|6|

24 2 0
                                    

Ik ging aan het hoofd van de tafel zitten, Dagdan schraapte zijn keel: 'Ik hoorde van Ash hier dat je zijn hulp hebt geaccepteerd om Kalear te verslaan' er schoot een flits van woede over zijn bruine ogen. Ik was het hem helemaal vergeten te vertellen ik maakte eigenlijk nooit beslissingen zonder zijn mening. Hij zag er gekwetst uit. 'Klopt dat?'

'Kom op Dagdan moet ik het dan ook nog bevestigen? Het spijt me.' Sprak ik zonder mijn mond te openen tegen zijn geest. Ik knikte zodat Ash onze conversatie niet op zou merken maar ik had zo'n gevoel dat hij het allang doorhad.

Ik werkte mijn ontbijt zwijgend naar binnen en vertrok samen met Dagdan en Ash naar de vergaderzaal.

Twee van Dagdan's spionnen stonden samen met de rest van de hoge fae opgesteld om de tafel. We namen onze plaatsen in. Het was tijd voor oorlog. Dagdan nam de strategieën door. Het leger van het Zomerhof was twee keer zo groot als het onze zelfs als we de goedgetrainde legers van Herfst en Winter waren we in de minderheid. We zouden hoe dan ook veel levens verliezen. Het leek of er een baksteen op de bodem van mijn maag lag die ik er elk moment uit zou kunnen kotsen.

Terwijl Dagdan en Ash discussieerden over hoe ze het best de legers van de koning uit de weg zouden kunnen ruimen beraamde ik mijn eigen plan. Niemand hoefde hiervoor op te draaien, ik hoorde het gekraak van Dagdan's nek toen de officier van Zomer hem brak. Hij bleef nagalmen in mijn hoofd.

'We kunnen hier beter goed over na denken' onderbrak ik hun discussie. Ze keken me bevreemd aan. Ik zal alle opties in overweging nemen en morgenochtend rond dit tijdstip nemen we een beslissing.

Ik had de beslissing al lang gemaakt. Morgen rond dit tijdstip zouden ze erachter komen dat ik was vertrokken. Alleen.

Dagdan knikte alleen maar, ik hoopte maar dat er een dag kwam waarop hij me kon vergeven voor wat ik zou gaan doen. Hoe egoïstisch het ook was ik kon hem niet laten sterven. Hij zou voor mij door het vuur gaan en dat kon ik niet toestaan. Ik had al een familielid verloren aan oorlog dat zou me niet nog eens gebeuren. Ash keek me met een argwanende blik in zijn ogen aan.

Ik vertrok uit de vergaderzaal zonder de blikken die me werden toegeworpen te beantwoorden er was werk aan de winkel.

Na het avondeten was ik terug mijn kamer ingetrokken en wachtte tot de sterren hoog aan de hemel stonden. Toen ik zeker wist dat iedereen in het paleis sliep liep ik op mijn tenen door de hal naar de keuken. Ik haalde een rugzak uit de kast en vulde die met brood vlees en water. Meer zou ik niet mee kunnen nemen. Vervolgens sloop ik de keuken uit en liep naar de wapenopslag ik pakte drie messen en bond ze aan naast mijn zwaard aan de wapenriem.

Ik sloop naar de massieve marmeren deuren die mij toegang versperde twee van Dagdan's elite wachters stonden naast de deuren opgesteld ze bogen voor me. 'Open de deuren' een bevel dat ze negeerden.

Winters CrownWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu