Het is vrijdag 13 april, een regenachtige dag. Druppels op het raam rollen langzaam naar beneden, het enige wat je hoort is muziek. Je staart naar buiten en kijkt naar het bos tegenover de school. Er lijkt niks te zijn, tot dat je hem ziet.
Een jongen. Zwart haar. Blauwe ogen.
Jij kijkt naar hem en hij kijkt naar jou. "Layla.." hoor je ergens op de achtergrond. Is het de jongen? Weet hij je naam? Hoe kan je hem überhaupt horen van zo'n grote afstand? "Layla." hoor je nog een keer, nu duidelijker. "Layla!" Je schrikt op en ziet je docent boos naar je kijken. Snel zet je je koptelefoon af. "Leg dat ding weg, en let op. Je cijfers zijn deprimerend, dus het is misschien een goed idee om een keer mee te doen met de les." Om je heen hoor je je klasgenoten lachen en fluisteren. "Sorry mevrouw", zeg je maar voordat ze nog bozer wordt.
Je werpt snel nog een blik naar het bos. De jongen is nergens meer te bekennen. Je hebt het je waarschijnlijk gewoon verbeeld, denk je maar en besluit snel op te letten in de les. De tijd vliegt voorbij en voordat je het weet is het 14:55. De dag is voorbij. Je loopt naar je kluis, en zoals gewoonlijk is het weer heel druk. Het duurt even voordat je eindelijk bij je kluis kan. Wanneer je de school uit wilt lopen zie je dat het nog steeds regent. Zou je nu wel gaan fietsen? Het regent echt heel hard. Uiteindelijk ga je maar gewoon, waarschijnlijk stopt het vanavond pas met regenen.
Nog geen 2 minuten verder ben je al zeiknat van de regen. Je telefoon zit nog in je jaszak, die kan je misschien beter in je tas doen, want je jas is al helemaal doorweekt. Je kijkt snel even om je heen, en probeert je jaszak open te doen. De rits wil alleen niet echt meewerken. Snel kijk je even voor je, om te zien of je nog goed fietst. Nog geen 3 meter van je vandaan staat er een jongen midden op het fietspad. Je moet snel op je rem trappen, anders zou je hem aanrijden.
"Waarom the fuck sta je midden op een fietspad?" roep je naar de jongen terwijl je je haar uit je gezicht probeert je vegen. Je had hem nog niet gezien door de haren die voor je gezicht hingen, maar toen je hem aankeek wist je precies wie het was.
Een jongen. Zwart haar. Blauwe ogen.
"Jij bent het.." fluisterde je zachtjes. Jullie waren allebei doorweekt van de regen, en keken elkaar in stilte aan. Na een paar seconden verbrak hij de stilte: "Het uhh.. spijt me. Echt. Ik.. sorry." Hij zuchtte diep. Zijn stem was zacht, en het leek alsof hij aan het huilen was. Je wist niet of het tranen waren of de regen. "Gaat het wel?", vroeg je maar voor de zekerheid. Ondertussen haalden een paar fietsers jullie in. "Ja.. sorry. Ik had beter moeten kijken waar ik liep." Hij keek naar de grond, en leek zich te schamen. "Hoe heet je?", vroeg je aan hem. Eerst hoorde je hem niet, door zijn zachte stem, en door het razen van de wind. Hij zei het nog een keer, deze keer harder.
Zijn naam was Elliot.
JE LEEST
His name was Elliot.
Mystery / ThrillerOp een dag leer je een jongen kennen, en het klikt goed tussen jullie. Maar wanneer hij op een dag vermist raakt, blijf je achter met zijn telefoon. Je leert zijn geheimen kennen. Kende je hem echt zo goed als je dacht?