Hoofdstuk 8

23 3 8
                                    

"Goed gedaan!" Kiemster zwiepte met haar staart. Maanpoot sprong van een boomstronk af. "Weet je nog wat je moet doen als je wakker wordt?" Maanpoot dacht diep na. Hij was al een paar dagen in het Woud van de SterrenClan geweest, terwijl het in de realiteit maar één nacht was. "Ik moet aan Musveder vragen of ik vrijstelling mag en moest het bevestigen bij Lichtster." Kiemster keek hem diep kn zijn ogen. Haar blauwe ogen straalden in het maanlicht. Bij elke stap die ze zette, kwam er schitterende, gouden vonken uit de grond. "Je zult zo wakker worden." Maanppot hoorde een stem. "Maanpoot... Maanpoot..." De stem werdt steeds duidelijker. "Maanpoot, opstaan! Je mlet mee met de dageraadpatrouille!" Het was Musveder. "Ik voel me niet lekker..." Acteerde Maanpoot. "Wat heb je dan?" Vroeg Musveder. "Buikpijn..." Maanpoot kreunde. "Ok, zeg maar tegen Lichtster dat je buikpijn hebt." Maanpoot liep naar zijn hol. "Maanpoot!" Zei Lichtster. "Jij komt je zeker afmelden hé?" Maanpoot keek haar aan. Hoe wist ze dat? Lichtster lachte. "Ik weet heus wel dat je hebt getraind. Wees maar gerust, ik zeg het tegen niemand." Maanpoot zuchte. "Ga maar een frisse neus halen, dat zal je goed doen." Maanpoot knikte en liep naar buiten.

Maanpoot was aan het wandelen langs de SchaduwClan grens. Toen ving hij een glimps van Blauwpoot's geur op. "Pssst, Blauwpoot." Maanpoot fluisterde. "Ja?" Fluisterde ze terug. "Kom naar die varen. Daar zijn we iets meer beschut." Maanpoot liep naar de varen. "Blauwpoot, ik moet je iets vertellen. Ik... Ik denk dat ik verliefd op je ben." Maanpoot keek weg. "Ik ook op jou. Maar, we zijn van verschillende Clans. Wij kunnen niet verliefd zijn." "Ik weet het." Blauwpoot klonk verdrietig. "Ontmoet me om maanhoog bij de vierboom. Ik smeek het je, ik kan niet zonder je." Blauwpoot's woorden waren eerlijk en oprecht. "Ik zal er zijn." Maanpoot maakte een grote sprong naar een eik. "Tot middernacht, Blauwpoot." "Tot middernacht, Maanpoot..."

Het was maanhoog. Maanpoot was bij de vierboom. Hij rook Blauwpoot's geur. ""Sorry, ik was bezig met een uitgang zoeken en dat duurde lang en..." Maanpoot onderdrukte gespin. "Het maakt niet uit." "Wat zullen we doen?" Vroeg Blauwpoot. "Niets! Voordat Maanpoot kon reageren tijte Blauwpoot Maanpoot aan. Hij keek naar het punt waar zij heen keek. Hij zag Sterkster's gestalte opdoemen uit de schaduw. "VERRADER!!!" Hij gaf Blauwpoot een klap tegen haar flank. Ze vloog tegen een boom aan en viel op de grond. "Blauwpoot!" Schreeuwde Maanpoot bang. Wat zou haar overkomen?

"JIJ ZULT STERVEN!!!" Sterkster schreeuwde in Maanpoot's oor. Hij hield zijn klauw omhoog. Help!  Blauwpoot sprong omhoog en duwde tegen Sterksters flank. "Jij onnozele dwaas!" Sterkster lachte. "Denken jullie echt dat jullie mij, Sterkster, de leider van de SchaduwClan kunnen verslaan?!" Maanpoot stond op. Hij zou koste wat kost het woud beschermen. "Nee, dat denken ze niet." Er klonk een bekende stem van achter Sterkster. "Lichtster!" Riep Maanpoot. "Waarom ben jij hier nu weer?!" Sterkster klonk geïrriteerd. "Om de SchaduwClan te redden van jouw leiderschap!" Gromde Lichtster. "Jij dwaas, je hebt nog maar één leven over!" Maanpoot schrok. "Maar dan riskeer je je laatste leven voor een andere Clan!" Schreeuwde Blauwpoot. Maanpootkeek haar aan. Lichtster onderdrukte gespin. "Dat is het waard om het woud te redden."

Ondertussen was het begonnen met stormen. Er klonk een kreet. Lichtster beet in Sterksters voorpoot. Sterkster grauwde en sprong op Maanpoot. Blauwpoot rukte een pluk vacht van Sterksters rug af. Sterkster vocht fel terug, maar hij kon niet op tegen drie katten tegelijk. Hij sprong achteruit. "Ga weg Sterkster!" Siste Lichtster. Lichtster gaf hem nog één laatste krab over zijn oog. "Ga weg, en kom nooit meer terug!" Sterkster gaf een laatste schreeuw en rende weg. "Denk je dat hij terug komt?" Maanpoot voelde zijn lichaam trillen. "Ik denk het wel." Lichtster klonk fel. "Kom." Zei hij tenslotte. "Blauwpoot, ga terug naar je eigen Clan. Jij moet ze vertellen dat Sterkster dood is." Lichtster keek Blauwpoot diep in haar ogen. "Waarom ik?" Maanpoot zag de angst in Blauwpoot's ogen. "Ik kan dat niet doen, ze zouden denken dat ik hem heb vermoord! Sorry, Lichtster. Ik kan gewoon niet..." Lichtster liet Blauwpoot niet uitpraten. "Het geeft niet." Hij wende zich tot Maanpoot. "Maanpoot, ga met Blauwpoot mee, zodat ze niet alleen is. Kom daarna direct terug." Lichtster keek Maanpoot aan. En de profetie dan? "Ga nu." Lichtster zwiepte met zijn staart en liep naar het DonderClan kamp. "Maanpoot?" Blauwpoot keek onzeker naar Maanpoot. "Ja?" "Ik weet van de profetie, Panterster heeft het me verteld." Maanpoot keek naar haar. Hoe weet Panterster dat? "Oké, naar vertel het aan niemand." Maanpoot keek haar diep in haar ogen. "Beloof je dat?" Vroeg hij op dringende toon. "Beloofd." Blauwpoot liep richting het kamp. Ze keek achterom of Maanpoot haar volgde. Maanpoot rende om haar in te halen.

Dit hoofdstuk is best wel lang...

Warrior Cats: De Eerste Maanenschijn, Het BeginWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu