt haar mouw op en laat drie dunne streepjes aan de binnenkant van haar elleboog zien.
"U bent een van de Zes." Ik ga achterover zitten.
"Vind je dat niet shockerend?" Ze kijkt me vragend aan.
Ik grijns, "Nee want ik ben nummer Twee."
JE LEEST
The Fallen
Science FictionWe zijn met drie groepen: de Engelen, de goede, de Duivels, de slechte, en de Gevallenen, de misdadigers die weg gestuurd zijn naar de aarde. Maar de Engelen zijn vreselijke mensen, de Duivels zijn juist de goede en de Gevallenen de onschuldigen. Er...