Hoofdstuk 4

22 2 5
                                    

Maanpoot kon niet slapen.
"Hou eens op met woelen!" Siste Dauwpoot. "Sorry..."
Toen hij eindelijk in slaap was gevallen kwam hij in een raar bos terecht. Het was licht en door de bomen kwamen warme zonnestralen.
Toen kwam er een lichtflits. Er verscheen een prachtige poes.
"Gegroet, Maanpoot. Ik ben Kiemster, zoals je weet. Ik ben hier gekomen om je training te geven. Zeg hier niets over tegen Musveder. Ik zal Rozenpels meer uitleg geven over de profetie. Nu moet ik gaan. Ik wacht op onze volgende ontmoeting." "Nee, wacht! Er is nog zoveel dat ik je wil vragen! Ik..." "Tot snel, Maanpoot."

Maanpoot schrok wakker. Hij liep naar de ingang van het hol.
Ik moet naar buiten! Donkerhart en Kauwveder hielden de wacht. "Hallo Maanpoot, wat doe jij hier zo laat op de nacht?" Donkerhart keek hem diep in zijn ogen. Ik wil niet liegen tegen mijn eigen vader! "Ikuh... Ik ga even een frisse neus halen. Ik voel me niet zo lekker." Loog Maanpoot. "Ga maar, maar pas op voor SchaduwClan krijgers. Ze zijn heel vel." Maanpoot liep langs Donkerhart en Kauwveder.
Pff. Wat kunnen SchaduwClan krijgers bou doen?
Hij liep langs de SchaduwClan grens. Alles was stil, totdat hij een schreeuw hoorde. "STERKHART, WAT DOE JE?" "Hou je kop, jij oude haarbal! Jij zult vannacht voor de laatste keer dit bos zien!" Dat moet Panterster zijn! Maar, wat gebeurt er?
Maanpoot hoorde een harde schreeuw. Panterster lag dood op de grond. Bloed stroomde uit zijn keel! "Sterkhart, wat heb je gedaan?!" Er kwam een lichtbruine kater aanrennen. "Ik heb Panterster VERMOORD! En jij zal mijn volgende slachtoffer zijn!!!"

Warrior Cats: De Eerste Maanenschijn, Het BeginWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu