Tzz Tzz
Daar ging het weer.. ik stond langzaam op zodat Sarah niet wakker word. Zoals Sarah als zei, ik heb altijd een plan. Ik liep naar mijn kastje en pakte een zakmes. Ik ga Berkay vandaag weer spreken, ik neem het mee. Gewoon voor de zekerheid😉.
Onderweg botste ik toevallig tegen hem aan. 'Weer jij!? Laat me met rust ik hoef je niet!' Hij wilde door lopen maar ik trok hem terug. 'Berkay luister, kom mijn hand vragen. Desnoods scheiden we gelijk weer. Je weet dat mijn vader me uithuis gaat gooien.' Zei ik. "Moest je je benen maar niet spreiden hoertje." Dat was de druppel. Zonder na te denken pakte ik mijn zakmes en stak hem neer. Met geschrokken ogen keek ik naar een neervallende Berkay. Precies op dat moment kwam Sarah aanrennen. "WAT HEB JE GEDAAN!" Is het enige wat ik hoorde..
'WE MOETEN EEN AMBULANCE BELLEN.' Schreeuwde Sarah. 'Sarah als je hun belt pakken ze me op. We moeten weg van hier. Heel ver weg. Ergens waar niemand ons kent. We kunnen een nieuw leven beginnen. Alles achter ons laten.' Zei ik. Ze keek me aan alsof ik iemand heb vermoord, wat ik misschien ook wel heb gedaan... "Asiye dit is geen goeie oplossing!" Riep ze. "Ik moet wel, als papa erachter komt weet je wat er ogaat gebeuren.. sorry sarah ik heb geen andere keus, wil je met me mee?" 'Dat kan ik papa en oma niet aan doen, ik ga je helpen ja. Maar ik ga niet mee." Zei ze. 'Oke geen probleem. We gaan met iemand meeliften, kom." Zei ik en we renden weg van de plek waar berkay licht.
"Asiye ik stap niet in bij mannen." Fluisterde Sarah in mijn oor. De 2 mannen in de auto voor ons wachten op onze woord. "Rij maar door het hoeft niet meer!" Zei ik. Ze keken ons vies aan en reden weg. "Je moeder wat kijk je zo!" Riep ik erachteraan maar ze waren al weg. "Zie je wat je doet! Er stop niemand en dan stopt er is een keer iemand wil je niet instappen!" Riep ik boos. 'Sorry..'
Na een lange tijd stopte er een auto. Er zat een meisje in samen met een jongen, haar vriendje denk ik? "Kunnen we met jullie meeliften onze auto is kapot." Loog ik. "Ja tuurlijk stap in." Zei de jongen achter het stuur. Sarah en ik stapten in. "Ik ben Zehra en dit is mijn verloofde Yusuf, hij gaat me naar de villa van zijn opa brengen." Zei het meisje dat blijkbaar Zehra heet. "Ik ben Asiye en dit is mijn zusje Sarah." Zei ik. De hele weg was Zehra aan het zingen. Yusuf bood me drank aan en ik nam het aan. "We gaan hier ff stoppen kunnen jullie wat eten en ik moet mijn opa bellen." Zei yusuf. "Oke" zeiden we in koor.
Zehra, Sarah en ik zaten aan een tafeltje. "Dus Zehra wat doe je voor werk?" Vroeg ik haar. 'Uhh ik werk in een kledingwinkel." 'Oo leuk' zei ik droog. "Ik ga fftjes naar de wc, brb." Zonder op antwoord te wachten liep ik weg. Net toen ik weg wilde lopen hoorde ik yusuf aan de telefoon. "Oke schatje ik zie je volgende week ik werk deze week." Zei Yusuf. Zei hij nou schatje? Hahaha. Dit word grappig, zei ik met een grijns op mijn gezicht.
"Zehra was je verloofd met Yusuf?" Zei ik 'ja hoezo?' "Hij bedriegt je."
_____________________
Wat zou Zehra's reactie zijn? Gaat ze Asiye geloven, of toch niet?
Blijf vooral verder lezen want ik krijg steeds meer en meer inspiratie.
