4

73 12 0
                                    

Ik ren weg van de mannen naar een stuk waar het wat meer beschut is dan die enkele bomen. Hier zijn er wat meer bosjes waar ik me achter kan verstoppen. Ik ren nog iets verder en maak mezelf uiteindelijk zo klein mogelijk achter een grote struik. Als ik op adem ben gekomen duw ik wat takjes en blaadjes aan de kant en kijk naar de mannen die zich 'mijn redding' noemen, maar waarom zouden ze mij redden en nog belangrijker waarvan? Ik kijk naar de mannen en zie dat ze meer gespannen en gehaast overleggen, ook kijken ze om zich heen,waarschijnlijk of ze mij nog zien. Er komen nog meer bewapende, zwart-geklede mannen, ik denk dat het er zes of zeven zijn. Ze splitsen op in tweetallen, en er komen er twee mijn kant op. Als ik niks doe zullen ze mij vinden, maar wat kan ik doen en waarom is het zo belangerijk dat ik wordt gevonden? Ik wordt uit mijn gedachten gehaald doordat ik een stem hoor: 'Lucy, ben jij dat, wat gebeurt er?' 'Ik ben Emma, niet Lucy, wie is Lucy? Er zijn bawapende mannen die denk ik Lucy hebben meegenomen.' :fluister ik. Ik hoor voetstappen versnellen en ik denk dat ze me gevonden hebben. Ik maak me zo klein mogelijk in de hoop dat ze me alsnog voorbij zullen rennen, maar voor ik het weet voel ik de struik om me heen bewegen en handen die me oppakken. Ik begin weer wild te spartelen, maar ze drukken me tegen de grond, de een bij mijn benen en de ander bij mijn armen. De andere mannen zijn er ondertussen ook  en Noah pakt een touw en bindt mijn benen vast terwijl iemand anders met mijn armen bezig is. Ik schreeuw nog van alles, dat ze me los moeten maken, dat ik niet mee wil, dat ik gewoon de test wil voltooien, maar het heeft geen zin. Ik begin zacht te huilen en als ze klaar zijn wordt ik bij iemand over de schouder gegooid. Ik zie niet waar we heen gaan, maar ik merk wel dat het lang duurt. Als het donker begint te worden, wordt ik voorzichtig tegen een boom aangezet. 'Jullie twee, let op haar'  : roept Noah terwijl hij naar mij wijst. Noah gaat met de andere zeven op een afstand staan zodat ik niet mee kan luisteren en er lopen uiteindelijk vier groepjes van twee verschillende kanten op. Eén van de twee mannen die op mij moet letten loopt naar mij toe en komt naast me zitten terwijl de andere mede hele tijd, maar aan kijkt, klaar om achter me aan te gaan voor als ik ontsnap, niet dat dat mogelijk is, want ik zit nog steeds vastgebonden met touwen die ondertussen flink beginnen te schuren. 'Ik ben Luke, je zal wel veel vragen hebben, dus vraag maar raak.' :zegt de man, Luke, die naast me is komen zitten. Hij lijkt nog niet zo heel oud, ongeveer net zo oud als ik. Het eerste wat in me opkomt zijn de touwen waarmee ik vastgebonden zit en eten en drinken, het klinkt misschien dom maar ik kan het op z'n minst proberen, ik moet goed voor mezelf zorgen, zei de boom altijd. 'Mogen de touwen af?' : vraag ik zo onschuldig mogelijk. 'Eumhh, ik denk dat dat wel even kan, maar als je weg rent, betekent dat dat we je niet kunnen vertrouwen en vastgebonden blijft tot we hier uit zijn.' : zegt Luke en hij begint de touwen los te maken. 'Wat bedoel je met 'hier uit zijn' waar zijn we dan in en waar gaan we naartoe?' :vraag ik terwijl hij bezig is met de touwen waarvan die bij mijn polsen ondertussen los zijn. 'Het is vast moeilijk te begrijpen, maar jij hebt netzoals het andere meisje een gave, jullie kunnen met bepaalde soorten planten praten, maar die planten staan in een soort kas, dat is waar we nu zijn en we gaan eruit, naar de 'echte' wereld, naar onze basis, waar andere mensen met gaves beschermd worden.' 'Waar is het andere meisje?' 'Er zijn drie dagen geleden vijf patrouilles van tien mensen in deze kas gegaan om jullie te redden van andere rebellen, maar wij zijn patrouille Delta, en wij kwamen een andere patrouille tegen die haar hadden gevonden, aangezien jij nog voor wat vertraging zorgde, kan ik alleen maar zeggen dat zij bij een andere patrouille is.' 'Oowh, sorry, maar waarom is het zo belangrijk dat ik gered word en waarvan?' 'Luke! Waarom is ze los? Maak haar vast!' :roept Noah die blijkbaar net terug is, netzoals de andere mannen. 'Micah geef haar wat eten en drinken! Daniël, zorg voor vuur. De rest, wissel in tweetallen af met slapen en de wacht, ik wil elk moment vier mensen het kamp bewaken en vier mensen slapen! Ik zal met Luke de wacht over haar nemen.' : zegt Noah.

Ik... Ik ben EmmaWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu